-2- die landgoederen practisoh niet meer door particulieren kunnen worden bewoond. Zo is in landgoederen een vrij grote handel ontstaan en hiervan zou spreker nog een recent voorbeeld kunnen aanhalen, namelijk de verkoop van het landgoed "De Beek" onder Halsteren. Dat is precies voor de helft van de prijs verkocht dan waarvoor "Ruytershove" wordt aangeboden. Het is 38 H.A, groot en het heeft 50 cent per M2 opge bracht. Er stond een grote villa op die tip top in orde was, een nieuwe woning, 5 behoorlijke woningen en een grote houten opstal. Als spreker een vergelijking maakt met "Ruytershove" dan zou hij, re kening houdend met de houtopstand, komen tot 130.000, Hu kan men het natuurlijk niet geheel met Huize "De Beek" gaan vergelijken, maar spreker gelooft toch niet dat de omstandigheden zo geheel anders liggen. Men kan wel zeggen dat door het plan"de Zanderijen" het land goed in waarde gestegen is, maar dan is het jammer dat vó<5r men met deze plannen kwam, niet getracht is het landgoed te kopen. Spreker zou willen vragen of het niet beter was het landgoed eerst door enke le deskundigen te laten taxeren dan op deze, naar zijn mening te ho ge prijs in te gaan. De heer BÜTIJH merkt op dat dit voorstel hem, tegenover het eerste voorstel, veel aannemelijker lijkt. Weliswaar zit men voor een grote uitgave, maar, ook als men de verbouwing in aanmerking neemt, is men niet duurder uit. Men is beter af met dit voorstel dan met het vorige. Vooral omdat het restaurant een dubbele functie heeft. Het is niet alleen een restaurant voor bezoekers aan het zwem bad, maar men heeft er ook congreszalen, zodat men er hele vereni gingen kan ontvangen* Heeft spreker het "voorstel verder goed gelezen dan is een der de deel verhuurd voor tuingrond en wel tot 1967. Eat is nog ongeveer. 12 jaar. Spreker gelooft dat dit het doel dat men met het landgoed voor heeft, toch wel in de weg staat en dat de ontwikkeling er door wordt afgeremd, Als men nog 12 jaar met de pacht zit, vraagt spreker zich af, wat voor logische exploitatie men kan gaan .beginnen."Heb ben Burgemeester en Wethouders een idee", vraagt hij, "hoe het met de paeht loopt? Is er van af te komen binnen enkele jaren of moet men dit tot het bittere einde meenemen?". Op de tweede plaats heeft hij het geval bezien van de prijs, Men moet daarbij de ligging aan de grote weg in aanmerking nemen. Als zodanig kan hij er zich dan ook wel mee verenigen, ofschoon hij er aan toe moet voegen, hier geen verstand van te hebben. Hij heeft er geen kijk op of het nu 10,000,— of 20,000,— te veel zou zijn. "Het gebouw op zich zelf", vraagt spreker, "is dat om te bou wen tot restaurant of moet het helemaal tegen de vlakte en moet er een nieuw gebouw komen?", Spreker zou graag zien dat.het buiten-as pect gehouden kon blijven, dat zou hij zeer aantrekkelijk vinden en hij meent dat men dit dan ook moet proberen. Mevrouw JUTEH-VAH AS is enthousiast over het voorstel tot aan koop van "Ruytershove", in de eerste plaats omdat Zij niet gelooft dat dit voor een heel dure prijs is. Het was zeker niet voor een la gere prijs te krijgen, want het was haar bekend dat de heer Assel- bergs deze prijs reeds lang in zijn hoofd had, reeds voordat het plan "Zanderijen" is gekomen, In het eerste plan was aan"de Zande rijen" bij de zwemgelegenheid een behoorlijk restaurant geplaatst dat zeker 3 M ton zou kosten, Men heeft er nu deze grond bij met een gebouw dat gemakkelijk om te bouwen is tot restaurant. Zij vindt dat hiermee een goede koop gedaan is, De heer VAN DGORH kan namens zijn fractie kort zijn en zeggen dat zij met veel genoegen en zelfs met heel veel opluchting hebben kennis genomen van dit voorstel, omdat daardoor het aantrekkelijke project van "de Zanderijen" wel een heel ander aspect krijgt» Of de prijs te hoog is of te laag zou hij niet graag beoordelen. Hij heeft er geen kennis van en voor zover hem bekend zijn fractiegenoten ook niet. Zijn indruk was dat het niet te duur was. Bij de beoordeling van de prijs gelden altijd verschillende gezichtspunten» De vraag kan zijn of iets op zich zelf duur is of goedkoop, maar de vraag kan ook zijn of iets, met het oog waarvoor de koper het koopt, duur is of goedkoop. Spreker gelooft, en zijn fractiegenoten ook, dat met de be doeling welke de gemeente voor ogen heeft, deze aankoop niet duur moet worden genoemd maar in plaats daarvan goedkoop

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1955 | | pagina 239