-32- gelen die zijn genomen succes zullen hebben, zodat men hierover in de raad geen klachten meer behoeft te uiten. Het antwoord van de heer Broos bevestigtdat het wat betreft de dienstcommissies een slappe boel is. Eigenlijk is er geen ant woord gegeven. Spreker heeft positief gevraagd "Wat is er gebeurd nadat de commissies zi-jn geformeerd?"ren hij gelooft dat het antwoord geluid heeft"Hiets"Dat heeft hij althans begrepen uit het antwoord dat er gegeven is. Spreker kan de verzekering geven, er bij 'de vol gende begroting weer op terug te zullen komen en hij hoopt dat men dan kan zeggen dat er heel veel gedaan is. De heer VAN RIESEN is.wel tevreden.gesteld met het antwoord van de heer Havermans over de kwestie van de industrie.In zoverre althans, dat hij niet helemaal kan aannemen dat de industrie welke zich aangemeld heeft voor vestiging in Bergen op Zoom alleen afge schrokken is omdat men geen 2 h 3 Ha. kon krijgen. Er zullen er zijns inziens toch ook wel geweest zijn die met minder terrein te vreden waren te stellen. Er zullen dan ook wel andere bezwaren aan ten grondslag gelegen hebben, waardoor zij Bergen op Zoom niet als de stad voor de vestiging van hun industrie genomen hebben. Spreker is dankbaar dat hij het antwoord gekregen heeft op zijn vraag, dat het niet nodig is een commissie in te stellen. Want het doel van zijn vraag was niet zo zeer te komen tot een commissie dan om de raad tijdig in te lichten over wat zich voordoet op dit gebied, opdat de raad kennis kan nemen -van de bezwaren en moeilijkheden die zich voor de vestiging van de industrie voordoen en zich kan uitspre ken over de voorwaarden welke aan de industrie kunnen worden gebo den. Indien men een bepaalde industrie graag zou willen hebben, dan zou de raad concessies kunnen verlenen, die burgemeester en wethouders niet zouden kunnen en mogen bieden. Spreker is tevreden gesteld met de toezegging, dat zo tijdig mogelijk aanvragen in de raad zullen worden gebracht, opdat men na gezamenlijk overleg, in geheime verga dering zo nodig, kan beslissen over het standpunt dat men zou kunnen innemen. Door de heer Broos is een uitgebreide uiteenzetting gegeven in zake de werkeloosheid. Dat was hem ook bekend. Nu zou spreker een kleine vraag willen stellen. Hij zal deze in zijn algemeenheid stel len, omdat hem enige gevallen zijn ter ore gekomen en hij wel wil weten hoe dat eigenlijk zit. Het is wel bekend, dat men op het ogen blik begonnen is aan het kazerne-complex in Ossendrecht, waar, zoals reeds is gezegd, vakmensen naar toe gaan. Maar voor dit complex wor den nog meer arbeiders gevraagd. Men heeft in de kranten kunnen le zen van 700. Spreker weet dat er een aanvrage geweest is op het Ge westelijk Arbeids Bureau. Ook is hem bekend, dat mensen gevraagd zijn om er naar toe te gaan, die geweigerd hebben, omdat het 15«n dat ge geven wordt dusdanig hoog is, dat het ongeveer gelijk komt met de uit kering die ze krijgen aan het Gewestelijk Arbeids Bureau, hetgeen aan verhoogd wordt met de kinderbijslag. Zij waren niet van plan voor 3,meer naar Ossendrecht te fietsen en bleven liever werkeloos in Bergen op Zoom. Spreker zou hier tegelijk de vraag aan willen verbinden? Als er een aanvrage binnenkomt, worden de mensen dan op basis van vrijwil ligheid te werk gesteld of moeten werkelozen het werk accepteren "Dan is :er", zegt spreker, een vrij oppervlakkig antwoord ge geven over de medezeggenschapscommissies of dienstcommissies". Dit bevestigt zijn visie op het geval toen hij tegen gestemd heeft. Hij ziet er nooit iets van komen! De heer BUTIJN merkt op, dat de wethouder heeft toegezegd, bij sneeuwval diligent te zullen zijn en er op te zullen toekijken, dat er tijdig geruimd wordt.Spreker hoopt niet dat dit tot gevolg zal hebben, dat bij iedere sneeuwbui een massa mensen te werk gesteld worden en er een massa geld tegenaan gegooid wordt. Yorig jaar.i!, er nog ƒ40.000,aan uitgegeven. Hij vindt dat zonde geld. De VOORZITTER meent dat de heer Butijn wat dat aangaat, gezien de practijk, niet bevreesd behoeft te zijn. De heer BUTIJN dacht uit .het antwoord van de wethouder te moeten opmaken, dat men een andere kant op zou gaan. Er werd op Zondagmid dag door de politie aangezegd, dat de stoepen schoon gemaakt moesten

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1952 | | pagina 119