- 8 - ïiuidigen marktmeester, ook wanneer het voorstel van B »Y wordt •aangenomen, uitsluitend ter "beslissing van den raad staat. De heer WEIJTS zal zijn stem niet aan het voorstel van 3 W go ven. spreker is van oordeel, dat bij aanneming van dat vooraten de mogelijkheid geschapen wordt, dat ook straks weer iemand .ui een dergelijke functie zal worden benoemd, die geen enkel diplome, heeft en dat vindt spreker niet juist. De VOORZITTER brengt hierna het voorstel van burgemeester en wethouders in stemming, waarbij dit wordt aangenomen met 13-5 stemmen Voor stemden de heeren Haversians, Bekker, Musters, Walder Franken, Broos, Kiene, van Hal, de Moor, Meerbach, Buys, Schuyl en v.d.Vlugt. Tegen stemden de heeren Broekmans, Juten, Weijts, van Hasselt en Bruins. De heer VAN KAAM was bij deze stemming afwezig. VII. VOORSTEL TOT INTREKKING VAN HET RAADSBESLUIT VaN 26 MflX 1959. nr.72. HOUDENDE WIJZIGING VaM Du ALGEMEENE SALARISVERORDENING 1936 TbaD- EN ZWEMINRICHTING). (Verzameling 1939 nr.128.) De heer BROEKMaNS heeft gezien, dat de kwestie van het aanstel- 1 :n van een directeur voor de bad- en zweminrichting nu van de baan is, hetgeen spreker niet betreurt, spreker vraagt, of het co." loge nu de consequentie van dit voorstel zal aanvaarden en den ou den toestand weer zal herstellen zooals die bestond voor het ont slag van den heer Marchand en wel door den tegenwoordigen tijde!:.; kwi opzichter in de plaats van den heer Marchand als opzichter te benoemen. Spreker zou het voor den goeden gang van zaken niet juisr vinden, wanneer men opnieuw een tijdelijken opzichter zou aanstel len en van deze betrekking weer een seizoenbetrekking zou maken. Daardoor toch krijgt men den toestand, dat zoo'n opzichter in den zomer een salaris heeft, waarvan hij kan bestaan en in de winter maanden, als de bad- en zweminrichting gesloten is, misschien naar h./fc er mbo stuur moet om gesteund te worden, als het hem niet moge lijk is gedurende dien tijd een andere betrekking te bekomen. Het behoeft wel geen betoog, meent spreker, dat zulks niet bevorderlijk is voor den goeden gang van zaken in de bad- en zweminrichting. Spreker wijst er nog op, dat de man, die in het afgeloopen seizoen de functie van opzichter heeft vervuld, zeer goed voldaan heeft, zoocis ook wel blijkt uit het stuk dat door meerdere vooraanstaan de menschen uit onze gemeente is geteekend, en waarvan spreker weet, dat zij niet lichtvaardig hun handteekening onder dergelijke stukken zetten. De heer BEKKER zegt dat het hem soijt, dat geen goedkeuring verkregen is op het besluit, dat door den raad genomen is inzake het aanstellen van een directeur voor de bad- en zweminrichting. Dr zal nu wel niets anders opzitten dan dat besluit intrekken. Het lijkt spreker echter niet juist om als gevolg hiervan den thans bestaanden toestand te handhaven. Immers, wanneer men de verhouding nagaat tusschen het loon van den opzichter en dat van de badknechts dan blijkt, dat de opzichter een salaris heeft van f.500,- f.1000,terwijl de badknechts een loon hebben van f.20,— per week. Practisch komt het er dus op neer, dat het salaris van den opzichter niet hooger is dan het loon van de badknechts_en voor cV; onderlinge verhouding vindt spreker dat verkeerd. Z.i. behoort h ;t salaris van den opzichter gewijzigd te wordenterwijl spreker h t met den heer Broekmans eens is, dat deze functie geen seizoen- b,trekking moet zijn, maar de opzichter het gehoele jaar aan de inrichting verbonden moet blijven, spreker stelt daarom voor, het salaris voor den opzichter te brengen in de klasse van f.1000, - !5°0^ köör HiiV3a wi-jst er op, dat men van 1918 tot 1927 aan 'L, bed- en zweminrichting iemand aan het hoofd had, die dun tite 'roeg van directeur en een salaris kreeg van f.1000, Er was to-rn slechts 1 afdeeling aan de inrichting. Bij het aanstellen van d m heer Marchand werd de titel veranderd in dien van opzichter terwijl de functie toen, met het oog op diens pensioen, een a^nv - l .ndt betrekking werd. Dat was dus feitelijk een uitzonderlijke toestand, welke geen behoorlijke basis vormt voor de verdere rege ling van deze aangelegenheid. Het is naar sprekers meonmg, zee

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1939 | | pagina 199