e jferd -Bra bant s chg Fro vine ia 1 e Brendweerbo«6» g?-testis te M
Juni 1941.
M&dedeeling betreffende da opheffing van den b#«? «ei ingang r«s 1 Juli
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordon de stukkeft a - 0
voor kennisgeving aangenomen,
Ulo 0ÊÊSmm. VOOR DE BENOEMING VAN DRIB LEKEN VüN BET fiflUJBïfc VAK tflUffRWHW
het AlgemeenburgET•--***••
(Verzameling 1941 nr*56«)
Op verzoek van den VOORZITTER wordt het fieabureaa grvorat' tinw d© Weren
Bakker, Kiep© en Weijts,
Bij dc stemming worden uitgebracht 18 stemme», verdeeld al.s vwlgi*
'J.tsse-1 bergs 16
a „van Dixhoorn 14
J 9B©yin is
B,Wif termans 3
G.V'risnis 1
H.Strooy i
zoodat benoemd zijn de Weren W«ftAflfo.rgg, A.van DixWewR en J.Betijfcr
XVVOORSTEL TOT HET WIJZIGEN TJUK HST RAADSBESLUIT VAK 58 1MRT 1941 MPREFFBN3B
DB TIJDELIJKE HERZIENING VüTteE OELDBRns'"gHDSRTOESLJjO-REGBLIM?
^Verzameling 1941 »r>50«}
Zonder beraadslaging en zondor Weidelijke sieilaing Wtrrdi overse*Éxwistig hst
voorstel van burgemeester en wrlhmtders besloten,
V. VOORSTEL TOT HET TOETREDEN TOT' DB GEI ZEENSCIlA jPHtLÏftSGILIMG VAN ftEMBBNTEN
BETREFFENDE BEHANDELINQVAN GElvSSvE'ELIJICS PER50M^StAAmBLEGSaiSDBN.""
AVerzameling 1941 nr »59,X~
Dc heor HAVERLANS is van oordeel, dat dit stuk- het beet gere»wy»erd k«n wor
den naar de commissie ad hoc, die voor de personeelsaangelegenheden door den
raad benoemd is, opdat die commissie er haar advies over -geven kan.
De heer 1BIJTS is zulks met den heer HavenoSns eens#
Wethouder MUSTERS zegt geen bezwaar te hebben tegen het voorstel van den heer
Havsnasns, maar spreker begrijpt niet welk nut dat heeft, daar deze aangelegen
heid niets mei de taak ven de commissie ad hoe te. maken heeft.
De heer HAVERSIANS zegt dit thans niet te kunnen beoordeclen, omdat hij weinig
tijd gehad heeft voor het inzien der stukkan. Mogelijk echter is deze zaak voor
de commissie toch wal van eenig belang.
De heer ALEER zegt het betrokken stuk Wel ingezien te hebban. Spreker is
van meening, dat het hier alleen gaat ©sa het al of niet lid worden, en dat heeft
met de taak der bedoelde commissie niets ie «aken. De oommissie heeft er alleen
nut ven, wanneer de gemeente lid wordt, want -clan krijgt de gemeente alls gegevens
betreffend e de personeelsaangelegenheden van andere gelijksoortige gemeenten.
Om deze reden is spreker er dan eek voer om iet deze gemeenschappelijke regeling
toe te treden.
De heer BROEKMANS is niet voor toetreding. Spreker wijst ar op, dat hier reeds
sen commissie voor georganiseerd ©verleg bestaat, welke de hier bedeelde aange
legenheden beh&ndelt, en waaneer ds gemeente nu lid wordt van deze gemeenschap
pelijke regeling, dan moeten die stukkan ook nog eens naar de commissie, welke
uit de aangesloten gemeenten wordt gevormd» Dat wordt naar sprekers meening op
die manier niet alleen een herkauwingsorgaanmaar bovendien bestaat die com
missie uit 15 personen, hetgeen ook veel te langzaam werkt.
De heer JUTEN merkt op, dat het in deze zaak van belang is, hoeveel gemeenten
er bij aangesloten zijn. Als dit slechts een gering aantal is, dan heeft toe
treding z,i« geen nut. Zijn er echter veel gemeenten bij aangesloten, dan kan de
gemeente van toetreding wel geraak hebben. Overigens is spreker van meening, dat
er ook een gevaarlijke kant aan zit, omdat geen enkel advies zal kunnen opwegen
te© on dat, hetwelk door deze vt-reeniging zal worden uitgebracht.
De heer KIEF® vraagt zich af hoe de werking van de gemeenschappelijke regeling
zal zijn. Wanneer onze gemeente gelijk gesteld wordt met gemeenten van 100,000
zielen, can is dat naar sprekers inzicht geen juiste maatstaf en dan is hij ar
ook niet voor om toe te treden.
De heer FRANKEN verklaart zich voor toetreding. Als spreker goed is ingelicht
dan is momenteel ongeveer l/3 van het aantel gemeenten bij deze regeling aan
gesloten, Om meerdere leden van den raad alsnog in de gelegenheid te stellen
zich van esn en ander nader op de googie te stellen, adviseert spreker het stuk
nog een maand aan te houden en, indien mogelijk, hst nog even door te geven san
de coinmissia ac hoe»
Wethouder MISTERS meent dat hier eenige verwarring bestaat ten opzichte van
da werking van de door de gemeenten te vormen commissie en die van de commissie
voor het georganiseerd overleg. Deze laatste blijft haar taak op de normsle
wijze vervullen, terwijl de commissie uit de aangesloten gemeenten hoofdzakelijk
vergelijkend materiaal verstrekt, statistieken samenstelt, enz., welke dan aan