9 -
XT. ADVIES OP HET VERZOEK VAN ADMARTENs TE BERGEN OP ZOOM. OM DE
GRASÖflASSEN AAN DEN HAVENDIJK EN DE DAARAAN GRENZENDE BERMEN
ONDERHANDS TE VERHUREN.
(Verzameling 1939 nr.17.)
De heer VAN HASSELT vraftgt, of bij dit voorstel door het college
gedacht is aan de bepalingen van de nieuwe pachtwet?
De VOORZITTER antwoordt bevestigend en zegt, dat deze verpachting
niet onder de door den heer van Hasselt bedoelde bepalingen valt.
Wethouder MUSTERS ie het met den Voorzitter eens.
Dc heer VAN HASSELT zegt daar nog lang niet zoo zeker van te zijn.
Spreker zou willen adviseeren, dat men hieromtrent eerst even in
formeert bij de Pachtkamer, en had het veel beter gevonden, wanneer
men daar geïnformeerd had voordat het college met dit voorstel bij
don raad was gekomen. Spreker weet nog wel een anderen weg om moei
lijkheden ingevolge de pachtwet te voorkomen, maar dan zal men te
voren aan den pachter een verklaring moeten vragen, dat hij na ver
loop van het jaar van de gronden zal afgaan.
De VOORZITTER zegt dat voor zoover noodig, met de opmerkingen
van den heer van Hasselt rekening zal worden gehouden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voor-
stol van burgemeester en wethouders besloten.
XII. VOORSTEL TOT HET VERHUREN VAN EEN BERGPLAATS. LIGGENDE WQUW-
8CHESTRAaT nr.23.
^Verzameling 1939 nr.27.)
De VOORZITTER deelt mede, dat van den eerst-aanwezend ingenieur
dor genie nog een nader schrijven gekomen is met verzoek om de huur
voor onbepaalden tijd aan te gaan.
De heer VAN KAAM vindt den huurprijs van f,100,per jaar voor
een dergelijk gebouw in het centrum van de stad te laag.
De heer VERLINDEN vindt niet alleen den huurprijs te laag, maar
heeft ook bezwaar tegen het verhuren voor onbepaalden tijd. Spreker
kan er zich wel mee vereenigen om het gebouw voor 3 of 5 jaren ach»
tere en te verhuren.
De heer KIEPE zegt zich wel met het voorstel te kunnen vereenigen.
Wanneer de gemeente eens een pakhuis noodig heeft, dan is dat naar
sprekers meening altijd wel te vinden.
De heer WEIJTS heeft er ook bezwaar tegen om het gebouwtje voor
onbepaalden tijd te verhuren. Met de opmerking van den heer van Kaam,
dat de huurprijs te laag zou zijn, is spreker het niet eens, en
zeker niet, wanneer spreker bedenkt, dat een veel grooter en veel
beter gebouw in het midden van dc stad nog niet zoo lang geleden
door den raad verhuurd werd tegen een veel lageren huurprijs, al
was spreker het daar dan ook niet mee eens. spreker heeft er geen
bezwaar tegen om het gebouw b.v. voor een termijn van 10 jaren te
verhuren
De heer SCHEFFELAAR voelt ook het meest voor een huurtermijn van
5 jaren.
Wethouder DE MOOR wijst er op, dat door de verandering, welke
vanwege de militairen aan het gebouw wordt aangebracht, dit veel
moer waard wordt. Wanneer de raad het niet voor onbepaalden tijd wil
verhuren, dan zou naar sprekers meening do huurtermijn toch minstens
op 10 jaren gesteld moeten worden.
De VOORZITTER acht den huurprijs niet te laag en is overigens
ve.n meening, dat men bij zaken als deze toch niet moet vallen over
kleinigheden als de vraag, voor hoeveel jaren het gebouwtje verhuurd
moet worden. Spreker wijst er in dit verband op, dat heel wat
grootere gebouwen ten behoeve van het garnizoen door de gemeente
wel voor niets aan de militairen voor onbepaalden tijd in gebruik
zijn gegeven, spreker adviseert dan ook het voorstel van B W aan
te nemen en daarbij den huurtermijn op onbepaalden tijd te stellen.
De heer WEIJTS is het niet eens met de bewering van den heer de
r.oor, dat het gebouw door de veranderingen, welke de militairen er
in zullen aanbrengen, meer waarde zal krijgen. Zooals spreker echter
reeds zeide heeft hij tegen den huurprijs geen bezwaar.
De VOORZITTER stelt dan voor, het voorstel van B W in dier
voege te wijzigen, dat het gebouw voor f.100,per jaar wordt ver
huurd voor den tijd, dat de politietroepen hier gelegerd zijn.
Spreker zegt dat zulks dan zal zijn overeenkomstig het verzoek van
don eerst-aanwezend ingenieur.
Dc heer VERLINDEN aegt er zich niet mee te kunnen vereenigen.
Spreker vraagt aanteekening in de notulen, dat hij geacht wil worden
tegen dit voorstel te hebben gestemd.
