-11- niet luk-raak alle mogelijke industrieën kan aanvaarden. Industrie waarvoor geschoolde metaalarbeiders nodig zijn zou men hier niet kunnen hebben, ómdat men daarvoor de arbeidskrachten niet ter be schikking heeft. De vraag kan hier ook gesteld worden hoe het staat met eventu-' eel industrie—terrein» Spreker gelooft dat daar weinig schot in zit» Dit onderwerpkomt ieder jaar naar voren en ieder jaar is het van: vVij kunnen nieij vendex1" ♦,*Hog skaak h.e*t en "tlmns nee^^ vrciQg~b liijj 'lis het nu aanwezig en is er de kans dat straks industrie—terrein ge reed kan worden gemaakt?". Evenzeer is een jaarlijks terugkerend gerecht op het begrotings menu het Antwerpen-Moerdijk-kahaal. Dat is van essentiële betekenis voor Bergen op^Zoon. ^Spreker gelooft dat men dit jaar iets optimis tischer kan zijn. Hij bedoelt daarmede dat men althans gerust kan zijn over het tracée van het Antwerpen-Moerdijk~kanaal, dat dit tra- cee voor Bergen op Zoon, wanneer het kanaal er straks zou komen, gun stig zal uitvallen. Men behoeft niet bang te zijn dat Bergen op Zoom afgesloten zal worden doordat het eventueel Oostwaarts zou komen te liggen. Dat vindt hij een grote geruststelling. Daarbij kan men wel realiseren dat het nog lang geen zekerheid is dat het kanaal er zal komen. Door de heer Asselbergs werd gesteld dat het Delta-plan weer uitstel zou kunnen betekenen. In ieder geval is het'zo, dat deze pro blenen in het Parlement nog moeten worden behandeld. Misschien is nog meer van belang hetgeen de Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant in de Provinciale Staten heeft gezegd en wel deze woorden: dat de havenverbetering van Bergen op Zoom niet eeuwig kan opgehangen blijven aan de kapstok van het kanaal. Spreker zou. willen vragen of het college zich in verbinding zou willen stel len met Gedeputeerde Staten om nadere uitleg to krijgen van wat deze woorden voor Bergen op Zoom zouden kunnen betekenen. Met enkele woorden wil spreker het dan hebben over do cultuur en de culturele taak van de gemeente. Hij heeft nog eens een keer nagelezen de woorden welke de heer Butijn vorig jaar bij zijn alge mene beschouwingen.hierover heeft gezegd. De heer Butijn redeneerde ongeveer aldus; De cultuur van Bergen op Zoom en de cultuurbevorde— ring bestaat alleen maar in aanmoediging van plezier. Die gaat er van uit dat Bergen op Zoom zo'n aardige woonstad is waar zoveel pret valt te beleven. Is dat nu eigenlijk wel overeenkomstig de standing van een plaats als Bergen op Zoom? Dat was ongeveer de strekking van zijn betoog. Hij meende dat hij door doze woorden te spreken - hij had het reeds meermalen gedaan - een buitenbeentje was in deze Raad. Spreker is daar niet zo helemaal van overtuigd» Dat zou mee kunnen vallen. Maar hij zou er wel op willen wijzen dat men de plezierige' kant van het leven nooit uit het oog kan verliezen en na de vele in spanning die men dagelijks moet getrossten, enige ontspanning uiter aard niet gemist kan worden» Iedereen zal deze ontspanning op eigen manier kunnen zoeken, maar spreker gelooft niet dat het verstandig is uit een stad als Bergen op Zoom weg to nemen wat diep in de aard van het volk ge?\/orteld is door traditie. Men moet hier nooit met ruwe hand gaan werken. Men kan nu eenmaal de vreugde uit het leven niet missen en men moet er oog voor hebben dat ieder dat zoekt zoals net de volksaard overeenkomt. Men zou de vraag kunnen stellen:'»Wat is cultuur en werkt het gemeentebestuur voldoende cultuurbevorderend Het is een belang rijke vraag omdat het menselijk geluk hiermede ten nauwste samen hangt. Men kan vaststellen dat alleen cultuur mogelijk is in de men senwereld, bij dieren is geen cultuur. De iKCisis begiftigd met hogere gaven en'kan cultuur vormen, intern leeft de drang om zich te ont plooien Al onze verworvenheden uit het verleden en wat wij nog da gelijks scheppen behoort tot de cultuur, de geestelijke goederen, do kunst, de wetenschaphet onderwijs. Er zou nog meer op te noemen zijn. Maar de mens alleen vormt ook geen cultuur. Daarom verh.ep.gt het

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1954 | | pagina 81