- 15 -
loonen. Spreker wil er nog slechts op aandringen om zoo sooeöi
mogelijk dien toestand te verbeteren.
De heer BROOS is geenszins bevredigd met het antwoord van B 1 t
betreffende de beplanting met boomen van den Antwerpschenstvaatweg
"Volgens mededeeling van den opzichter van den provincialen weder
staat is de wacht in deze nog steeds op het antwoord van het col
lege van B W.
De heer WEIJTS wil nog even terugkomen op de verbetering van
den toestand aan de zandstraat en den WouwschenwegNaar sprekers
meening zijn die verbeteringen het hardst van allemaal noodig on
hij zou den wethouder van openbare werken dan ook willen verzoeken
daar zoo spoedig mogelijk werk van te maken.
Wethouder DE 1'OOR zegt dat het college het over het al eroen wel
met den raad eens is, dat de naar voren gebrachte verbeteringen
noodig zijn. De kwestie van den Wouwschenweg heeft reeds meermalen
een punt van bespreking uitgemaakt maar het blijft nog altijd een
van de moeilijkste kwesties. Niet alleen dat de Wouwscheweg een
rijksweg is, waarover de gemeente dus niets te vertellen he 't
maar bovendien moet daar eerst een oplossing gev®nden worden voor
de rioleering en dan zit men al direct met de vraag omtrent den
afvoer van die rioleering. Ook voor de zandstraat ait men met de
rioleering voor dezelfde moeilijkheden, terwijl men daar tevens
nog moet wachten op het tot stand komen van de gepaoje«t@erde be
bouwing, teneinde noodeloos werk te voorkomen.
Wat het planten van boomen aan den Antwerpeohenstraatweg betreft,
zegt spreker dat daaromtrent met het provinciaal bestuur gecorres
pondeerd is en het laatst aan ged.staten is bericht dat de vele
daar liggende leidingen een bezwaar vormen om er tot het beplanten
met boomen over te gaan. In verband hiermede verwondert het spreker
dat aan den heer Broos zou zijn medegedeeld, dat in deze de wacht
is op het antwoord van het college.
Nog even terugkomende op den Wouwschenweg is spreker het er race
eens, dat verbetering daar hard noodig is. Spreker wil gaarne toe
zeggen, dat nogmaals getracht zal worden de hier gewenschte ver
betering te bereiken, al was het dan voorloopig maar tot aan het
kerkhof.
De heer HAVERlvANS vraagt wat er juist is over het bestaan van
plannen om te komen tot een rondweg"?
De heer BBOOS is het met den heer v.d.Vlugt eens, dat ook |e weg
door het Haistersch Laag hoognoodig verbeterd dient te worden.
Spreker vestigt daar nog eens de aandacht op omdat hij vernomen
heeft, dat de bewoners van dien weg zich bereid verklaard hebben
bij het tot stand komen van die verbetering de noodige hulo kc ver-
leenen. Ten aanzien van het beplanten met boomen van den Antwerp-
schenstraatweg zegt spieker nog gehoord te hebben, dat daar moge
lijk een ligusterhaag zou komen. Spreker vraagt of daaromtrent "iets
naders kan worden medegedeeld?
De heer WAlDER zou in verbs,nd met de zoo hard noodige ver" ete-
ring van den Wouwschenweg er toch op willen aandringen, dat de wet
houder van openbare werken nu eindelijk eens tot daden overgaat.
Spreker meent dat, nu de wethouder al 6 jaren de zaken aan 't be
kijken is, het toch wel tijd wordt, dat aan dat kijken een eind
komt era de werken metterdaad worden aangepakt en uitgevoerd.
De heer WEIJTS is het er mee eens, dat de kwestie der rioleering
een bezwaar blijft voor de verbetering van den Wouwschenweg. Spre-"
ker meent echter, dat hiervoor een oplossing zou kunnen worden ge
vonden door middel van een septietank nabij de wasssherij "De Zoom»
waarna dan de afvoer van de rioleering via die septiotank langs de
ZCom zou kunnen plaats vinden.
De heer HaYERlvANS merkt op, dat daar al een septictank ligt,
zoodat het denkbeeld van den heer Weijts nog niet zoo slecht is.
Wethouder DE KOOR zegt dat de door den heer Weijts aangegeven
oplossing al eens eerder in de commissie ter sprake is geweest on
er toen niet verder op ingegaan is vanwege de groote kosten, welke
daaraan verbonden waren. Door den heer Walder is aan spreker als
Wethouder van openbare werken persoonlijk het verwijt gemaakt dat
verschillende plannen nog niet tot uitvoering zijn gekomen, Spreker
moet dat verwijt van de hand wijzen, omdat het niet de wethouder
is, die omtrent de al of niet uitvoering van plannen met voorstel
len bij den raad moet komen, maar het ooilege.
Wat de door den heer Havermans gestelde vraag omtrent plan;,-en
voor een rondweg betreft, zegt spreker, dat men daar al 20 -jaren