-9-
keloosheid, aan te wijzen werkobjecten, personeelsbezetting, ver
bruik van gas, electriciteit enz.
Het gemeentelijk apparaat wordt steeds' omvangrijkerhet perso<-
neel wordt jaarlijks uitgebreid. Spreker twijfelt er niet aan, of
dit zal nodig zijn, ofschoon de beoordeling daarover hem ten ene ma
le ontbreekt. En hij is er helemaal niet zeker van, dat dit steeds
groeiende apparaat altijd op de meest efficiënte wijze wordt georga
niseerd en dat hier en daar nog niet een of andere verbetering moge
lijk zal zijn, zodat het wat vlotter en goedkoper zou kunnen werken.
Hij hoopt dan ook dat de voorzitter de leden spoedig zal kunnen ver
gasten 'op de door hem in uitzicht gestelde statistische documentatie
en dat het college in overweging zal willen nemen, de raad een drie
maanden jks-of een langer-,rapport te verstrekken, dat de leden een
leiddraad kan zijn bij de vorming van hun oordeel over gemeentelijke
aangelegenheden.
Spreker heeft hiermede iets gezegd van het individuele raadslid a
Hij zou ook iets willen opmerken over de gemeenteraad in zijn geheel
en daarbij de vraag willen stellen:Wat is de taak van het gemeente
bestuur? Hij zou heel ruim willen formuleren, dat die taak is, het
scheppen van een zodanig klimaat in de gemeente, dat alles wat aan
geestelijk en cultureel bezit in de gemeente leeft, ruimschoots tot
ontplooiing kan komen, zodat het een gemeente is waarin het voor
iedere bewoner prettig is om te werken en te leven. Het gemeentebe
stuur moet allereerst door zijn gezag, maar ook door het scheppen van
de nodige accommodatie, door aanmoediging van particuliere initiatie
ven, door het verlenen van subsidie enz. enz. het geestelijk,cultu
reel en maatschappelijk leven in een gunstige atmosfeer brengen.
§emeentebestuur moet een ruim begrip hebben voor de geestelijke
en maatschappelijke stromingen in de gemeente^ er moet ruimte zijn
voor verscheidenheid, want verscheidenheid verrijkt de cultuur. De
mens moet zich in zijn levensbeschouwing en in zijn maatschappelijke
vertuigxngkunnen ontplooien, zodat hij een levend lid van de gemeen-
S° tu an z:^n' bezield van burgerzin. Er moet zijn een klimaat van
eerbied en verdraagzaamheid tegenover de persoonlijkheid van ieder
mens. Hu zegt hij dit niet om een lesje te geven, maar om zich te
plaatsen in de concrete situatie van Bergen op Zoom. En dan meent
hij dat het door hem geschetste klimaat in de kleine gemeenschap van
de gemeenteraad aanwezig is. De voorstellen tot het verlenen van sub
sidie en ook andere getuigen zijns inziens hiervan. Ook de gedachten-
wisseling getuigt van een bereidheid om in de gedachtengang van ande
ren te treden, ook al is dat niet altijd gemakkelijk. En als hij een
ogenblik voor zich zelf mag spreken, dan wil hij verklaren, dat in
de enkele jaren dat hij in deze raad heeft mogen zitten, hij bij de
beoordeling van de voorstellen steeds heeft gepoogd zich voor te stel
len wat het voor degenen die bij het voorstel betrokken waren, te be
tekenen had. Hij zou er aan willen herinneren, dat hij o.a. zijn stem
heeft gegeven aan het bouwen van een bidkapel in het Markiezenhof en
aan de subsidie voor het bouwen van een R.K. kerk. Hij zou niet an-
ciers gekund hebben, maar aangezien hij hier vertegenwoordiger is van
een bepaalde _politieke groepering in deze stad, heeft hij ook reken-
sc ap van zijn politieke daden af te leggen tegenover zijn kiezers
nSIïle ^eSenover zijn politieke vrienden in de Partij van de
Arbeid. En dan wil hij hier openlijk verklaren, dat daar ook nogal
eens wat critiek op zijn beleid wordt uitgeoefend. Het is voor meer
dere politieke vrienden uiterst moeilijk, die eerbied voor de geeste
lijke instelling van de andere partij op te brengen, welke nodig is
om aan besluiten als zo juist genoemd, mede te werken. En dan blijkt
hem telkens weer, dat velen er moeite mee hebben geheel op te gaan in
de gemeenschap van deze stad. Ze hebben dan persoonlijk een en ander
ondervonden^wat niet direct getuigt van eerbied voor hun overtuiging.
Ze voelen zich zo wat in het hoekje gedrukt van de tweede rangs bur
gers, wat zij beslist niet willen zijn. Zij voelen het als een verne
dering, dat alles wat van hun beweging uitgaat door de plaatselijke
pers, die de spiegel moet zijn van het gemeentelijk gebeuren, syste
matisch wordt dood gezwegen, vanaf het eenvoudige Sinterklaasfeest
voor de kinderen tot het collecteren ten bate van de t.b.c.-bestrijding
toe. Als hij daarbij bedenkt, dat vele ouden van dagen bij hem hun