-18- van een speelgelegenheid en die toezicht willen houden,, dat Burge meester en Wethouders bereid zouden zijn wanneer er een aanvrage voor komt en het uitvoerbaar is, daaraan mee te werken. Hetis hem bekend dat voor wat Gageldonk betreft voorlopige toestemming is verleend om als speelveld in gebruik te nemen een braak liggend terrein. Op 10 Juli 1951 is hiertoe toestemming ver leend en wordt dit terrein gebruikt. Maar de toestemming hiervoor is voorlopig verleend, omdat in de toekomst dit terrein zal worden bebouwd. Het zal zijns inziens noodzakelijk zijn dat er in die buurt een permanent speelveld komt. Op 26 October 1951 is door de buurtvereniging een schrijven gericht aan Burgemeester en Wethouders waarbij wordt gevraagd mede werking te willen verlenen om daar een speelveld te cre'éren en dit te hunner beschikking te willen stellen, waarbij zij op zich willen nemen als buurtvereniging toezicht te houden en leiding te geven. Het bevreemdt spreker dat men daarop als antwoord heeft gegeven dat men dit verzoek in herinnering zal houden en men zich, wanneer demogelijkheid tot inwilliging zich voordoet, nader met de buurtver eniging in verbinding zal stellen. Spreker weet niet of deze herinne ring nog bestaat en hij weet ook niet of men zich al met de buurtver eniging in verbinding heeft gesteld."Doch"zegt spreker, "waar wij als raad zeker het initiatief en de medewerking van de buurtvereniging moeten toejuichen, had ik graag gezien dat op de lijst van kapitaals- werken ook voor deze buurtvereniging een speelveld was gecre'ëerd". De VOORZITTER zegt dat deze zaak zo ligt, dat in het uitbreidings plan in de buurt van de Plataanstraat een speelplaats is ontworpen, daar waar de boerderij van Franken heeft gestaan. Er moeten eerst nog enkele huizen gebouwd worden en dan dient deze grond als werk terrein. Zodra de huizen er staan kan dit terrein, dat zo groot is als de Markt, als definitief speelveld worden ingericht. Voorlopig heeft^het geen zin een ander tijdelijk speelveld aan te wijzen. Het ligt in elk geval in de bedoeling dat stuk grond als speelveld voor deze buurt definitief in orde te maken. heer VAN RIESEN lijkt het juist dat degenen die nu het tijde- lijk terrein in bruikleen hebben, ook belast zullen worden met het be heer over het kinderspeelveld. "Dat zou een mogelijkheid zijn", zegt de VOORZITTER. "Dat spreekt vanzelf", aldus de heer HAVERMANS. De heer IEIJS leest als antwoord op punt 12,dat de trottoirs in de Wouwsestraat zijn verhard met langwerpige tegels. Wanneer wa ter onder deze tegels komt, wippen ze pp en bestaat de mogelijkheid, dat de voetgangers struikelen. Inderdaad hebben een paar ongevallen dientengevolge plaats gehad. Spreker zou willen opmerken dat dit ook bij andere tegels gebeurt, ook bij de vierkante cementtegels. Hij zou willen vragen ook daar de aandacht' aan te besteden. De heer HAVERMANS merkt op dat deze tegels bij het opbreken los zijn komen te liggen. Hij is het er mee eens dat dit hersteld moet worden. De heer BUTIJN leest als antwoord op punt 14 dat er thans geens kans is dat de brug aan de van Overstratenlaan hersteld wordt en dat dit moet wachten op vaststelling van het uitbreidingsplan 'Noord". Hij begrijpt hieruit dat het op de lange baan geschoven wordt. Spreker vindt het jammer dat dit antwoord gekomen is. ^Spreker ziet het geval als een gevolg van de oorlog en hij meent dat iedereen, particulier en overheid, verplicht is om oorlogssouve- niers op te ruimen. De mensen die aan de andere kant van het geval wonen hebben er geweldig veel last van. De algemene klacht is:"Wanneer komen wij aan de beurt?". Er is gesproken over de renbaan-die zoveel geld gekost heeft en dit blijft maar liggen. Hier moet men al jaren over een noodbruggetje tippelen met alle narigheden welke er aan ver bonden zijn. Bij avond en bij nacht is er haast geen gebruik van te maken. Daarom zou spreker willen vragen, wanneer komt dat aan de beurt-. De mensen worden lastig. Hij heeft mensen gesproken die naar andere wegen willen zoeken en die reeds gevraagd hebben of er geen instantie hoger is, omdat zij het niet meer nemen. 4-^

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1952 | | pagina 141