-5-
te betwijfelen, of bedoelde akte wel waarde heeft.
De raad heeft des-tijds besloten tot het inrichten van de Gevan
genpoort tot gemeente-museum. Tegen een jaarlijkse vergoeding van
200,-- werd het beheer van het gemeentemuseum en het onderhoud
van de inventaris en de inrichting opgedragen aan de Geschiedkundige
Kring "Het Markiezaat".
Nu zijn burgemeester en wethouders aan het "dokteren" om de-Ge
vangenpoort weer opengesteld te zien'. Spreker kan echter niet be
grijpen, dat het gemeentebestuur artikel 10 van de hiervoor genoemde
akte niet tot toepassing heeft gebracht. Hierin is sprake van ge
schillen over het voortbestaan van de betreffende overeenkomst.
"Geschillenover het voortbestaan dezer overeenkomst en alle verdere
"geschillen, welke terzake van dezè overeenkomst tussen de gemeente
"en het Markiezaat zullen ontstaan, zullen worden onderworpen aan~
"een scheidsgerecht, bestaande uit 3 leden, van wie ieder der par=
"tijen èen lid kiest, terwijl deze 2 leden zich een derde lid toe
voegen, die als voorzitter zal optreden".
Bij schrijven van 21 Maart 1950 verklaart het bestuur van de
Geschiedkundige Kring "Het Markiezaat" onder bepaalde voorwaarden
zich ermede accoord, dat het beheer en de exploitatie van het ge
meente-museum door de gemeente wordt overgenomen.
De essentiële voorwaarden zijn;
1) dat in de door de gemeente in te stellen commissie, welke het"
college van burgemeester en wethouders zal bijstaan in het be
heer en de exploitatie van het gemeente-museum, drie met name
genoemde nog in functie zijnde stichters-bestuursleden van "Het
Markiezaat" worden opgenomen;
2) dat de nog in leven zijnde stichters gratis het gemeente-museum
zullen kunnen bezoeken;
3) dat aan de Geschiedkundige Kring "Het Markiezant" als vergoeding
voor de door haar ten behoeve van het gemeente-museum gedane
uitgaven-en diensten alsnog wordt uitgekeerd een bedrag van
1000,
Met de voorwaarde, gesteld onder punt 1, kan spreker zich verr
enigen!
Naar aanleiding van het gestelde onder punt 2, vraagt hij,hoe
veel personen het hier betreft.
Nat punt 3 betreft, merkt spreker op, dat de posten, groot
272,64 èn 243,80 wel te verklaren zijn, doch dat een bedrag
van 476.56 in "inkomsten en uitgaven tot 31 December 1949" zonder
meer wordt beschreven; zonder de minste notitie daaraan verbonden.
Spreker kan zich met het onderwerpelijke concopt-besluit niet
geheel verenigen!
Dunt in van dit besluit luidt als volgt:
"in te stellen een commissie van bijstand voor het beheer en de
"exploitatie van het gemeente-museum, bestaande uit negen personen,
"waarvan ten minste drie uit de raad en drie op voordracht van de
"Geschiedkundige Kring "HetMarkiezaat" zullen worden benoemd". -
Spreker vraagt zich af, waartoe dit alles dient, "Is het ge
meentebestuur niet capabel, om drie leden uit de raad en drie le
den op voordracht van burgemeester en wethouders benoemd te zien-?
Of nog beter; eeh voordracht opgemaakt, bestaande uit een commis
sie uit de raad", aldus spreker.
Hij zou te dezer zake gaarne de mening van burgemeester en
wethouders vernemen. Hij hoopt, dat alle pogingen in het werk zul
len worden gesteld, om deze aangelegenheid en voor de gemeente èn
voor het publiek tot een bevredigende oplossing te brengen.
De heer VAN MECHELEK sluit zich in grote lijnen aan bij de
woorden van de heer Kooien. Hij is het met de huidige gang van za
ken in het geheel niet eens. De Geschiedkundige Kring heeft zijns
inziens niet meer het recht, te dezer zake te onderhandelen. Sinds-
1942 wordt geen contributie meer geïnd; inmiddels is ook de konink
lijke goedkeuring komen te vervallen "In feite bestaat zij dus
niet meer", aldus spreker!
Met betrekking tot de instelling van een commissie van bij
stand voor het beheer en de exploitatie van het gemeente-mus exam
