1 Ii -20— Hij gelooft dan ook dat er niets behoeft te gebeuren en dat men rustig kan afwachten wat Gedeputeerde Staten zullen voorstellen, He VOORZITTER meent dat dit misschien aanleiding is voor de voor stellers om gehoor te geven aan deze suggestie,. De heer HEST meent naar aanleiding van het gesprokene door de Wethouder, dat het goed is het voorstel terug te nemen en af te wach ten. De heer VAN RIESEN merkt op dat de heer Broos gezegd heeft dat hij wel eens met te veel cijfers schermt, maar hij meent dat er nu toch te weinig cijfers gegeven zijn. Wel noemt hij namelijk de sala rissen van Eindhoven en Breda, maar,ten aanzien van Roosendaal heeft hij alleen gezegd dat 5% verhoging wordt uitbetaald. Het salaris zelf is echter niet genoemd en dat zou spreker toch ook wel gaarne willen weten, Be heer BROOS deelt mede dat dit gelijk staat met Bergen op Zoom. Volgnummer 20. Presentiegelden cler leden van de Rand De heer HEST zou in hetzelfde verband gaarne willen spreken over het presentiegeld, "We hebben nog meegemaaktzegt hij, "dat dit is gebracht van 4,— op 6, Het gaat hier niet over maar spre ker zou er toch wel op willen wijzen dat het Raadslidmaatschap enige verplichtingen meebrengt en veel kosten. Hij zou willen verzoeken het presentiegeld te willen verhogen. Wanneer men enigszins bij de tijd wil blijven om te weten wat er omgaat in de politiek, dan moet men zich op verschillende dingen abonneren. Hij zou dan ook gaarne zien dat het presentiegeld werd verhoogd. De VOORZITTER merkt op dat het voorstel iets meer gespecificeerd zou moeten zijn. De heer HEST wil het gaarne nader formuleren. Hij zou'willen voorstellen het presentiegeld te brengen van 6,— op 9,— en voor de commissievergaderingen wan f 3,— op 4,-—. Dit voorstel wordt voldoende gesteund. De heer VAN RIESEN kan dit voorstel van de ene kant goed begrij pen, maar van de andere'kant gelooft hij toch dat hij het niet kan steunen en er niet voor zal stemmen. Er zijn gisterenavond verschillende opmerkingen gemaakt over de gemeente-begroting en deze opmerkingen kwamen op een gegeven moment hierop neer dat men langs alle mogelijke manieren zou moeten proberen de begroting sluitend te gmaken. Zelfs is de idee geopperd door de heer Ratsma,wat onmogelijk zou zijn, post voor post na te lopen on bezuiniging toe te passen. Dat is natuurlijk een onmogelijkheid. Nu vindt spreker dat men als Raadslid.het voorbeeld moet geven en moet proberen de uiterste zuinigheid te betrachten. Uit dat oogpunt kan hij niet voor het voorstel stemmen. De heer VAN MECHELEN sluit zich aan bij do heer van Riesen. Hij vindt het niet nodig dat het presentiegeld verhoogd wordt omdat de tijd die men er in steekt in vrije tijd geschiedt. De heer RATSIM moet zijn stem in deze wel motiveren. Hij zou het niet willen bekijken vanuit het gezichtspunt dat de heer van Riesen' naar voren heeft gebracht, namelijk uit het oogpunt van bezuiniging, maar wel uit het oogpunt of het redelijk is. Van het woord bezuini ging is hij een beetje bang, dat hoort hij niet graag. Hij heeft gis terenavond duidelijk naar voren laten komen dat de gemeenten in de allereerste plaats en juist in Brabant het algemeen'belang moeten la ten spreken. Het is zo dat in de vóór-oorlogse jaren verschillende gemeenten door zuinigheid getracht hebben hun zelfstandigheid te be waren en om niet onder curatele van hogere organen te komen. Die ge meenten hebben belangrijke culturele en sociale belangen van hunne gemeentenaren niet kunnen verzorgen en het eind van het liedje.was dat deze gemeenten na verloop van jaren jaloers waren op de gemeenten die wel onder curatele stonden, omdat die alles konden doen en daar van nog profiteerden. Wanneer hij zegt dat Brabant achter gesteld wordt dan is en blijft hij van mening dat het dit voor een deel aan zich zelf heeft tedarken omdat het bij de sociale en culturele belangen de zuinig heid in het oog heeft gehouden. Daarom is hij van het woord zuinig heid bang.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1954 | | pagina 132