wel een uiting geweest van het besef dat er iets aan mankeert, dat
er iets tekort is, dat er iets gedaan moet worden, behalve het bren<~
gen van die fabrieken naar een nieuwe plaats» Behalve dat de bevol
kingsoverschotten een weg moeten vinden naar de industrie,^moeten ze
ook geestelijk opgevangen worden en dat in zeer algemene zin0
Spreker gelooft dat het zeer juist is wanneer de heer Assel-
bergs stelling neemt tegen de poging om dit probleem te willenop
lossen binnen een gebied dat strekt van Roosendaal tot Breda, inclu
sief deze twee industrieplaatsen» Hij heeft reeds gezegd dat Bergen
op Zoom een historische stad is, een stad met een grote geschiedenis,
gelegen op een strategische plaats wat haar ontwikkeling betreft en
hij gelooft ook dat het volkomen juist is dat Bergen op Zoom een in
tegrerend deel uitmaakt van West-Brabant en dat problemen die Wesx-
Brabant raken en die men na een tijd ziet uitgroeien in deze nood-
gebieden, dat deze moeten gezien worden in een complex, in een ge
bied waarin Bergen op Zoom ongetwijfeld een belangrijke^pool vormt.
En hoe weinig hij ook nog kan zien op welke wijze hier iets gedaan^
kan worden - er is reeds gesproken over een str-eekschap, over een in
dustrieschap - daarvan kan hij zich nog zeer weinig voorstellen, maar
hij gelooft wel dat men zal moeten zoeken naar een vorm_van samen
werking, omdat zonder samenwerking dit probleem nauwelijks gekend,
laat staan opgelost kan worden» Er zijn, als hij het wel heeft, plan
nen om de problemen nader te leren kennen, er zijn plannen voor^ver-
der onderzoek van de situatie in deze gebieden en wanneer dezetot
een bepaalde vinding leiden dan gelooft hij dat door samenwerking
van de gehele West-Brabantse bevolking iets gedaan kan worden om het
grote probleem van de te-werk-stelling of de werkverschaffing, maar
vooral van een harmonische vernieuwing van de bevolking te heipen op
los een,
Boor de heer Ratsma en ook door de heer Asselbergs, door een op
merking ter zijde, zijn ter sprake gebracht de kwestie van het Schel-
de-Rijii-kanaal, de verbetering van de haven en de gebiedsuitbreiding,
Be heer Asselbergs heeft er bij gezegd:"Ik weet' wel, het zijn^punten
die uit de aard van de zaak niet afhankelijk zijn van de beslissingen,
zeer zeker niet van de beslissingen, maar zelfs niet meer of minder
het werk van het gemeentebestuur", Deze zaken zijn echter van so
groot belang voor de stad en de omgeving dat Burgemeester en Wet
houders uiteraard deze problemen van zeer nabij blijven volgen en
als er zich iets nieuws ontwikkeld heeft ten aanzien van deze punten
zal hij dat zeer zeker ter kennis brengen van de Raad»
In de kwestie Schelde-Rijn-kanaal is de laatste tijd zeker niets
nieuws ter kennis gekomen» "Wat we hiervan weten", zegt spreker,
"staat in de kranten en dat hebben de Beden dus eok kunnen zien, Be
moeilijkheden liggen op het' ogenblik aan beide zijden, niet alleen
in Nederland, maar ook in België,, Er is meer belangstelling naar
buiten gekomen in België op het ogenblik:; In elk geval gelooft spre
ker het zo te kunnen stellen, dat hier in Nederland thans gewacht
wordt op een nadere reactie van Belgische kant.
Wat betref x de werken in-: West-Brabant, die, zoals bij de be
raadslagingen gezegd, steeds worden opgehangen aan het kanaal, daar
kan spreker wel van mededelen dat, wat de toezegging betreft door
Minister Algera in de Kamer gedaan met betrekking tot de haven van
Bergen op Zoom, daaraan een begin van uitvoering is pge /enJ5e inge
nieurs van de Rijkswaterstaat zijn bezig projecten te ontwerpen van
een mogelijke verbetering van de haven van Bergen op Zoem, die zou
passen in het traces van het Schelde-Rijn-kanaal, zoals dit tot
uiting komt in het rapport Steenberghe-van Cauwelaert en die ook zou
passen bij de afsluiting van de zeegaten»
Wat de gebiedsuitbreiding naar het Hoorden betreft, de heer
Ratsma heeft er op vezen en ook de heer Asselbergs heeft het nog
gezegd. Men moet hier niet meer spreken.van annexatie, maar van ont
wikkeling, welke naam men er ook aan geeft, Er bestaat een Cntwikke-
lingscommissie voor Bergen op Zoom, ingesteld door Gedeputeerde Sta
ten van Noord-Brabant, om gegevens en cijfers aan te voeren omtrent
de wenselijkheid van uitbreiding van de gemeente» Beze commissie
werkt traag, zoals in de Memorie van Antwoord is gezegd, ten dele een
gevolg van de wijziging in het hoofdambtenarencorps bij de Provincia
le dienst, Spreker heeft de indruk dat men eigenlijk zoekt naar sta
tistische gegevens voor iets wat eigenlijk evident is en dat tenslot
te de practijk wel duidelijker zal' zijn. en meer definitief dan de leer.