-11-
XVI. VOORSTEL TOT INTREKKING VAN RE KINDERTOELAGEVERORDENING. VAST-
GESTELD BIJ RAADSBESLUIT VAN 28 MEI "1954 EN VASTSTELLING VAN
EEN. NIEUWE KINDERTOELAGEVERORDENING OOR HET DAARVOOR IN AAN
MERKING KOMEND PERSONEEL IN DIENST DER GEMEENTE BERGEN OP ZOOM.
(Dossier nr. 24
(Verzameling 1955, nr« 68).
De^heer ASSELBERGS kan niet tegen dit voorstel stemmen omdat Hij
geen vrijheid heeft om dit te doen. Hij heeft begrepen dat het zo zal
moeten, maar hij zou willen'zeggen dat hij het erg spijtig vindt dat
een regeling welke men als juist heeft gezien en door de Raad als
juist gezien is, door een guillotine-gebaar van de tafel wordt ge
schoven. Dat vindt hij jammer.
De heer HERTOGH sluit zich volkomen aan bij wat de heer Assel-
bergs gezegd heeft.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voor
stel van Burgemeester en Wethouders besloten.
XVIIVOORSTEL TOT WIJZIGING DER ELECTRIC ITEITSTARIEVEN.
(Dossier nr7 "324**G
(Verzameling 1955, nr. 64).
De heer ASSELBERGS valt het op dat bij dit voorstel tot tariefs
verlaging alleen maar in aanmerking gebracht wordt het zakelijk ver
bruik, niet het particulier verbruik. Hij zou daar graag over inge
licht worden»
De heer LEIJS deelt mede dat op 1 Januari een schrijven is bin
nen gekomen van de P.N.E.M,waarin wordt medegedeeld dat de kolen-
clausule verlaagd zou worden. Dit betekent voor de gemeente een voor
deel van 27.500,--, Op 1 Januari 1952 heeft de gemeente de tarie
ven moeten verhogen voor reservering van de P.N.E.M. en het eigen be
drijf. Het vastrechttarief werd toen gebracht van 7è op 8£ cent. Op
1 Januari 1954 werd dit tarief weer verlaagd tot 8 cent en in October
1954 werd het nog eens verlaagd tot 7rr cent. Daarnaast is het tarief
voor klein krachtverbruik op 1 Januari 1952 verhoogd van 13 tot 17
cent. Dit tarief is van medio 1952 blijven staan en is niet verlaagd.
Dat is de reden waarom op het ogenblik het voorstel wordt gedaan om
d.eze tarieven te verlagen, omdat men niet mee geprofiteerd heeft van
de verlagingen welke in die tijd hebben plaats gevonden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voor
stel van Burgemeester en Wethouders besloten.
XVIII.aHEESTEMMING V0ORSTEL TOT HET VERLENEN VAN EEN EENMALIGE SUB-
SIDIE AD 550,-- VOOR AANSCHAFFING ya¥TeM1~LE^IAECÖRDE0NTs
DAN DE AC00R.DEPimÊ{mGlNG~^:ü7^r^m^~"^m^"~~°^"
10ADVIES ÖP HET VBRZ"0EE VAN DE ACCORDEONVERENIGING "D.O.S." OM
VOOR HET JAAR 1954 EN VOLGENDE JAREN~EEN~SWITTeTa¥T°30™--
PER JAAR UIT DE GEMEENTEKAS TE -
(Dossier nr. '28Ö~TT)
(Verzameling 1955, nr. 26),
De VOORZITTER stelt aan de orde sub a van dit voorstel.
De heer ASSELBERGS zou hierover nog graag iets willen zeggen
Persoonlijk heeft hij de behandeling van de subsidie-aanvrage in de
vorige vergadering helaas niet mee kunnen maken, waardoor hij moge
lijk op dit moment wat vrijer er tegenover staat. Hij heeft de notu
len nagelezen en naar aanleiding daarvan zou hij iets' willen zeggen.
Hij kan waarderen dat een groot deel van de Raad het voorstel dat
naar hij meent de heer van Mecheien gedaan heeft, heeft gesteund.
Spreker staat wel op het standpunt dat het bespelen van een accordeon
en zelfs in groepsverband algemeen vormend kan zijn en culturele waar
de heeft. Als zodanig begrijpt hij ook dat er sympathie voor de ver
eniging en voor het verlenen van subsidie bestaat. Op de eerste plaats
zouhij willen zeggen dat het toch wel gezocht is deze subsidie-ver
lening aan te sluiten aan de zangkoren. Spreker meent dat de subsidie
aan de zangkoren geen 350,maar 300,-is. Het lijkt hem daarom
beter te praten over 300,--, Dan komt de principiële vraag aan de
orde, subsidiëren of niet. Hij moet zeggen dat het aanzien'van een
accordeonvereniging toch wel iets anders ligt dan van een zangvereni
ging of een orkest. Per slot van rekening zijn het allemaal dezelfde
instrumenten, ofschoon er wel een onderverdeling in zal zitten. Er
i!
