-26- Maar men mag ook aannemen dat bij de militaire autoriteiten be grip zal rijpen voor een dergelijke anomalie» Met betrekking tot de uitbreiding van industrieterrein is een woord gesproken door de keer Asselbergs, tegelijk met de opmerking omtrent de havenverbetering en daarbij is de vraag gekomen of ook aan industrieterrein gedacht wordt. Naar de mening van Burgemeester en Wethouders zou bij een verbetering van de haven deze zodanig plaats moeten vinden, dat daarbij ook industrieterrein gewonnen zal worden, industrieterrein dat dus aan de havenbekkens ligt en dat voor een belangrijke uitbreiding zal kunnen dienen. Er zijn plannen, zoals bij de Leden bekend, voor verbetering van de' haven, die voor een deel op het gebied van een andere gemeente liggen» Spreker kan zich nauwelijks voorstellen dat er verbetering van de haven in deze zin zóu komen, zonder dat deze terreinen aan Bergen op Zoom zouden komen. Hij gelooft dat men er zeker naar moet streven om een behoor lijke exploitatie te verkrijgen en een behoorlijke afronding van het havengebied van Bergen op Zoom te verwerven, In dit verband is ook de algemene vraag naar voren gekomen:"Hoe staat het met de uitbreiding naar het Noorden?", Bij de toespraak welke spreker heeft gehouden bij gelegenheid van de jaarwisseling heeft hij zeer in het kort medegedeeld, dat de Commissie, destijds ingesteld door Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant om de ontwikkeling van Bergen op Zoom te bestuderen, nog niet met haar rapport gereed is gekomen. Nog slechts enkele dagen geleden ontving hij een ontwerp-hoofdstuk voor dat rapport. Spreker hoopt dat in de naaste toekomst hierin meer voortgang zal komen en dat dan inderdaad zal blijken in hoeverre de beknelling in het Noor den van deze gemeente zal moeten worden opgeheven om tot een norma le groei van Bergen op Zoom te kunnen komen. Wat betreft de havenverbetering en het in verband daarmede ge noemde probleem van de Rijn-Schelde-verbinding zou spreker willen opmerken, dat het rapport van de Commissie van Cauwelaert-Steenberghe omtrent de Rijn-Schelde-verbinding blijkbaar in de zeer nabije toe komst kan worden verwacht. Het schijnt ook wel vast te staan dat het tracé waaromtrent de heren van Cauwelaert en Steenberge het eens zijn geworden voor Bergen op Zoom gunstig zal zijn, zoals door de heer Ratsma werd opgemerkt. Spreker kan zich anderzijds moeilijk voor stellen dat, wanneer dit rapport van de Commissie van Cauwelaert- Steenberghe aan de Regering wordt aangeboden, de Nederlandse Rege ring niet het plan en het voorstel van de Delta-commissie naast el kaar zal leggen, om te zien in hoeverre dat deze plannen elkaar zou den doorkruisen» Al met al gelooft hij dat daardoor wederom enig uitstel haast onvermijdelijk is en in dat verband gelooft hij dat de bezorgdheid over het voortdurend uitstel in de kringen van de Pro vinciale en de Rijksregering toeneemt en dat men genegen zou zijn om binnen het raam van de algemene lijnen voor afsluiting van de zeega ten, binnen het raam ook van een tracé voor een Rijn-Schelde-verbin- ding, dat men binnen dat raam genegen zou zijn om. althans een tijde lijke verbetering te doen ontwerpen. Hij kan de heer Ratsma, die' daaromtrent een vraag stelde, de verzekering geven dat dezerzijds voortdurend contact wordt onderhouden met het provinciaal bestuur en waar mogelijk ook met de landelijke autoriteiten. Wij moeten in de eerste plaats zo goed mogelijk op de hoogte zijn van wat er ten aan zien van de twee grote plannen, de afsluiting van"de zeegaten en de aanleg van een kanaal leeft en wij moeten dan ook, wanneer de tijd daarvoor rijp is, onze belangen kunnen verdedigen. Spreker gelooft dat hij de Raad de verzekering, kan geven dat het gemeentebestuur daaraan z'n volle aandacht zal blijven schenken» Zowel door de heer Asselbergs als door de heer Ratsma zijn woor den gewijd aan het grote belang om het Markiezenhof in gemeentehan den' te krijgen en het aan te wenden voor een belangrijk cultureel doel, lot zijn verbazing, hij mag niet verhelen tot zijn teleurstel ling, heeft hij geluisterd naar de opmerking van de heer van Meche- len die meende, als hij het zo mag zeggen, dat Burgemeester en Wet houders een witteolifant op. zolder zouden halen»

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1954 | | pagina 96