sr
- 4 -
objecten eigenlijk benoden den norm der vroegere bijdragen blijft.
In verband hiermede acht spreker het toch wenschelijk, dat door
het college bij de regeering aangedrongen wordt op het verkrijgen
van een grootere subsidie, opdat de kosten voor de gemeente zoo
klein mogelijk blijven.
De VOORZITTER zegt den heer Weijts toe, dat het college te
dezer zake het noodige zal doen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
VIIVOORSTEL TOT üa^VULLING VAN HET AMBTENARENREGLEMENT.
(Verzameling 1939» nr.113.)
De heer KIEPE zegt het voorstel van B W met belangstelling
gelezen te hebben, spreker betreurt het, dat de raad indertijd
voor de ambtenaren een werkweek heeft vastgesteld van slechts 39
uren. aIs men nagaat, dat een week 168 uren heeft, dan is een
werktijd van 39 uren per week al heel weinig en komt men al spoe
dig tot overuren als zich bijzondere omstandigheden voordoen zoo
als nu. Voor de arbeiders is de werkweek op 4-8 uren bepaald en
soreker had het veel beter gevonden als voor de ambtenaren de
werktijd op 42 uten per week was gesteld.
In het nu aan den raad voorgelegde voorstel wordt in art.2
bepaald, dat de wijziging van het reglement ingaat op heden. Als
spreker echter goed is ingelicht, dan werken de ambtenaren nu
ree-ds ongeveer een maand over, en in verband daarmede vraagt spre
ker, of het in de bedoeling van het college is, dat bedoeld over
werk alsnog zal worden uitbetaald en of daarbij ook de bepalingen
zullen worden toegepast waarbij de vergoeding voor het overwerk
nop; met zooveel percent wordt verhoogd, zooals v or de nachturen,
vorr de Zondagen e.d.
De VOORZITTER zegt, dat bij aanneming van het voorstel van
B W de wijziging van het reglement eerst heden in werking treedt.
Vorr wat de overuren betreft, die voor dien tijd gemaakt zijnheb
ben B W zich natuurlijk te houden aan de regeling, zooals die
ttt heden gold voor de vergoeding van overuren.
De heer KI2PE blijft van meening, dat een 39-urige werkweek
vnrr de ambtenaren te kort is, en zou gaarne zien, dat de werk
week ou 4r uren gesteld werd.
De VOORZITTER merkt op, dat dit laatste met het voorstel van
het college aan den raad niets te maken heeft. Spreker heeft
chtwr «In bezwaar tegen om hetgeen door den heer Kiene naar vo
ren gebScht ie ten aanzien van den werktijd, in nadere overweging
"''"rxthecr BROOS merkt op, dat het voorstel van B S oorspron-
vriiik bii hem wel eenige bezwaren deed rijzen. Daar hem echtsr
L rti r reen enkel recht van de ambtenaren mee aan-
gebleken is, dat er g^n - tenslotte wel mee vereenigen,
getast wordt, kan sproK^r o o-pati f iratio voor verricht
Ten aanzien van het toekennen vc mandaat willen
Si&ÏS? '"rOoor toe te kennen gratificatie in
aanmerking komen en moet zulks niet beperkt blijven tot slechts
enkele personen.
De heer SCHUYL betreurt het, dat dit voorstel niet in de
commissie voor hot georganiseerd overleg gebracht is kunnen wor
sen, want dan zouden waarschijnlijk meerdere bezwaren, welke er
nu tegen bestaan, ondervangen hebben kunnen worden. Wat het voor
stel van don heer Kiepe aangaat om den werktijd van 39 uren te
brengen op 4r uren, heeft dé Voorzitter terecht opgemerkt, dat
ciit nu niet aan cLu orde is. Het gaat naar sprekers Doening oo
niet aan. om eon dergelijk voorstel dat zoo entre nous gedaan
wordt, in behandeling te nemen. Die 39-7urig° werkweek is het
resultaat van uitvoerige besprokingen in het georganiseerd over
leg en warneer de heer Kiepe van oordeel is, dat in dien werktijd
verandering moet worden gebracht, dan behoort zulks aanhangig
gemaakt te worden in de commissie voor het georganiseerd overleg,
welke ton deze voldoende capabel is.
De wijziging van het ambtenarenreglement, welke hier door
B W is voorgesteld, is min of meer opgelegd door den minister,