I
A,
-22-
doet dat met vrij royale hand omdat men het werk belangrijk acht.
Daar komt bij dat verschillende gemeenten als Breda en Tilburg, die
dit jaar de subsidie hebben afgewezen, dit niet hebben gedaan op grond
van het feit dat let werk van de vereniging minder omvattend zou zijn
geworden. Wanneer dat zo was, dan was ongetwijfeld de subsidie van
500,niet afgeschaft maar verminderd. Dat gebeurde op heel andehe
gronden, gronden die niet overeenstemmen met de uitspraak van Pater
Stokman, namelijk dat iedere groep van de bevolking redelijkerwijze
moet ontvangen wat haar toekomt. Dat is het juiste standpunt, laat
men de klemtoon hierop Iqggen dat men alle staatsburgers of vereni
gingen van staatsburgers op wettelijke basis plaatst :en geeft iedereen
dezelfde rechten. Als men dit recht aantast maakt meiï" misbruik van
zijn macht en is men op weg naar de dictatuur. Het gaat er spreker om
dat Bergen^ op Zoom deze weg niet op gaat. Of men 200,geeft of
niet, dat is van geen betekenisj het gaat om het recht van de staats
burger, dat voor iedere inwoner van Bergen op Zoom erkend moet wor
den.
Spreker neemt aan dat de Baad het voorstel van Burgemeester en
Wethouders zal aanvaarden, maar uit overwegingen van het recht wil
hij toch het voorstel doen voor 1954 aan "Humanitas" een subsidie
van 25,te verstrekken.
Dit voorstel wordt gesteund door de heren Scheppink en Krouwel,
De heer ASSE1BERG-S wil ook graag over dit onderwerp iets zeg
gen," De heer Krouwel heeft in het begin van zijn verdediging gesteld
dat de beslissing die hier in deze Baad op het subsidie-voorstel gaat
vallen, een beslissing is die ver uit gaat boven het voorstel dat
voor ons ligt, daar de subsidie van betrekkelijk geringe waarde is.
Hij stelt dat hier in de Raad een principiële beslissing zal vallen,
hoe dan"ook. Bij afwijzing van de subsidie, zal de beslissing niet zo
principieel zijn als bij toewijzing. Spreker gelooft dat de heer'
Krouwel dat hier wel erg fors stelt en wanneer men de zaak zo stelt,
men ze wel wat al te vlug"principieel gaat stellen, zeker in een
plaats als Bergen op Zoom,
Zoals hij heeft gehoord, bestaat "Humanitas" in Bergen op Zoom
vanaf 1952, Dat is bijzonder kort, Men~hêeft van deze vereniging in
Bergen op Zoom nog niet erg veel gemaakt. Men moet eerst w&t erva
ring opdoen voor men praat over een principiële beslissing. De be
slissing is voor hem niet in die zin principieel,en daar speelt de
heer Krouwel misschien op, dat, wanneer de subsidie op dit moment
zou v/orden afgewezen, dit een beslissing zal zijn die voor alle tij
den zal gelden. Spreker gelooft dat men het zo per se niet mag stel
len» Beslist niet» De kwestie die rond deze zaak speelt is uitermate
gewichtigvoor sprekers groepering en voor verschillende andere groe
peringen in deze Raad. Ze is dermate belangrijk en van gewicht, dat
een principiële beslissing op dit moment, gezien de ervaring in Ber
gen op Zoom,, lang niet op tijd zou zijn. Hij wil helemaal niet verhe-
len^en dat is op de principiële zaak ingaan, dat het optreden van "Hu
manitas", zijnde een vereniging die zich stelt op humanistische grond
slag, toch wel enige huivering bij hem verwekt. Hij stelt voorop,
zoals in de Tweede Kamer is gebeurd, dat in Nederland elke staatsbur
ger dezelfde- rechten heeft, "Maar", zegt hij, "wij staan wel wat hui
verig als Katholieken tegenover deze vereniging, omdat zij zich stelt
op zo'n verschrikkelijk vage humanistische levensbeschouwing".
Wanneer men vraagts"Wat is humanistische levensbeschouwing?",
dan kan hij daar oneindig over praten. Want de mens is dermate gecom
pliceerd dat de best onderlegde psychologen, psychiaters, dokters,
economen en allen die zich bezig houden met de mens, er nog altijd
niet achter zijn wat voor schoon beestje de mens is, We hebben in de
historie een stroom gezien van levensbeschouwing, levensopvatting,
die men misschien zou kunnen aanhaken met wat op het moment in Neder
land wordt verondersteld te zijn de humanistische levensopvatting.
Spreker is niet klassiek opgevoed, hij heeft niet op een gymnasium ge
zeten, maar hij heeft wel eens gehoord van de Romeinse en Griekse
beschaving, waar ook de beschaving er goden op nahield, maar buiten
het bestaan van één God meende te kunnen redeneren en verder te kun
nen gaan bij het uitstippelen van de maatschappelijke instellingen,
politieke instellingen etc. etc»