i
-17-
De heer BROEKMMS zegt te zijn geschrokken van de heer Hijssen, die de weg
wilde laten liggen, voorzien van rijwiel- en voetpaden. Spreker vindt het zeer
noodzakelijk dat het wegdek een volledige revisie ondergaat. Hij hoopt dat het zo
zal worden, dat, als er met,vochtig weer hij examens met lesauto's capriolen wor
den vertoond, dit allerminst gevaarlijk zal zijn voor voetgangers en fietsers en
dat ze dan ook geen bedreiging zullen vormen voor o.a. de heer van Doorn met zijn
hondjes.
De heer DE'MOOR wil eerst beginnen met de mededeling van Wethouder Leijs en
zeggen dat hij gelijk heeft wat betreft de kwestie dat men oorspronkelijk niet
akkoord is gegaan met deze uitgave voor de bedrijven. De Commissie was niet ak
koord met deze uitgave, maar heeft een voorstel gelanceerd om e:©n zodanige begro-
tingswijziging naar voren te brengen, dat men er onmiddellijk op geattendeerd werd
en dat het op een andere wijze niet mogelijk zou zijn. Met deze zienswijze van de
Commissie is men akkoord gegaan.
Door de heer Hijssen is gezegd dat de weg niet slecht is. Dat weeis spreker
niet, hij is geen autorijder, hij heeft geen auto, maar ondervindt het toch dage
lijks Yfanneer hij er passeren moet. Spreker wil over de weg niets zeggen omdat hij
dat niet kan beoordelen, maar wanneer men van de noodzakelijkheid tot verbetering
van deze weg gaat spreken, dan zou hij er toch op willen wijzen dat de heren in
den Bosch van deze noodzakelijkheid overtuigd zijn en daar zou hij zich maar bij
neer willen leggen.
Door de Wethouder zijn verschillende brieven aangehaald die over en weer
over deze kwestie geschreven zijn. Hij heeft het gehad over een schrijven van de
directeur van gemeentewerken aan de Provinciale Watersthat. Dat dit gebeurt acht
spreker zeer normaal, hij vindt het logisch dat de directeur van openbare werken
met de Provinciale Waterstaat correspondeert, maar wanneer men in een brief tot
uitdrukking wil brengen dat de gemeente er geen geld voor heeft, het er althans
niet voor uit wenst te geven, dan'is dat niet te beoordelen door de directeur van
gemeenteYrerken, maar door dë Raad. Spreker zou er geen bezY/aar tegen hebben wan
neer de Wethouder zou zeggen dat dit niet kan, In het beginstadium is het een ber
leidskwestie van Burgemeester en Wethouders, maar dan kunnen Burgemeester en Wet
houders een brief schrijven dat men niet genegen is deze kosten voor te leggen aan
de Raad, maar de directeur van gemeentewerken moet niet de mening uitspreken dat
er geen geld beschikbaar gesteld kan Yrorden. Spreker vindt het Y\rel typisch dat in
een volgendebrief door de directeur gezegd Yrordt dat hi j er niet op in kan gaan
omdat het een beleidskwestie is.
Spreker is verheugd dat de Leden er op terug gekomen zijn en benadrukt heb
ben dat zij verbetering van de AntY/erpsestraatY/eg wenselijk vinden. Hij is blij
met deze verbetering voor alle weggebruikers, zonel bevroners als niet-be?roners.
"We liggen ook langs de neg met bouwgrond", zegt spreker, "en deze zal door de
verbetering van de weg er ook op vooruit gaan"Er moet riolering komen en crot-
toirs moeten Yvorden gelegd. Spreker hoopt dat men daarvoor ook rekening zal hou
den met de kosten die nu drukken op de grond welke er van de gemeente ligt.
De heer LEIJS heeft gehoord dat de heer Hijssen het als lid van de Commissie
voor de gemeente-bedrijven nog niet eens is met het advies, V/anneer de heer Hijs
sen het advies dat aan de Raad is gestuurd juist leest, zal hij zien dat daarin
met nadruk staat dat de Commissie er dan alleen mee akkoord gaat wanneer de begro
ting in die zin geY/ijzigd wordt. Er steekt werkelijk geen addertje onder he u gi"as,
men heeft dit volledig tot uitdrukking laten komen in het advies zelf.
Yerder heeft de heer Hijssen gesproken over de vergunningen die men heeft van
de Provincie voor het hebben van leidingen. Deze vergunningen zijn tot wederopze.g-
gens toe. De kabels die de P.T.T. in gemeentegrond heeft liggen, vallen onder een
Y/ettelijke regeling. Wanneer de B.H.E.M, leidingen heeft in gemeentegrond, dan is
dat geregeld bij concessies. De vergunning Y/elke de gemeente van de Provincie
heeft, is echter tot Yfederopzeggens toe. Zo is het ook met de vergunningen die ae
gemeente zelf geeft..Een tYTeede kwestie is, of het fair play is om te zegden. Je
trekken de vergunningen in". Daar blijft spreker buiten, maar feit is dat de ver
gunningen tot wederopzeggens toe gegeven zijn.
Voorts heeft de heer Hijssen geprezen op de behoefte aan rijwiel- en wandel
paden, Spreker zou er echter op'willen wijzen dat de weg niet verbeterd wordt
door er een slijtlaag op te brengen of hem opnieuw te bestraten. Men wil de neg
reconstrueren, Dat houdt in dat de bochten uitgelegd worden, zodat ook de as van
de weg Yrordt verlegd. Hierdoor komen de leidingen op de ene plaats wel onder het
wegdek en op de andere plaats niet. De Provincie heeft een^volledige reconstructie
van de neg op het oog. Dit is echter geheel aan de Provincie ter beoordeling,daar
heeft de gemeente geen zeggenschap in zolang de weg van de Provincie is.
Door de heer Butijn is gesteld dat het in de eerste plaats noodzakelijk is
dat de neg onderhanden genomen Yrordt, daar hij levensgevaarlijk is. De gemeente,
heeft daarom ook bij de Provincie op verbetering van de neg aangedrongen.