-13- praten van publieke verkoop, Dan zal ook de Raad de keuze moeten maken aan wie hij het wil gunnen. Dan zal men zien dat er veel mogelijkheden bestaan. Of men moet het lot laten beslissen. Er zal uiteindelijk een methode gevolgd moeten.wor den. De maximumprijs overschrijden kan men niet. Burgemeester en Wethouders ver wachten ook dat er veel belangstelling voor is en dat men allemaal komt met de naximumpr ijs. Door de heer Doorman is gezegd dat het inderdaad wel gebeurt dat de Grond kamer er zich mee bemoeit en dat hij openbare inschrijving de personen die er aan gelegen waren de voorkeur hadden omdat men er naar streeft, in verband met de ver kaveling van de grond, deze zo efficiënt bij elkaar te houden. Dat gebeurt wel eens, maar of dat in dit kleine geval zou gebeuren, kan men niet voorzien. Als de Raad prijs stelt op verkoop tussen ingezetenen en gegadigden uit Woensdrecht, dan stelt hij voor dat straks de Raad verkoopt en heslist aan wie men het geeft. Het is altijd zo, dat, als men 20 inschrijvingen heeft, het er maar een kan hebben en er 19 moeten worden teleur gesteld. Wanneer men een keuze moet doen, moet men zekerheid hebben dat degene die men kiest de juiste is-. De heer MUSTERS zou willen opmerken dat moeilijkheden er zijn om overwonnen te worden. De Wethouder vertelt thans iets anders dan in de oommissietoen ver telde hij dat de Grondkamer het uit zou maken. De heer HAVERMADS merkt op gezegd te hebben dat de Grondkamer het uit kan maken. De heer MUSTERS heeft hem nu weer horen beweren van niet. De VOORZITTER leest artikel 9 wan de Wet tot vervreemding van landbouwgron - den voor. De heer MUSTERS zou toch willen voorstellen alleen te laten inschrijven door gedupeerde inwoners uit Bergen op Zoom en Woensdrecht. De VOORZITTER vraagt of men een bepaalde maatstaf moet aannemen ter beoorde ling of iemand gedupeerd is of niet. De heer MUSTERS meent dat men dit beter kan doen wanneer de inschrijving ge beurd is, "Stelt voor", zegt hij, "dat het stuk land naar iemand uit Gastel zou gaan of Roosendaal", Als er alleen "gedupeerden" in staat, heeft de Grondkamer het recht het te geven aan de meest gedupeerde. De VOORZITTER vraagt of de heer Musters dus wel wil loten onder de gedupeer den. De heer MUSTERS wil niet lotèn. De commissie en de Raad zullen naar zijn mening toch wel tot een conclusie kunnen komen. De VOORZITTER zegt dat het voorstel dus is om de grond net het gebouw te ver kopen bij inschrijving. Hij neemt aan dat iedereen inschrijft voor 15.000,— en een groot aantal mensen voor dezelfde prijs het goed willen kopen. Een tweede voorwaarde is dan dat men ingezetene is van de gemeente Bergen op Zoon en gedu peerd, Woensdrecht valt dus weg. De heer MUSTERS meent dat men een grens zou 'kunnen trekken. Hij weet niet of de betrokken mensen wel onder Woensdrecht wonen» De VOORZITTER kan zich ook voorstellen dat de gemeente Bergen op Zoom ver koopt aan een van degenen die door aankopen in Bergen op Zoom gedupeerd zijn. Of die man woont in Bergen op Zoom of Amsterdam, daar blijft hij buiten. Het gaat er dan om of iemand gedupeerd is door de uitbreiding van Bergen op Zoom, Als men dat stelt, krijgt men een lijst van a tot en met x. Men moet dan bovendien de voor waarde stellen dat het niet doorverkocht mag worden. De heer MUSTERS wil de termijn van niet doorverkopen stellen op 10 of 15 jaar, anders zit men er eeuwig aan vast dat men niet mag verkopen. Het voorstel van de heer Musters wordt gesteund. "Dit voorstel behelst dus", zegt de VOORZITTER, "het woonhuis met de grond "te verkopen bij inschrijving en alsdan toe te wijzen aan een inschrijver tegen de hoogste prijs en wanneer er meer inschrijvingen zijn, tegen dezelfde prijs dan aan"degene die gedupeerd'is door onteigening in verband met uitbreiding van de stad. Dit met als voorwaarde dat de eerste 10 jaren geen doorverkoop mag plaats hebben, behoudens goedkeuring van Burgemeester en Wethouders", De heer VAD DER VELDED wil er ook de bewoners van Woensdrecht bij betrekken, öet het oog op de herverkaveling, waardoor de mensen die er met hun grond aan grenzen een behoorlijk terrein krijgen. De heer DE MOOR vindt het voorstel beperkt. Er zijn mensen die door oorlogs kandelingen of aan de defensie hun grond zijn kwijt geraakt en dat vindt hij juist de meest gedupeerden en dat zijn de mensen die er ook volgens de heer van der Velden het meest voor in aanmerking komen. De heer DIJSSED had nog een andere vraag. Hij weet nie,t of hij goed geluis terd heeft, maar hij zou nog willen vragen of er geen mogelijkheid van splitsing kestaat, om dus afzonderlijk te verkopen. De heer HAVERMANS zegt van neen»

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1957 | | pagina 132