O - 4 _z_ Aanvankelijk en spreker meent ook in het ontwerp ven vet zoals het is ingediend werd er op gerekend dat deze dam door het Volkerak bij een van de eerste fasen van uitvoering van het Deltaplan zou be- horen. Het laatste rapport van de Delta-commissie echter schijnt te wijzen in een richting van verschuiving naar later. Spreker gelooft dat een verschuiving naar later voor West-Brabant zeer ongunstig zou zijn, eensdeels omdat de Volkerak-dam van het grootste belang is voor de betere ontwatering van een groot deel van Brabant, anderdeels om dat de aanleg van de Zoomse - eg voor hier van het allergrootste belang is. Over de verbetering van de hoven heeft spreker nog kort geleden vrij uitvoerig gesnroken. Sedertdien zijn hier geen wijzigingen meer opgetreden. Spreker hoopt dat binnenkort verder overleg zal kunnen plaats hebben, opdat zo spoedig mogelijk een begin zal kunnen worden gemerkt en de nodige voorstellen aan de Raad zullen kunnen worden ge daan. Afgezien nu van de verbetering die men hoopt te verkrijgen is het toch wel aardig om te zien dat het havenverkeer het laatste jaar weer aanzienlijk is toegenomen. De aankomst van schepen, men noemt dat in technischetermen de opvaart, was in 1955 1690 schepen met een tonnage van 399.000 ton en een lading van 34-1 .000 ton. In 1954 was dit respec tievelijk 1506 schepen met 328.000 tonnage en 280.000 ton lading. De hoofdzaak van de lading zijn bouwmaterialen, gevolgd door melasse, brandstoffen, zowel- v;~ste als vloeibare, giet-ijzer en kunstmeststof fen. De bouwmaterialen nemen de belangrijkste plaats in en het is geen geheim dat in het afgelopen jaar de aanvoer van materialen voor de' aan leg van startbanen zeker de doorslag zal hebben gegeven. Afgevaren is natuurlijk vrijwel hetzelfde aantal schepen en de zelfde tonnage, ma^r de lading was nauwelijks een tiende of minder van wat binnen kwam. De meeste schepen gaan namelijk leeg terug en wat als lading uitgaat bepaalt zich hoofdzakelijk tot stukgoederen. Over de woningbouw en de volkshuisvesting is ook reeds zoveel ge sproken de laatste tijd dat men, meent spreker, het hem heus niet kwa lijk zal nemen, vanneer hij r-ich beperkt tot enkele cijfers, cijfers die nu na afloop van het jaar eigenlijk pas bekend zijn. Dan kan hij hier noemen dat in 1955 in totaal a»n woningen gereed kwamen 274 wo ningen tegen 257 in 1954 en 213 in 1953. Men zal zeggen;"Dat is een mooi resultaat vergeleken met andere jaren". Wanneer hij echter cijfers geeft van in aanbouw zijnde woningen op 31 december 1955, dan blijkt dat op dat tijdstip in aanbouw waren 192 woningen, een jaar te voren 337 woningen en het jaar .daarvoor 455 woningen. Het ie overigens reeds enkele malen medegedeeld in de Rand dat men vooral vastzit met het aan vangen van nieuwe woningen en dat er een hiaat dreigt te komen. Hu zal men in de loop.van 1956 nog de bouw.van ruim 250 woningen kunnen aan vangen uit het tot nu toe toegekende contingent. Spreker noemt hier twee bouwplannen die onmiddellijk uitgevoerd kunnen worden. Het zijn de 39 premiewoningen waarmee men begonnen is in het voorjaar van 1955 en dé 65 premiewoningen waartoe- in het midden ven het vorige jaar een besluit is- genomen, In 1954 werd door de Raad een gemeentelijke bouweredietregeling Ingesteld en,in dat jaar, in 1954 dus, werden in totaal 122100,-- geleend voor 17 woningen. Ih 1955 bedroeg dit 150. 100',voor 20 wo ningen. Spreker komt nu tot enkele cijfers met betrekking tot het onder wijs. Wanneer hij dan met de kleinsten begint dan kan hij mededelen, Iets wat men waarschijnlijk weet, dat in de loop va.n het jaar het kleu teronderwijs op wettelijke basis geregeld werd. Deze wet is met ingang van 1 januari van dit jaar in werking getreden zodat het kleuteronder wijs thans een hechtere basis heeft gekregen. De verwachting omtrent de bouw van kleuterscholen moet men nu natuurlijk niet al te hoog stel len, Het Is preetlschonmogelijk nu de wet er is ineens ook voor alle kleuters die er voor in aanmerking komen scholen te bouwen. De bouw- stop en de bouwafremming zullen ongetwijfeld ook hier aanleiding zijn tot een geleidelijke aanbouw, tot een geleidelijke inwerkingtreding van deze gunstige regeling. Het aantal leerlingen in Bergen op Zoom cp scholen voor g.l.o, en v.g.l.o. bedrieg In 1955 gemiddeld 5401 tegen 5021 in 1954, Ter il lustratie kan spreker nogmededelen dat er in 1951 in totaal 180 kinde ren meer waren dan in 1950, het jaar daarop kwamen er 228 meer, toen -p

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1956 | | pagina 3