-13- "In vervolg op ons schrijven van 26 Mei deel ik U mede dat thans blijkt dat over 1953 een tweede wijkhuis niet werkzaam is geweest"* Spreker heeft zich verbaasd over dit schrijven. De Raad heeft in fe bruari 1954 het besluit genomen en in Juni 1954 schrijft de Secreta ris dat thans blijkt dat een tweede wijkhuis nog niet werkzaam is ge weest, Hij heeft de idee dat de Raad hiermede bij de neus genomen is door het bestuur. Spreker zou daar gaarne nadere inlichtingen over hebben De heer BROOS zegt dat het inderdaad zo is dat aan de Raad is gevraagd een crediet beschikbaar te stellen van 4800,zijnde hef salaris voor twee. maatschappelijke werksters, waarvan er een werkzaam is aan het wijkhuis Dubbelstraat, terwijl het in de bedoeling lag eer nieuw wijkhuis te stichten aan de Koepelstraat ten behoeve van de pa rochie van de Markt» Burgemeester en Wethouders hebben toen gesteld dat eerst tot betaling van de tweede 2400,zou worden overgegaan indien in de loop van het jaar zou blijken dat het wijkhuis in werking zou zijn. Daar dit niet het geval is geweest, noch in 1953, noch in 1954, terwijl ook op het ogenblik het tweede wijkhuis nog niet aan het werk is gegaan, zijn de tweede 2400,niet uitbetaald. Het ziet er naar uit dat er ook dit jaar nog niets van terecht zal komen. Het lag in de bedoeling enkele panden aan te kopen in de Koepelstraat, waar het wijkhuiswerk zou worden gesteld, Men is daarin niet geslaagd. Het is zo dat de 2400,— als bijdrage voor het wijkhuis Dubbelstraat voor de maatschappelijke werkster uitbetaald zijn, maar niet voor het wijkhuis van de parochie Markt» Het is inderdaad de secretaris van de Stichting Wijkwerk, het overkoepelend orgaan, die hiervan kennis gegeven heeft* Toen de stich ting in 1949-1950 in het leven werd geroepen was het de bedoeling, dat blijkt uit het eerste schrijven dat aan de Raad werd gericht, dat er in Bergen op Zoom 5 6 wijkhuizen zouden komen, maar op het ogenblik is er nog maar steeds 1* De tweede 2400,zijn daarom over 1953 en 1954 niet uitbetaald en ze zullen ook in 1955 niet worden uitbetaald. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voor stel van Burgemeester en Wethouders besloten» XXYII cVOORSTEL TOT WIJZIGING VAK DE GEMEENTE-BEGROTING VOOR HET DIENST- j*5XIT~ï"9t 5 C56ë W ItrZLtrLMrTT De heer ASSELBERG-S merkt op dat deze begrotingswijziging verband houdt met de nieuwe regeling inzake de financiële verhouding tussen Rijk en gemeenten. Spreker zou graag daaromtrent een nadere uiteen zetting hebben,, met name ook hoe zich het resultaat van deze nieuwe regeling zal verhouden ten opzichte van het begrotingstekort van de laatste drie jaren. Spreker zou er prijs op stellen daarover iets nader te vernemen» De heer HOUTMAN meent dat het in verband met de financiële posi tie van de gemeente belangrijk is hier even nader op in te gaan. Bij circulaire van de Minister van Binnenlandse Zaken van 3 Juli 1953 werd het gemeentebestuur in de gelegenheid gesteld binnen vier weken na het verschijnen van deze circulaire een verzoek om verhoging van de algemene uitkering tot de Ministers van Binnenlandse Zaken en van financiën te richten» Dit verzoek werd ingezonden bij brief van 4 Augustus 1953» Later werden nog nadere inlichtingen verstrekt op verzoek van Gedeputeerde Staten van 4 November 1953, bij brief van 27 November 1953 en op verzoek van de Minister van Binnenlandse Za ken dd„ 3 November bij brief van 3 December 1953. Bij schrijven van 1 September 1954 deed de"Minister van financiën de berekening toekomen van het basisbedrag per inwoner van de belastinguitkering ad 14,55. Bij schrijven van 28 December 1954 deelde de Minister van financiën mede dat het basisbedrag van de algemene uitkering voor de jaren 1953 tot en met 1957 16,59 per inwoner bedraagt. Op 2 februari werd bij telefonisch contact met een ambtenaar van- de Provinciale Griffie een datum afgesproken waarop een onderzoek zou worden ingesteld in verband met het verzoek om verhoging van de zgn. algemene uitkering» Dit onderzoek vond plaats en daarbij kwam vast te staan dat subjectieve verhoging van de algemene uitkeringvoor deze gemeente nodig was» Omtrent de hoegrootheid van de verhoging zou nog nader worden beslist .Hieromtrent diende, de mening van het. Mini-sterie van Binnenlandse Zaken te worden gepeild, Eu is toen telefonisch om

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1955 | | pagina 189