-12- wijs, geen bezwaar tegen hebbenmaar als raadslid meent hij zich op een objectief standpunt te moeten stellen. Met wat de heer Musters heeft gezegd, kan hij zich dan ook ten volle verenigen. Hij zou dan ook gaarne het motief vernemen van de commissie voor onderwijs en het college, die het standpunt innemen, dat het niet verantwoord is. De heer KUIJPERS zegt, dat de waardering die door de heren Mus ters en Ratsma voor het b.l.o. is uitgesproken, ongetwijfeld niet al leen door burgemeester en wethouders wordt gedeeld, maar ook door de gehele raad. "Wij dragen", zegt hij, "het b.l.o. een goed hart toe en appreciëren de moeite, ijver en inspanning van de leerkrachten diemet de opvoeding van deze kinderen belast zijn'! Een taak, welke naar zijn smaak veel zwaarder is dan het geven van gewoon onderwijs. Men moet dan ook alle mogelijke appreciatie hebben voor het b.l.o., dat door de ze congregatie en door de zusters in Bergen op Zoom wordt behartigde Maar burgemeester en wethouders zijn ten opzichte van dit voorstel eigenlijk doorgegaan in de lijn welke de raad al jaren lang ten op zichte van het b.l.o. in deze gemeente getrokken heeft. Burgemeester en wethouders menen, dat het op het ogenblik niet gewenst is, na wat van deze zijde voor het b.l.o. in de stad gepresteerd is, incidenteel me-; een ander standpunt naar voren te komen. "We hebben ons", zegt spreker, "in Bergen op Zoom altijd op het standpunt gesteld, dat het b.l.o. gesteund moest worden, maar dat we ons niet mogen belasten met de volledige kostenvergoeding van dit on derwijs, zolang daar niet een wettelijke grondslag aan lag. Men kan zeggen;"We kunnen dit op een gegeven ogenblik gaan recht trekken en dezelfde lijn gaan volgen aoals de wet oplegt voor het l.o.", maar dit moet niet incidenteel gebeuren. Men zou dan wat in het verleden^ ten koste is gelegd aan soortgelijke inrichtingen hiermee op een lij-.-, moeten stellen. Deze school vraagt thans vergoeding voor de kosten van eerste inrichting van twee leslokalen. Men zou dan aan de andere b.l.o.-school v/at zij in het verleden op gelijke wijze geïnvesteerd heeft, ook moeten vergoeden". Spreker gelooft dat hier het ogenblik nog niet voor gekomen is, in aanmerking nemende, dat het belangrijke, kosten voor de gemeente zou meebrengen. Het wordt niet een bedrag van enkele duizenden per jaar, maar van vele duizenden en hij acht dat de tijd nog niet daar is. om dit te doen. Yooral niet, omdat de inkomsten van de gemeente gebaseerd zijn op verschillende vaste uitkeringen van het rijk, welke uitkeringen weer gebaseerd zijn op uitgaven door de gemeente gedaan in een bepaald basisjaar, waarin deze uitgaven voor het b.l.o. niet bestonden. Het rijk houdt hiermede geen rekening; wem met de uitkeringen gegeven aan het gewoon lager onderwijs. "Wanneer wij deze zware last geheel op de gemeente gaan leggen, dan gaan we"aldus spreker, onze financiële positie scheef trekken» Waar over de kwestie van de gelijkstelling op het ogenblik op hogei .ni veau bepaalde plannen bestaan en daarnaast de financiële verhouding tussen rijk en gemeente thans aan een studie onderworpen wordt en_er een nieuwe regeling komt, zou het onverstandig zijn, thans dergelijke zware uitgaven op zich te nemen'! Spreker gelooft, dat, financieel bezien, de gemeente, hoe graag zij ook de gelijkstelling zou zien, dit op het ogenblik niet kan^ver wezenlijken. Hij meent echter wel, dat te zijner tijd dit onderwijs op gelijke wijze als het lager onderwijs gefinancierd moet worden. De heer BUTIJN zou in verband daarmede deze vraag willen steil --n» Als hij zich goed herinnert, betaalt men voor het b.l.o. 47>50 en^ voor het 1.0. 27,per leerling. Dat is een aanmerkelijk verschil? "Zit daarin niet", zo vraagt hij, "een compensatie voor kosten van eigen inrichting?" De heer KUIJPERS deelt mede, dat het verschil hierin zit, dat de uitgaven van het b.l.o. hoger zijn dan van het gewone l.o.^De leer middelen welke doorbelde typen scholen gebruikt worden, zijn zeer verschillend. Bij het l.o. zijn het veelal boekjes die meerdere jaren meegaan, terwijl het bij het b.l.o. maar materiaal is dat na 1 of 2 keer gebruiken verbruikt is. Daarom zijn de uitgaven van het b.l.o. hoger» De heer MUSIERS merkt op, dat van wat de wethouder verteld heeft, niets in het advies staat. Het wordt afgewezen met het oog op de fi nanciële toestand van de gemeente. Spreker vindt deze school buiten-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1952 | | pagina 197