9 - vangen. Overigens blijft spreker ook het doortrekken van het be staande trottoir aan de Mosrstraatschebaan zeer noodig vinden. De heer BEKKER blijft van meening, dat de door B W voorgestel de verbetering van de BorgvlietBChe dreef met van elders uitkomend materiaalslechts lapwerk is, hetwelk bovendien veel onderhouds kosten zal meebrengen". Spreker dringt er nogmaals op aan, om dezen weg nu ineens goed in orde te maken. De heer BECHT had gedacht, dat de totale kosten van het straten plan ongeveer gelijkelijk over de vier jaren zouden worden verdeeld. Hot blijkt echter, dat het eene jaar veel meer wordt verwerkt dan het andere en spreker zou gaarne vernemen, of dit met een speciale bedoeling is gedaan? Wethouder DE MOOR weet niet, of de heer Juten een van de laatste dagen nog in de Beukendreef is geweest, maar als dat wel het geval is, dan zal hij gezien hebben, dat daar het profiel van den weg veranderd is doordat de weg is opgehoogd. Ais daar dus een gesloten wegdek wordt gelegd, zal het water vanzelf loopen naar de langs den weg gelegen slooten, welke tevens dienst moeten doen voor de afwa tering, omdat, zooals de raad weet, daar voorloopig geen rioleering komt. Spreker blijft van meening, dat het gesloten wegdek hier voor do gemeente de goedkoopste oplossing is, terwijl het voor de daar staande boomen absoluut geen bezwaar zal zijn. De heer Juten zal toch ook wel weten, dat de wortels van boomen zich richten naar de plaatsen, waar ze het meeste voedsel vinden en dat is hier dus naar den slootkant. Daar juist deze weg een van de weinige wegen is, waar een gesloten wegdek kan komen zonder dat de mooie boomenrij er voor behoeft te worden opgeofferd, hoopt spreker dan ook, dat de ro.ad volgens het voorstel van burgemeester en wethouders zal besluiten. Ten aanzien van de Moerstraatschebaan merkt spreker op, dat in het stratenplan slechts is voorgesteld om den weg te verbeteren. Wil de raad ook het trottoir daar doortrekken, dan kan de raad daartoe natuurlijk besluiten, maar men zal een en ander toch ook moeten bezien uit het financieele oogpunt. Zoo is het ook met hot StCatharinaplein. Iedereen zal het er wel mee eens zijn, dat dit plein dringend verbetering behoeft en door het college is het dan ook op het stratenplan gezet. Maar is het nu zoo erg, dat met die verbetering nog even gewacht moet worden tot aan het plan voor 19^"0 kan worden begonnen? Bovendien moet uit het plan voor 1939 eerst voldoende materiaal vrij komen om de voorgestelde verbetering van het StCatharinaplein te kunnen uitvoeren. De kwestie van aanleg van rioleering en trottoirs aan den Wouw- schenweg, welke door den heer Verlinden werd ter sprake gebracht, is eigenlijk niet aan de orde, maar spreker wil er toch wel even on antwoorden. Spreker is het er mee eens, dat die rioleering en trottoirs beide hard noodig zijn, maar de uitvoering van die werken brengt ook heel wat kosten mede en het is nu eenmaal niet mogelijk alles tegelijk te doen. Wat de Borgvliet sche dreef aangaat heeft spreker reeds toe gegeven, dat de voorgestelde verbetering niet is zooals spreker die oorspronkelijk heeft gewild. Nu zulks om technische redenen niet mogelijk bleek, is getracht een zoo goed mogelijke andere op lossing te vinden en spreker is er van overtuigd, dat volgens het voorgestelde plan een heel behoorlijk wegdek zal worden verkregen, dat ruimschoots voldoende zal zijn voor het verkeer daar ter plaatse Dat de totale kosten van het stratenplan niet gelijkelijk over de vier jaren verdeeld zijn, en b.v. dit jaar de kosten der aan te brongen verbeteringen veel hooger zijn dan die van volgend jaar komt omdat er voor dit jaar zooveel meer noodig is aan nieuwe materialen. In de jaren, dat de uitkomende oude materialen nog ge bruikt kunnen worden, zijn de kosten vanzelf minder, en aan de hand daarvan is het plan dan ook opgesteld. Tenslotte wil spreker nog opmerken, dat hij ten aanzien van de 3eukendreef er geen bezwaar tegen heeft om, alvorens met den aanleg van het wegdek te beginnen, eerst nog advies te vragen aan het Staatsboschbeheer betreffende de door den heer Juten naar voren gebrachte kwestie der boomen. De heer JUTEN zegt inderdaad een van de laatste dagen nog in de Beukendreef geweest te «ijn en spreker heeft daarbij gezien, dat het profiel van dan weg niet verhoogd is geworden, zooals door den wethouder is gezegd, maar dat juist het tegendeel is gebeurd en de weg een heel stuk is uitgediept. Daardoor zijn dan ook op verschil-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1939 | | pagina 90