-19- Zonder "beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van Burgemeester en Wethouders besloten» XLI. VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN BE GEMEENTE-BEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1956 (84e WIJZIGING) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming vrordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten, XLII«yOQRSTEL TOT WIJZIGING VAN BE GEMEENTE-BEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1956 ,(85e WIJZIGING) EN~WIJZIGING VAN BE BEGROTING VAN BE DIE NS TITAN GEMEENTE WERKEN VOOR I-IET DIENSTJAAR 19Ö6T2bi" WIJZIGING).' Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van Burgemeester en Wethouders besloten. XLI11»yO°RSTEL TOT WIJZIGING VAN BE GEMEENTE-BEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1956 (86e WIJZIGING) EN WIJZIGING VAN BE BEGROTING VAN DE DIENST VAN GEMEENTE WERKEN VOOR HET DIENSTJAAR I^FT^WÏJZIGING) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van Burgemeester en Wethouders besloten, XLIV«y°QRSTEL BOT Y/IJZIGING VAN BE GEMEENTE-BEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1956 (87e WIJZIGING) EN WIJZIGING VAN BE BEGROTING VAN HET ELEKTRICITEITSBEDRIJF VOOR HET DIENSTJAAR 1956 fTÖe WIJZIGING)"." Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voorstellen van Burgemeester en Wethouders besloten. XLV. BEHANDEL DIG VAN EEN INGEKOMEN RECLAME TEGEN DE AANSLAG IN HET SCHOOLGELD TT.L.O. VOOR HET SCHOOLJAAR "Ï9557Ï954. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XLVID1TERPELLATIE-AANVRAGE VAN DE HEER P.RATSMA BETREEFENDE HET GERICHT SIJBST- D IE BELEID. De heer RATSMA begint met te zeggen dat, wanneer in deze Raad een interpella tie aan de orde wordt gesteld,- deze nogal eens ten doel heeft Burgemeester en Wet houders ter verantvroording te roepen. Soms is de ondergrond misschien een beetje wantrouwen - hij denkt aan de interpellatie welke de heer Musters vorige keer ge houden heeft maar dat is bij hem niet het geval» Hij heeft op de subsidievoor— stellen welke deze Raad regelmatig zijdens het college van Burgemeester en Y/et- houders bereiken geen kritiek. In het algemeen kan men vaststellen dat in de Raad over deze voorstellen eenstemmigheid heerst, ofschoon uiteraard het ook meermalen voorkomt dat men van mening verschilt 'omtrent de'hoogte van de subsidie. Toch meent spreker dat men met de subsidie-politiek nog niet de juiste weg heefD gevonden. Wanneer deze interpellatie dan een nuttige bijdrage moge zijn tot het vinden misschien alleen van een toegang tot die weg, dan zou hij tevreden zijn- want het betreft naar sprekers mening een uiterst moeilijke materie. Het toekennen van subsidie aan particuliere verenigingen en Instellingen heeft in de na-oorlogse jaren een grote vlucht genomen. Het is op zich zelf gelooft hij een gelukkig ver schijnsel omdat het wijst op een activiteit die in de gemeente leeft. Bovendien kan door het toekennen van subsidie de overheid ontlast worden van taken die nu eenmaal toch noodzakelijk moeten worden vervuld. Maar het ziet er naar uit dat de gemeentelijke subsidiepost van jaar tot jaar zal stijgen. Telkens ontstaan nieuwe activiteiten en het is zo, wanneer men eenmaal "A" heeft gezegd, het dikwijls möei lijk zo niet onmogelijk is geen "B" te zeggen, wil men niet onrechtvaardig zijn". Toch^is er naar sprekers mening ergens een grens gesteld van de hulp irelke op fi nancieel gebied kan worden gegeven, namelijk daar waar de financiën gaan ontbreken Hij denkt dan aan wat zich niet lang geleden in de Provinciale Staten dezer pro vincie afspeelde. De Provinciale Staten hebben het Mater Amabilisvrerk Indertijd royaal gesteund. Het Rijk bleef in deze achterwege. Deze scholen hebben een grote vlucht genomen en het heeft de Provincie heel wat geld gekost. Nu wil men ook be ginnen voor jongens met deze scholen, met levensscholen,en nu komt de Provincie tot de conclusie niet meer financieel in staat te zijn deze levensscholen voor jongens op dezelfde wijze te subsidiëren als men tot nu toe de Mater Amabilis- scholen heeft gedaan. Men komt nu in een moeilijke positie, omdat logisch gerede- neerd de jongensscholen evenveel recht hebben op subsidie als de meisjesscholen, i/anneer men eenmaal subsidie heeft toegekend, dan zou men consequent daarmee voort

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1956 | | pagina 253