-4- beidersleden van de fractie weer onder het juk door moeten gaan? Zijn ze zo gelukkig met een wethouderscollege dat voor drie-vierde' uit middenstanders bestaat?" Het zijn vragen waarvan spreker veron derstelt dat het antwoord wel in nevelen gehuld zal blijven. Hij moet met klem protesteren tegen dit sollen met de gemeente-belangen, want anders kan hij dit niet zien. Hiermede heeft hij het zijne er van gezegd, De heer BUTIJN vindt het standpunt van de K.V.P» ook niet te waarderen. Hij gaat van het standpunt uit dat het niet absoluut nood zakelijk is dat de evenredige vertegenwoordiging betracht moet wor den. Dat behoeft niet, maar het is toch wel zo, dat het Nederlandse staatsbestel en de verhoudingen in ons land zodanig zijn dat met de evenredigheid rekening gehouden moet worden. Wanneer men hier met 51 io zit en men neemt alle zetels in beslag, dan is dat tegen de evenredige vertegenwoordiging, ook tegen de geest die in Nederland heerst. Wanneer men kijkt hoe de regering is samengesteld, dan ziet men dat, maar nog sterker komt het tot uiting wanneer men kijkt naar de samenstelling van de colleges in de grote steden. Als men kijkt naar Amsterdam, Rotterdam en den Haag, waar de Katholieken ab soluut geen meerderheid hebben, maar waar toch een Katholieke wet houder in het college zit. Het is een ruim standpunt dat men hier zou _moeten navolgen. De heer VAN MECHEIEN merkt op dat, zoals bij de begrotingsbe handeling gesteld, zijn fractie van oordeel is dat 3 wethouders voldoende is voor Bergen op Zoom, zodat zij hun stem blanco zullen uitbrengen. De heer ASSELBERGS wil nog een enkel woord zeggen, hoewel de argumenten reeds in de eerste vergadering van deze Raad. naar voren zijn gekomen. De heer Ratsma gaat in zijn conclusie, als zou de con fessie de enige basis zijn, wel een beetje ver, want dat is natuur lijk niet zo. Maar de confessie is naar zijn vaste overtuiging wel de enig juiste basis voor het bedrijven van politiek. Dat wil niet zeggen dat de Katholieken die lid van de Partij van de Arbeid zijn minder goede Katholieken zouden zijn. Hij houdt er zich verre van om dit te beoordelen."Maar het is wel zeker", zegt hij, "dat de Ka tholieken die lid zijn van de Partij van de-Arbeid zich vergissen in hun politiek". Wanneer de-heer Ratsma zegt dat lijst I zich op het standpunt stelt dat van zijn groepering geen enkele wethouder in het college zou komen wanneer de Partij van de Arbeid 10 zetels in het college zou hebben, dan is dat een veronderstelling welke volkomen uit de lucht gegrepen is. Spreker is overtuigd dat wanneer de situatie voor de Partij van de Arbeid, onverhoopt voor Bergen op Zoom, zo zou komen te liggen, de wethoudersverkiezing een ander beeld zou geven. De eigenaardige suggestie welke de heer Ratsma,zich veroor looft in deze zin dat de middenstand reeds 2-g- of 3s* zetel onttrok- ken heeft aan de arbeidersvertegenwoordigers, is een veronderstel ling die ook volkomen uit de lucht gegrepen is. De heer Butijn heeft, hij houde het hem ten goede, een slip of the tongue gemaakt met hun als K.V.P. te betitelen» Spreker had gaarne gezien dat de K.V.P. aan deze verkiezingen had deelgenomen in Bergen op Zoom. Dat is niet zo en zij matigen zich thans niet aan de K.V.P. te vertegen woordigen. Hij hoopt dat in een volgende Raad zich een dergelijke situatie kan voordoen en de K.V.P. dan hier vertegenwoordigd is. Spreker beschouwt het nu als .een slip of the tongue. Door de heer Butijn is gesproken over evenredige vertegenwoor diging» Hij weet welke argumenten spreker de' vorige keer naar voren heeft gehaald om er op te wijzen dat evenredige vertegenwoordiging moeilijk is in deze raad, om de eenvoudige' reden dat dan het colle ge uit 6 of"7 wethouders zou moeten bestaan. Meer wil hij er niet •ver zeggen. Hierop wordt tot stemming overgegaan. De leden van de Partij van de Arbeid verlaten tijdens de stem ming de vergadering.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1954 | | pagina 157