-15- Het culturele komt er naast, maar het kerkelijke kont er ook bij .Het is een kerkelijke manifestatie en spreker vindt het onjuist dat wer kelijke eredienst door de overheid wordt gesubsidieerd, lis er morgen een Kerk kont die zegt: "We moeten een nieuw orgel hebben;1 dan is men ook genegen deze to.e te staan» Hiermede wordt zijns inziens een pre cedent gesteld. He VOORZITTER heeft enigszins verbaasd gestaan over de bezwaren. Toen het verzoek kwam heeft hij het, afgezien van zijn persoonlijke geestelijke instelling tegenover deze manifestatie, maar zuiver als Burgemeester van deze stad, gezien als iets wat voor de stad van gro te betekenis is. Daarom, heeft hij, als Voorzitter van het College, volledig zijn steun gegeven aan het voorstel, lis men spreekt van een zuiver kerkelijke manifestatie, dan moet hij dat bestrijden. Als het zo v/as dan zou hij het subsidie ongewenst achten» Als het gaat om een zuiver kerkelijke manifestatie, dan zijn de leden van de Kerk er zelf voor verantwoordelijk. Spreker gelooft echter dat deze Omme gang voor de stad van grote betekenis is» Dat is de enige reden waar om hij gemeend heeft dlt con snore te moeten steunen» De heer RATSMA. merkt op dat men bij voorstellen als dit altijd moet oppassen niet langs elkaar heen te praten. Hij wil wel zeggen dat men op zich zelf grote: waardering moet hebben voor de toewijding waarmede de organisatoren en allen die hun steun er aan verlenen ieder jaar in staal zijn een dergelijke Ommegang te verzorgen. Er zijn dus geen zaken in het geding die hij uit de betogen van de heren Assol- bergs en de Moor heeft opgevangen en het:"waarom zou het niet mogen", "het is jammer" en "het doet zeer" gelooft hij dat hier niet op zijn plaats is» Men'heeft uiteraard, wanneer men andere kerkelijke opvat tingen huldigt, respect voor de-wijze waarop een ander zijn geloof be leeft en uitdraagt. Spreker heeft dan ook het betoog van de heer As- selbergs, vooral het eerste' deel, net grote instemming beluisterd^ Het is bij deze dingen moeilijk een standpunt te bepalen. Men heeft dat in het verleden enkele malen moeten doen, o.®. bij het stichten van een kapel en de subsidie voor de bouw van een nieuwe kerk» Alle keren dat een dergelijk voorstel in de Raad kwam en spreker er zijn stem aan heeft gegeven, heeft hij tot uitdrukking gebracht, dat het op zich zelf staand is dat een dergelijk voorstel in.de Raad komt, daar het eigenlijk zo moet zijn dat een bepaalde geloofsgemeenschap uit zich zelf in staat moet zijn om een voor hen belangrijke gebeurtenis te be kostigen, zoals men dat in het verleden altijd gedaan heeft, maar in de 20e eeuw door de gelovigen blijkbaar niet meer kan worden opge bracht. Zo is het ook met dit voorstel. Spreker heeft diep respect voor wat dit lieve Vrouwe Gilde tot nu toe uit eigen middelen tot stand heeft gebracht en dat, wat de heer Butijn als een specifiek ker kelijke gebeurtenis wil zien en ook vrijwel uitsluitend tot de Katho lieke gemeenschap in deze stad spreekt, tot nog toe volledig zelf heeft kunnen verzorgen. Evenals vorige keer betreurt spreker het dan ook dat dit blijk baar niet. meer kan. Spreker is er niet van overtuigd dat alle-midde len die er zijn om geld bijeen te brengen zijn uitgeput en men de ge makkelijke weg kiest door tot de overheid te gaan om subsidie. Het zou hem heel wat aangenamer zijn wanneer men het ook dit jaar uit eigen middelen^zou hebben kunnen bekostigen, vooral waar het een ge beurtenis is die voor een deel, uiteraard een groot deel spreekt en. voor dat volksdeel stichtend en van belang is»' Er zit ook een andere kant aan vast, een materiële kant, waar er veel mensen door naar de stad komen en men uit die overweging sub sidie zou kunnen geven. Maar 8500,— vindt hij een nogal belang rijk bedrag voor een dergelijk gebeuren» Er worden ook op ander ge bied optochten gehouden en het is best mogelijk dat men daar straks ook subsidie voor komt vragen. Dan komt men zijns inziens op een hel lend vlak. Spreker hoopt dat uit deze discussie niet de conclusie zal wor den getrokken dat er van hun kant geen- waardering zou zijn voor alles1 wat er rond deze Ommegang geschiedt en voor de ambities: waarmede de menden het trachten voor elkaar te brengen. Die waardering is er uiter aard van hun kant wel» De heren Butijn en Krouwel verzoeken aantekening in de notulen dat zij tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders zijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voor stel van Burgemeester en Wethouders besloten.'

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1954 | | pagina 226