-13- XIX. ADVIES OP HEI VERZOEK VAN DE HERVORMDE JEUGDRAAD. HEI GEREFOR MEERD JÊtJEDOENTROTEN DE LUTHERSE GEMEENTE. ALLEN GEVESTIGD IE MMT-'OP' GOM. OM StflBSlfr'lË 1ËN BEHOEVE VM EEN TrVACANTIE-KIN- DERSPEL". '(Dossier nr. 287 C), (Verzameling 1955, nr. 127), De heer RATSMA heeft met enige teleurstelling kennis genomen van het afwijzend advies van het college in deze aangelegenheid. De gemeente geeft jaarlijks zeer grote subsidies aan allerlei instellin gen die, hij zou kunnen zeggen, behoren tot het departement van Wet houder Broos. Het betreft hulp in de sociale sector van mensen die op een of andere manier gederailleerd zijn en in het rechte spoor moeten worden gebracht,, Het is subsidie voor wijkhuizen, voor maatschappelijkewerksters, voor charitatieve verenigingen, voor massa-jeugdwerk, enz. Wanneer men nagaat wat de hulp per persoon die geholpen wordt aan de overheid kost, dan zou dat een aardige som worden en het resultaat zalvermoe delijk vrij pover genoemd moeten worden. Daarmee is het werk in^zijn geheel niet veroordeeld, maar het staat wel vast dat alle positieve werk dat de opvoeding van de jeugd betreft en ook in de toekomst a-socialiteit voorkomt, meer de aandacht nodig heeft, ook van de Ber gen op Zoomse overheid, dan tot, nu toe is gebleken. Het geld dat hieraan wordt besteed is eveneens goed belegd, want men kan er mee voorkomen dat later een veelvoud van het bedrag moet worden uitgege ven, Spreker zou zo zeggen, het zijn erg dikke woorden in verband met het simpele voorstel dat ter tafel ligt, dat de toelichting door- het college bij het voorstel hem enigszins verontrust. Het college wil zich bepalen tot het vacantiewerk voor het mas sa-jeugdwerk. Spreker staat op het standpunt dat de gemeente zich daartoe niet alleen behoeft te beperken. Hij vindt het werk voor de doorsnee schooljeugd van zeer groot belang, vooral waar het hier gaat om dat deel van de jeugd dat in de omstandigheden verkeert_dat het niet met de ouders op reis kan gaan op vacantie en niet bij familie kan gaan logeren, maar dat aangewezen is om tijdens de vacantie in de stad rond te slenteren» Een deel van de gezinnen is minder draag krachtig, maar ook het grote gezin moet thuis blijven en daar zou ze ker wat voor kunnen worden gedaan. Spreker kan niet inzien dat, wan neer men daar iets aan gaat doen, een deel van de verantwoordelijk heid van de ouders voor de opvoeding van de kinderen wordt weggeno men* Het is moeilijk een grenslijn te trekken tussen massa-jeugd en de gewone jeugd, maar het gaat hier om de doorsnee jeugd van bepaal de scholen en.hij gelooft dat er alle reden is voor de gemiddelde jeugd, waarvan de besten uitgeschift worden, iets te doen. Het Zomerkampwerk voor het Sint Franciscus Liefdewerk wordt met 3?per persoon gesteund. Dat betreft de massa-jeugd, dat is de jeugd die de schoolbanken heeft verlaten, de ongeorganiseerde jeugd. Dat betekent tegelijk ook dat deze jeugd al grotendeels opgenomen is in het bedrijfsleven en al over eigen inkomsten beschikt, "Niettemin", zegt spreker, "zijn wij bereid als overheid 3,— per persoon te ge ven", Met de schooljeugd ligt de zaak anders. Deze komt geheel ten laste van de ouders en hier zullen de financiële omstandigheden een beletsel kunnen zijn om de kinderen een behoorlijke vacantie te geven. Er staat in de toelichting van Burgemeester en Wethouders dat op het voorstel dat indertijd gedaan is om de S.F,L.-jeugd te steu nen, Burgemeester en Wethouders gezegd hebben, dat zij dit voorshands tot de massa-jeugd wilden beperken en dat daarover in de Raad geen discussie is geweest. Dat is juist. "Maar", zegt spreker, "daar was weinig aanleiding toe, omdat de Raad niet wist dat ook van andere zij de aan vacantie-jeugdwerk werd gedaan". Als spreker goed is ingelicht dan is ook vorigjaar reeds bij het college een verzoek ingediend van Katholieke zijde om subsidie, cm voor de schooljeugd vacantiewerk te gaan doen, welk verzoek door het college is afgewezen in die zin, dat men heeft medegedeeldgeen vrijheid te kunnen vinden aan de Raad voorstellen te doen, In ieder geval heeft de Raad niet geweten dat een verzoek in deze geest was ingediend,

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1955 | | pagina 231