-19- GING) «WIJZIGING- VAN DE BEGROTING VAN HET WATERLEIDINGBEDRIJF VOOR HET DIENSTJAAR 1956 (1e WIJZTgTnTJTWIJZIGING VAN DE begro- tTng van het ELEKTRICITEITSBEDRIJF VOOR HET DIENSTJAAR 1956 Tie WIJZIGING.-WIJZIGING' VAN DE BEGROTING VAN DE DIENST VAN GEMEBNTE- WERKEN VOOR HET DIEMTJAAR 1956 TTe WIJZIGING*) EN WIJZIGING VAN WTEGROTING VAN HET GEMEENTELIJK WONINGBEDRIJF VOOR HET DIENST JAAR 1956 f1WIJZTgTN&T7 'Deze voorstellen morden tegelijk aan de orde gesteld. De heer NOTENBOOM zou even willen spreken over de punten 58 en 41. Dat gaat over de begrotingswijzigingen naar aanleiding van de no- vember-circulaire, Spreker moet zijn dank uitspreken voor hetgeen het college naar aanleiding van deze circulaire heeft gedaan in de vorm van selarisverbeteringHij heeft voor zich liggen de dagbladen die hier in de stad verschijnen. Drie weken geleden is daar een ingezonden stuk in verschenen waarin de sslarisgeschiedenis een "stunt" wordt genoemd."Nu hoeft niet alles wat iemand een stunt noemt ook een stunt te zijn", zegt spreker, maar het bevreemdde hem dat gezegd werd dat de weeklonen ven het personeel omhoog gegaan waren, behalve van de wagenleders en straatvegers. Men houdt een pleidooi voor de mensen die ook hun brood moeten verdienen. Spreker begrijpt niet waarom, men dit een stunt noemt. Hij zou gaarne een toelichting willen hebben hoe het in zijn werk is gegaan met de salarisverhoging van het weekloon- personeel. De heer BROOS zou dan deze stunt willen toelichten. De situatie is zo dat de circulaire van november 1955 voor het college de mogelijkheid opende bepaalde mutaties bij de rangverdeling te doen plaats vinden. Dat is ook voor andere gemeenten aanleiding ge weest om daarmee de nodige opschuivingen tot stand te brengen. De Raad heeft in zijn vergadering van november nog gespróken over het creëren van een tussenrang van referendaris, waardoor de mogelijkheid tot rangverhoging voor anderen ontstond. Voor wat de mededeling betreft van de heer Notenboom over het ingezonden stuk in de krant kan spreker mededelen det hij dit stuk ook gelezen heeft. De situatie is zo. De bewuste man schrijft dat de weeklonen allemaal een klasse zijn opgeschoven, doch dat is slechts gedeeltelijk juist. Voor de inwerkingtreding van de nieuw® A.S.V. van juli 1955 is rangverhoging toegepast omdat het college van Burgemees ter en Wethouders ven oordeel was det werklieden die geplaatst waren in de 1e en 2e loonklasse, de laagst bezoldigde rangen, gezien de du re levensstandaard, daarin niet konden gehandhaafd worden. Daarom is besloten dat ieder die in dio weekloonklassen voorkwam, automatisch verhuisde naar de 3© loonklasse. Dat waren in hoofdzaak de groepen on geschoolde arbeiders. Toen is de bekendo circulaire gekomen en is de kmestie opnieuw in het college gebracht. Er is een opschuiving geko men ven degenen die in de 3e, 4e en 5e loonklasse waren geplaatst naar de 4o, 5e en 6e klasse, uitgezonderd diegenen die enkele maanden te voren geplaatst waren in de 3e klasse. Het zou onlogisch geweest zijn ten opzichte van de anderen hen nü ook op te schuiven van de 3© naar de 4e klasse. Het zou niet alleen onlogisch zijn geweest, maar men had er ook een scheve verhouding door gekregen, want dan waren de ongeoefenden in de klasse van de vakmensen terecht gekomen. Dit impliceert niet dat alle weekloonklassen zijn opgeschoven. Dat zou een onjuiste gang van zaken zijn. Er waren er die stonden in de 6e klasse en men heeft maar 6 klassen. Men heeft wel geprobeerd een 7® te krijgen maar dat is niet gelukt. Voor deze mensen was het dus niet mogelijk hen in een hogere rang te plaatsen omdat er geen hogere rang is. Dit is dus de stunt waar de heer Notenboom op doelde. De heer- NOTENBOOM zegt dat als hij het goed begrijpt alle week lonen na de 1 november circulaire of kort te voren verhoging hebben gekregen, waar hij heel blij om is. Maar voor de meandloners is er maar een heel schriele toepassing van de circulaire geweest. Spreker heeft tevens vernomen dat het bij voorbeeld gebruikelijk is op het einde van het jaar douceurtjes uit te reiken in de vorm van een loons verhoging en dat de circulaire met deze'douceurtjes in een keer ver werkt is. Misschien is dit voor sommigen onbillijk. Men kan de circu laire toepassen, maar dat neemt niet weg dat iemand die om zijn goede prestaties verhoging verdiend had deze ook had moeten hebben. Daar komt nog bij dat de verhouding tussen weekloners en ma^ndloners wat

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1956 | | pagina 69