b
I
Ill
l[
ging uitgegaan tot oprichting van een permanent gebouw en spreker zou
gaarne vernemen of de St, Vincentiusvereniging met deze wijziging
heeft ingestemd. Dat heeft hij uit de stukken niet kunnen lezen.
De heer RATS MA. merkt op dat het woonwagenkamp de laatste verga
deringen wel de aandacht van de Raad heeft gehad:. Spreker gelooft dat
de meerderheid van de Raad bereid is voor deze mensen te doen wat re
delijkerwijze kan worden verlangd.
Aan de andere kant is bij de behandeling van de begroting ook
betoogd dat dit niet iets zou zijn voor de gemeente, maar dat het
Rijkszorg is. Men zegt nu wel met het voorbeeld Arnhem-Nijmegen ï"De
mensen blijven toch hier of daar", maar'hij weet niet of dat zo is.
Hij gelooft dat het er veel van afhangt hoe de bevolking tegenover de
ze mensen staat en hij denkt ook dat het van veel belang is, hoe de
dienst van sociale zaken tegenover de mensen staat, Wanneer Nijmegen
royaler is dan Arnhem, dan zal men naar het mooie kamp in Nijmegen
gaan, maar is Arnhem royaler, dan zal men naar de modder van Arnhem
trekken. Dat is sprekers overtuiging.
Nu de zaak zo is, en in afwachting van de Rijksregeling - Minis
ter van Thiel heeft er bij de besprekingen in de Eerste Kamer nog op
gewezen - gelooft hij dat het juist is de gulden middenweg te bewan
delen, Wanneer hij de stukken die thans ter tafel liggen goed begre
pen heeft, dan gelooft hij dat Burgemeester en Wethouders ook een
dergelijke mening zijn toegedaan. Hij meent dan ook dat men er voor
lopig mee moet volstaan. Of het op den duur zal voldoen zal van de
Rijksregeling afhangen. Het is niet ideaal, maar men moet er op het
ogenblik mee volstaan.
De heer BROOS merkt opdat er na het diepgaande betoog van de
heer de Jaeger en de diverse gestelde vragen voor hem wel aanleiding
is wat nader op deze materie in te gaan.
"In ons land", zegt spreker, "is een streven om de woonwagenbewo
ners -aan banden te leggen. Men overweegt zelfs een trekverbod, maar
daar zitten zoveel haken en ogen aan, dat veilig kan worden aangeno
men dat het nog wel enkele jaren zal duren vooraleer dit is gereali
seerd".
Ook het onderwijs voor de woonwagenkinderen staat volop in het
teken van de belangstelling, al zal in hoofdzaak dit onderwijs niet
anders dan individueel kunnen zijn gericht.
In de begrotingsvergadering van de Eerste Kamer is het onder
werp der woonwagenbewoners gisteren nog aan de orde geweest en ook
daar is van de ^ijde der Kamerleden er nog eens op gewezen dat dit
vraagstuk een vraagstuk van nationale betekenis is en dat het eigen
lijk niet aangaat om centrumgemeenten, waar' kampen zijn'ontstaan in
de laatste jaren, alleen voor de kosten te laten zitten, In zijn ant
woord deelde Minister van Thiel mede, dat wettelijke regelingen in
voorbereiding zijn, maar dat daarnaast toch ook een taak voor de ge
meenten is weggelegd voor het plegen van maatschappelijk werk onder
deze bewoners,
In de begrotingsvergadering is door diverse sprekers gewezen op
het nut en de noodzaak om mede te werken aan de opheffing van de so
ciaal zwakke gezinnen en daar waar particulier initiatief op dit ter
rein werkzaam is,"heeft de Gemeente tot taak financiële en morele
steun te verlenen»
Spreker moet eerlijk bekennen dat hij persoonlijk toch wel min
of meer huiverig heeft gestaan ten opzichte van deze categorie van
mensen, maar daarnaaêt durft hij ook te verklaren dat hij volkomen
ten goede is gekeerd.
Hij heeft namelijk een bezoek gebracht aan het woonwagenkamp te
Breda en zich daar door de Wethouder van sociale zaken volledig laten
inlichten. Hij heèft werkelijk verbaasd gestaan omtrent de daar be
reikte resultaten.
Men we at dat dit kamp aanvankelijk was gelegen aan de spoorlijn-
Bergen op Zoom - Breda, waarop was geplaatst"een"houten kerkgebouwtje
en een houten barak welke dienst deed als school.
Ongeveer een jaar geleden is dit gehele complex overgeplaatst
naar de Terheijdenseweg, hetgeen de gemeente Breda op een totaal kos
ten kwam te staart van ongeveer 64,000,