- 7 -
mi. gBHANDELING VAN INGEKOMEN VERZQEKBN ,QM ONTHEFFING VAN SCHOOLGELD,
bonder fcè raad slaging en zonder neöfdelijke stemming wordt övëreenkomsfcig
de voorstellen van burgemeester en wethouders besloten.
D© heer viiALDER vraagt, of het de bedoeling is de voor de vergadering aan de
leden van den raad uitgereikte rapporten betreffende den gemeentelijken genees
kundigen dienst nu te behandelen
de VOORZITTER zegt dat zulks niet de bedoeling is. Mogelijk kan er echter
straks in de besloten vergadering, welke spreker voornemens is te houden, over
gesproken worden.
De heer FRANKEN vraagt hoe het thans staat met de kwestie betreffende de aan
stelling van den controleur voor de gemeentebedrijven, waartoe de raad indertijd
be sloot*
De VOORZITTER zegt dat die zaak thans in orde is en de betrokkene overeenkom
stig het besluit van den raad is aangesteld.
De VOORZITTER stelt thans aan de orde de brief van gedeputeerde staten be
treffende het dragen van uniformkleeding door den commissaris van politie.
De heer KHEE meent dat het volgens het schrijven de bedoeling is den com
missaris voor de eerste aanschaffingskosten een bedrag toe te staan van f,350,--
en de kleedingvergoeding te bepalen op f,150,per jaar, ^n verband hiermede
zou spreker willen voorstellen het salaris van den commissaris met f,150,-- per
jaar te verhoogen,
enkele besprekingen wordt overeenkomstig het voorstel v©n den Voorzitter
besloten aan gedeputeerde staten te berichten, dat de raad er in principe geen
bezwaar tegen heeft de bezoldiging van den commissaris met een kleedingtoelage
te verhoogen onder voorbehoud echter vin de in het schrijven van ged,staten
genoemde cijfers in verband met de minder prettige ervaringen welk© de raad
ten aanzien van de politiekleeding heeft opgedaan,
D© VOORZITTER st< dan aan de orde de interpellatie van den heer Broos., waar
toe hij dezen het woord verleent.
De heer BROOS wijst er op in de vorige vergadering in overweging te hebben
gegeven om een commissie uit den raad in het leven te roepen ter behandeling
v&n ingekomen verzoeken voor salarisverhooging en promotie, waaromtrent die
commissie dan aan B w advies zou geven. Bij nadere overweging heeft spreker
zijn aanvankelijk plan thans eenigszins gewijzigd en zou hij een commissie wil
len van 4 leden uit den raad met den wethouder voor personeelszaken als voor
zitter om de mogelijkheid te onderzoeken voor een zoodanige algeheale salaris
herziening, dat daarin de groote prijsstijgingen zijn ondervangen. De maat
regelen, welke tot heden genomen zijn om die prijsstijgingen op te vangen zijn
naar sprekers meening geenszins voldoende. Ofschoon er geen statistische cijfers
meer gepubliceerd worden, is uit alleszins betrouwbare inlichtingen toch geblsken,
dat de stijging der prijzen zeker 3®/° bedraagt in vergelijking met Augustus 1939,
Het is niet gewaagd te veronderstellen, dat dit cijfer aan den Mgen kant is
en óai hiermede het eindcijfer nog niet is bereikt. De huidige bijslagregeling
van ér is daartegenover te gering en voor het bekomen van een duurtetoeslag
dient de loongrens belangrijk naar boven verlegd te worden.
Ook het personeel dat meer dan f«19^0}— ©©n loon. of salaris per jaar heeft,
ondervindt de gevolgen van de duurte in toenemende mate en het is niet juist
als daarin op geen enkel© wijze tegemoet gekomen wordt,' deze redenen stelt
spreker voor, een commissie als door hem bedoeld, in het leven te roepen,
Spreker weet wel, dat die commissie voor een zware taak komt te staan, maar
moeilijkheden zijn er om overwonnen te worden, Mits'een ©n ander goed wordt
voorbereid en op de juiste wijze wordt aangepakt, is spieker van meening, dat
er voor die commissie zeker iets goeds te bereiken is. De mogelijkheid daartoe
is Y/el bewezen door de toegestane verhooging der loonen in de metaalnijverheid
en de bouwvakken. Naast die algeheele salarisherziening zou spreker die com
missie dan tevens willen belasten met het zoeken van een oplossing voor de nog
steeds hangende kwesties omtrent de classificatie van verschillende ambtenaren
waarover reeds eerder in dan raad werd gesproken,
D© VOORZITTER meent dat het dus de bedoeling van den heer Broos is een
commissie ad hoe te doen benoemen met am tweeledig doels le, e«n algemeene
herziening van de loonen en salarissen ter verhooging van het loonpeil in ver
band met de groot© prijsstijgingen,' 2e, aan het college te adviseeren omtrent
de naar haar meening bestaande onjuiste personeels-indeelingen.
De heer BROOS beaamt dit.
Daar het voorstel van den heer Broos voldoende v/ordt gesteund, kan het een
punt van verdere bespreking uitmaken.
De heer ^®IJTS zegt zich met het voorstel van den heer Broos wel te kunnen
vereenigen, *n verband echter met te verv/achten verdere prijsstijgingen gelooft
spreker, dat de taak der commissie van ltngeren duur zal moeten zijn.