- 5 -
keuren, dat verschillende perceelen werden aangekocht. Onder deze
perceelen, die de militairen voor dit doel noodig hebben, behoort
ook een perceel, waarvan B W de meening zijn toegedaan, dat dit
eigendom is van een raadslid die geen politieke vriBnd is. Conclusie
NIET aankoopen.
Nu heeft de gemeente grond aangekocht, welke gelegen is vo'or,
achter en naast het bewuste perceel, als gevolg daarvan niet voldoet
aan de afspraak met de militaire overheid en de aankoop die geschied
is, thans niet beantwoordt aan het doel: het houden van militaire
oefeningen in groot verband.
De gemeentebedrijven zouden voor de betere functioneering van de
electriciteit een transformatorhuisje bouwen in een verloren hoekje
aan de Oude Huybergschebaan. Het hoofd van de afdeeling electrici
teit had daarover onderhandeld met den eigenaar Ir.A.J.L.Juten.
De gemeente zou het koopen voor f.100,Rapporten waren uitge
bracht ten gunste van dezen aankoop, plotseling gaat de koop niet
door en een transformatorhuisje werd gebouwd temidden van een pas
nieuw aangelegd plein, dat straks de geheele omgeving ontsiert.
Nog een geval, Mijnheer de Voorzitter. Personen, die door onge
lukkige omstandigheden met- of zonder hun schuld aan lager wal zijn
geraakt, komen tenslotte bij het armbestuur terecht., Het armbestuur
geeft blijkbaar niet voldoende ondersteuning of althans als werk-
looze krijgt men een hoogere uitkeering. Spoedig wordt door dezen
persoon een patroon opgezocht, waar men eenige weken gaat werken.
Een broer, een neef, een zwager wordt daarvoor overgehaald. Na ver
loop van eenige maanden afgevoerd bij het armbestuur, opgenomen bij
Je steunverleening; dat is dan nog niet het ergste, Mijnheer de
Voorzitter, sommige van deze personen worden dan nog vrijgesteld
nu en dan in de werkverschaffing te worden geplaatst; dit zou wel
eens nadeelig kunnen zijn en het prestige neerhalen van den betref©
fenden schoonzoon of zwager. Ik zou dit nog met talrijke gevallen
kunnen aanvullen, maar acht deze voorbeelden voldoende om aan te
toonen, dat dit college te slap en te partijdig is. De benoeming
van een directeur van het zwembad, de a.s.benoeming van een
gemeente-geneesheer en nog zooveel anderen zouden kunnen dienen om
het lijstje aan te vullen.
Thans, Mijnheer de Voorzitter, zou ik nog een opmerking willen
maken over het afbreken van de villa met bijbehoorende gebouwen en
stallen, die wij aangekocht hebben van den heer Chr.Rogier. Ik vind
het onjuist, dat deze gebouwen, die een waarde vertegenwoordigden
van 4, 5, 6 duizend gulden, zonder toestemming van den raad zijn
gesloopt. Wanneer dit punt in den raad was behandeld en men had
daar het hoor en wederhoor gehoord en de beslissing was dan geval
len al de gebouwen sloopen, dan hadden wij ons daar bij neer moeten
leggen. Ik ben de meening toegedaan, dat B W hun bevoegdheid hier
zijn te buiten gegaan.
Ik heb nog een opmerking te maken, Mijnheer de Voorzitter, over
Je toelichting die B W gegeven hebben bij het aanbieden der be
groeting. De begrooting 19*4-0, zooals die kunstmatig kloppend is
gemaakt, ziet er allerdroevigst uit en geeft een geheel andere
zienswijze dan de commissie no.2, die tevreden is dat de begrooting
kloppend is gemaakt.
Niettegenstaande de straatbelasting in I939 is verhoogd met 50$
en deze f.30000,— hooger wordt geraamd dan de opbrengst in 1938,
hebben B W het noodig geoordeeld diverse posten van inkomsten
belangrijk hooger te ramen dan straks in werkelijkheid zal blijken.
Er is geen enkele aanwijzing om de havengelden f.2500,de ver
makelijkheidebelasting f.2500,de bad- en zweminrichting en
gemeente-muziekschool ieder f.1000,te verhoogen, enz.
Het blijkt dus, dat de verhooging van straatbelasting met 50$-
een verhooging, die zeer onbillijk is en verschillende ingezetenen
(niet allen) ernstig dupeert - niet toereikend is gebleken de
steeds stijgende uitgaven te dekken.
Inplaats dat B W in den loop van een dienstjaar gebruik maken
van de gelegenheid, die zich nu en dan voordoet, op de uitgaven
posten te bezuinigen, gaat men steeds maar door met meerdere per
sonen aan te stellen en de in dienst zijnde ambtenaren in hoogere
ngen te plaatsen. Als gevolg daarvan aan het einde van een dienst
jaar een verhooging van de uitgavenposten, terwijl dan blijkt, dat
meeste posten van inkomsten heneden de raming blijven. Dit sys-
eem werkt funest en belast meer en meer de belastingbetalers.
..-v V.'
V>'
-y
P