- 7 -
IX. VOORSTEL TOT HET VASTSTELLEN VAN HET VERGOEDINGSBEDRAG VOOR
DE WAARNEMING DER FUNCTIE VAN DIRECTEUR VAN GEMEENTEWERKEN
(Verzameling 1939 nr.937T~
De VOORZITTER zegt, dat het college zich voorgesteld heeft, een
bedrag van f.500,als vergoeding toe te kennen.
De heer VAN HASSELT acht het beter deze zaak eerst in besloten
zitting te behandelen.
De VOORZITTER zegt daar geen bezwaar tegen te hebben en daar
ook de raad er zich mee vereenigen kan, wordt dit stuk aangehouden
tot de besloten zitting.
X. VOORSTEL TOT HET VERKOOPEN VAN EEN PERCEEL BOUWaROND, LIGGENDE
AAN DEN ZUID-OOSTSINGEL
(Verzameling 1939 nr.87>7)
De heer WALDER zegt dat dit voorstel hem onaangenaam heeft aan
gedaan, omdat hiermede door burgemeester en wethouders niet de
juiste weg bewandeld is. Spreker wijst er op, dat de raad zich
reeds bij een vorige gelegenheid^heeft uitgesproken, dat alle
grond van de gemeente, welke voor verkoop in aanmerking zou komen,
eerst in het grondbedrijf moest worden gebracht, waarna dan de
minimum-verkoopsprijzen dier gronden door den raad zouden worden
vastgesteld. Ondanks dat besluit van den raad, zijn burgemeester
en wethouders nu toch weer met een voorstel gekomen om een per
ceel grond van de gemeente te verkoopen zonder dat met het door
spreker bedoelde besluit is rekening gehouden, en daarmede kan
spreker zich niet vereenigen, Naar sprekers inzicht moet hiermede
de juiste weg bewandeld worden. Spreker meent, dat het college wel
wat hardleersch is in dit opzicht. Hij heeft geen bezwaar tegen
dezen verkoop op zichzelf, maar tegen de wijze van voorbereiding,
omdat z.i. deze grond eerst in het grondbedrijf gebracht moet wor
den en de minimumverkoopprijs door den raad moet worden vastgesteld,
zoodat dan ook iedereen weet, dat de grond voor eventueele gega
digden beschikbaar is. Daardoor wordt ook voorkomen, dat derge
lijke zaken in onder onsjes afgehandeld worden.
De heer VAN HASSELT is het in deze eens met de meening van den
heer Walder. Spreker wijst er op, dat men hier gemakkelijk het
door den heer Walder naar voren gebrachte bezwaar had kunnen voor
komen door aan het voorstel tot het verkoopen van dezen grond een
voorstel te doen voorafgaan tot het inbrengen van den grond in
het grondbedrijf. Naar sprekers meening is er geen enkel bezwaar
tegen om dat bruggetje, hetwelk ook in het rapport van den direc
teur van gemeentewerken wordt aangegeven, alsnog te bewandelen.
Spreker heeft noch tegen den prijs noch tegen den kooper eenig
bezwaar, maar ook z.i. behoort voor een Juisten gang van zaken de
grond eerst in het grondbedrijf gebracht te worden voordat tot
verkoop wordt overgegaan.
De heer BOSCHMAN merkt op, dat de mogelijkheid van verkoop van
dezen grond al eenige jaren geleden in de commissie voor het
slachthuis onder de oogen is gezien, en toen is besloten dat alle
grond, welke het slachthuis niet noodig had voor het bedrijf,voor
verkoop ter beschikking zou worden gesteld. Spreker is het er
echter mee eens, dat de gronden eerst in het grondbedrijf gebracht
moeten worden.
De heer VERLINDEN acht het ook noodig, dat de grond eerst in
het grondbedrijf gebracht wordt, overeenkomstig het indertijd
door den raad genomen besluit, dat alle gronden van de gemeente,
welke voor verkoop in aanmerking komen, eerst in het grondbedryf
gebracht moeten worden.
De heer WEIJTS heeft bij de ter inzage gelegde stukken gemist
een rapport van den directeur van het openbaar slachthuis, waar
uit kon blijken, of volgens diens meening deze grond voor het
slachthuis inderdaad gemist kan worden. Overigens is spreker het
te dezer zake eens met hetgeen door de vorige sprekers omtrent
het inbrengen in het grondbedrijf naar voren gebracht werd.
Wethouder MEERBACH geeft volkomen toe dat het onderwerpeliJke
perceel grond in aanmerking had kunnen komen om in het grondbe
drijf gebracht te worden, maar wanneer dat gebeurd was, dan zou
zulks in dit geval toch niet meer dan een formaliteit geweest
zijn. Immers, reeds eenige jaren geleden is door den raad besloten
om dit perceel voor den verkoop beschikbaar te stellen, welk be
sluit toen genomen werd nadat daaromtrent het advies van de com
missie voor het slachthuis en die voor het grondbedrijf was