De hesr HAVERMÊNB zegt dat deze zaak uitvoerig behandeld is in de commissie voor openbare werken» Het rapport van den directeur van openbare werken van 22 Juli is geheel in sprekers geest» Spreker vraagt of het niet mogelijk is het nu ontworpen waterschap in te deelen bij een ander, zooals b.v. de Theodoruspolder Ook spreker zou liever een grooter waterschap zien» 'Wethouder ASTERS merlct op, dat het tegenwoordige college er evenmin voor is om het onderhoud van den dijk van den Geertruidapolder voor rekening van de ge meente te nemen als het vorige college van B 0, kir moet nu echter iets gedaan worden, omdat ongjsr de huidige tijdsomstandigheden 60 gemeten cultuurgrond niet verwaarloosd mogen worden en die grond in het najaar absoluut onder water loopt wanneer de dijk niet grondig hersteld wordt. De heer WEIJTS is het er volkomen mee eens, dat in deze iets gedaan moet wor den en daarom zou hij een tussch&nvoorstel willen doen. Spreker zou dan den dijk opnieuw willen laten opknappen, en de gemeente voor die f«17000,garant doen blijven. «-og.lijk kunnen we dan met een jaarlijksch bedrag van f,3000,op de gemeentebegrooting vooifLoopig volstaan en zijn we er daar dan mee af, wam. spre ker voelt er niets voor die groote werken uit te voeren wanneer dat door de uit* voering dar havenplannen feitelijk overbodig zou zijn. Do VOORZITTER wijst er op, dat er hier geen sprake kan zijn van een tusschen- voorstel, omdat hetgeen hier aan den raad is voorgelegd, geen voorstel van B w W is, maar een mededeeling van gedeputeerde staten, dat zij voornemens zijn in de eerstkomends vergadering van de provinciale staten het voorswel te doen top op richting van hst hier bedoelde waterschap. Aan de gemeente is daarbij wot 28 Juli gelegenheid gegeven om haar eventueelc bezwaren tegen do-oprichting van dat. water schap ter kennis te brengen. Wethouder MEERBzGH zegt dat hst inderdaad is zooals de Voorzitter naar voren bracht» afgezien daarvan echter, had toch een en ander besproken moeten worden betreffende deze aangelegenheid in verband met het besluit van de vorige verga dering om voor de verbetering van den dijk van den Geertruidspolder voor e-en bedrag van f.l7°00,~- garant te blijven onder bepaalde voorwaarden. De door de gemeente gestelde voorwaarden zijn n.l. door gedeputeerde staten niet aanvaard. Nu is het allereerst de vraag, of die f.17000,alsnog als garantie gegeven zullen worden door de gemeente en dan zonder de in eerste instantie gesmelce voorwaarden. Daarna kan men zich dan nog uitspreken over den vorm van hep water schap en eventueels bezwaren tegen de oprichting daarvan. Wethouder HASSELT is het er mee eens, dat in deze voor een tusschenvoor- stel geen plaats is, omdat het hier een voorstel betreft, dap eoor de ged.staten aan de provinciale staten zal worden voorgelegd in de vergadering, welke op 31 Juli a.s. gehouden wordt. Het standpuntdat spreker ten aanzien van den onder houdsplicht van den dijk vs.h dsn Geertruidapolder altijd ingenomen heeft, is den raad voldoende bekend uit vorige besprekingen van die aangelegenheid. Hiu andere stukken, welke spreker betreffende deze zaak voor de statenvergadering gekregen heeft, weet hij, dat zijn standpunt ten deze volkomen gedeeld wordt door den hoofdingenieur van den provincialen waterstaat en anderen. Wat den financieelen kant van de onderhavige kwestie betreft, wijst spreker er op, dat voor de kosten door het waterschap een leening wordt aangegaan op langen termijn, doch tension© de. bij het waterschap betrokken menschen de kosten moeten terugbetalen, rosger gebeurd© het onderhoud van den dijk in werkverschaffing, doch dat- is nu niet meer het geval en komen de kosten dus geheel ten laste der ingelanden. Naar spre kers inzicht is het te dezer zake te besteden geld in geen geval nutteloos. Spreker adviseert met het voorstel van gedeputeerde staten mee te gaan, omdat daardoor een behoorlijke oplossing verkregen wordt en de gemeente dan tevens het voordeel heeft, dat de kosten door de ingelanden moeten worden cerugbeuaa.lt. Aocht later de uitvoering van het havenplan nog doorgaan, dan is hec geld voor e nu uit te voeren werken niet als weggegooid te beschouwen, daar een en ander dan in het groot© plan wordt opgenomen. D© heer WEIJTS heeft den wethouder hooren zeggen, dat het waterschap^voor de kosten kan leenen, maar spreker vraagt zich af, wie dat geld leenen zal-^ Wethouder VAN HASSELT merkt op, dat gelden voor de waterschappen preierent zijn. Als garantie dient de grond. De heer JUTEN is van oorceel, dat clie grond nooit als garanmxe dienen kan voor een leening van 2 ton» Wethouder VaN HASSELT zegt dat het ook niet gaat om 2 ton, maar om. een bedrag van f.34°00t Er moet ten deze wel degelijk onderscheid gemaakt worden tusschen de versterking van den dijk van den Geertruidapolder en die van den havendijk. Wethouder DE MOOR wijst er op, dat door den raad f.17000,-- beschikbaar ie gesteld voor herstel van den dijk van den Geert ruidapolder,. Dat is dus hem eer ste werk, dat uitgevoerd wordt. In aansluiting daarop kan dan volgend jaar met een gelijke versterking van den gemeentedijk begonnen woroen, zooo&b men 0e ©i delijk een aansluitend geheel krijgt.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1941 | | pagina 74