-16- voetpad, maar spreker ziet de noodzakelijkheid niet in dat de Provincie de gehe le neg moet opbreken en een andere grondslag moet leggen. Bij Tilburg is het ook gebeurd en in de Artilleriestraat is het ook gedaan. De Commissie is het er mee eens dat de weg verbetering behoeft, er kan een rijwielpad en een voetpad komen en dan kan de heer van Doorn rustig wandelen met zijn hondjes. De heer BUTIJ1T zegt dat hem het antwoord van de Wethouder niet helemaal heeft bevredigd. Hij is het er mee eens dat de weg noodzakelijk onder handen genomen moet worden en hij is het niet helemaal eens met wat de heer Hijssen over de toe stand van deze neg heeft gezegd. Het is geen weg voor modern verkeer. Er is geen weg aan te wijzen van een dergelijke intensiteit en zo slecht. De weg is op som mige dagen levensgevaarlijk. Spreker meent wel dat de grootste meerderheid er van overtuigd is dat de weg veranderd moet worden. Dat de gemeente er de leidingen on der uit moet nemen, kan hij zich ook nog voorstellen. Maai? wat de kosten daarvan betreft, meent spreker dat men te voren had moeten overleggen en dat te voren had moeten komen vast te staan wie deze kosten voor zijn rekening moet nemen. Hu wordt gezegd dat men uitzicht heeft op een bijdrage uit het gemeentefondsmaar spreker meent ook elders gelezen te hebben dat men daar niet op moet rekenen, In verband met de beperking van de bestedingen is gezegd dat men geen verhoging krijgt. Zijns inziens is dat iets waar men weinig aandacht aan heeft geschonken. Spreker zegt tenslotte geen antwoord te hebben gekregen op zijn vraag waarom de strookjes' grond voor f 1,zijn overgedragen. Als men hiervoor een gewoon bedrag had ge vraagd, was er ten minste iets van de kosten teruggekomen. De heer HOORMAH heeft van de Wethouder gehoord dat de kosten verband houdend -met het verleggen van kabels, gas- en waterleiding niet zullen drukken op de be drijven, Als dit mogelijk is, zou spreker dat een winstpunt willen noemen. Als de kosten op de bedrijven zouden drukken, zou dit tariefsverhoging tot gevolg hebben en het blijkt nu dat dit werk kan gebeuren - zonder dat men tot verhoging van de ta rieven behoeft over te gaan. De heer RATSMA heeft uit het betoog van de Wethouder begrepen dat de gemeen te gevochten heeft voor haar standpunt, maar tenslotte het onderspit heeft moeten delven. Spreker weet niet of het college erg onder de indruk gekomen is van de ar gumenten welke GedeputeerdeStaten naar voren.hebben gebracht. Hij persoonlijk niet. Al die argumenten gelden voor allerlei wegen en gelden voor de gehele bin nenstad die telkens opgebroken wordt. Dat vindt hij ookniet erg plezierig. Die dingen liggen er. echter eenmaal, het verkeer wordt er vaak ernstig door gestremd en dat is allemaal vervelend. Wanneer de Wethouder zegt;"Ik kan begrijpen dat Ge deputeerde Staten niet bereid zijn om daarin een bijdrage te geven, ze hebben ons vergunning gegeven en kunnen die altijd opzeggen", dan meent spreker toch dat dit voor een overheidslichaam een onjuist standpunt is. Het kan naar zijn mening ern stige consequenties hebben Y/anneer men het toepast. Wanneer bepaalde instanties een fabriek vergunning geven, hij noemt bij voorbeeld voor een raccordement dat dringend nodig is, en later zegt men;"We hebben die vergunning gegeven, maar die zeggen we nu weer maar op", dan gelooft spreker dat dit niet juist is en dat daar om met alle redelijkheid bij de Provinciale Staten kan worden aangedrongen om een tegemoetkoming te geven. Hij begrijpt dat de Provincie de voorkeur geeft dat dit gebeurt via een uitkering uit het gemeentefonds, naar wanneer dit niet mogelijk blijkt te zijn, dan rust zijns inziens op. de Provincie de morele plicht in de las ten welke men thans de gemeente oplegt tegemoet te komen. Spreker is overtuigd dat men hieraan niet kan ontkomen. Het is niet zoals de heer de Moor heeft gezegd- dat de Leden van de Raad.er niet van doordrongen zijn dat deze neg verbeterd moet worden, dat heeft spreker voorop gesteld. Hij zou echter op vergoeding van de kos ten bij de Provincie willen blijven aandringen en dit Y/arm willen houden. De heer BERÏOGH is enigszins gerust gesteld door het antwoord van de Wethou der, aangezien een tariefswijziging niet plaats heeft. Hij heeft voorts gezegd té hopen dat er een subjectieve uitkering voor komt, maar dat vindt hij geen gerust stelling voor de Raadsleden, We hopen maar steeds, dooh in de Commissie voor de bedrijven hebben de heer Hijssen en spreker aangedrongen om zekerheid te krijgen ten aanzien van deze kwestie, zekerheid dat een subjectieve verhoging ten aanzien van deze gedwongen werkzaamheden zal worden verstrekt. Haar aanleiding van de opmerking van de heer de Moor dat.de noodzakelijkheid van de verbetering blijkbaar niet tot de Leden van de Raad zou zijn .doorgedrongen, moet spreker opmerken' dat hij ook vaak met zijn fiets over deze neg raast, hij bedoelt rijdt. Dan razen de auto's voorbij, vaak auto-maniakken die helemaal geen rekening houden met de andere Yreggebruikers» Vorige Y/eek nog werd bij Borgvliet een jongen door een auto met aanhangwagen in de sloot gedrukt. Er zijn autorijders die het werkelijk zo nauw niet hemen. Spreker is er voorstander van om de weg te: verbeteren, maar hij hoopt dat ook de Provincie een ruim gedeelte in de kosten hiervan zal bijdragen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1957 | | pagina 103