- 33 - treft en de te weinig uitgekeerde winst, is zulks ook na de uiteen zetting van den heer Weijts nog niet duidelijk voor spreker. Wan neer op de begrooting een bepaalde winst voor de bedrijven geraamd wordt en in werkelijkheid die winst niet verkregen wordt, dan kan toch niet gevergd worden, dat die geraamde winst toch door de be drijven wordt uitgekeerd. Wanneer de bedrijven daartoe toch ver plicht werden, dan zou dit aan den anderen kent toch weer indirect ten nadeele van de gemeente komen. Spreker blijft er bij, dat de raad niet beter doen kan dan te besluiten overeenkomstig het voor stel van burgemeester en wethouders, waardoor de beste oplossing zal worden verkregen Wethouder MUSTERS zegt met belangstelling het rapport der com missie te hebben afgewacht, daar het spreker bekend was, dat wel twintig avonden aan het onderzoek der rekening zijn besteed. Spreker heeft zeer zeker respect voor het vele werk dat de commis sie gedaan heeft. Hij heeft ook geen oogenblik getwijfeld aan de goede bedoeling der commissie, en daarom spijt het hem des te meer dat de heer Weijts in zijn betoog hier nu het t>ersoonlijke element heeft ingelascht, hetgeen door de commissie juist zorgvuldig_was nagelaten in haar rapport. Daardoor is spreker tot de overtuiging gekomen, dat enkele heeren van de commissie gezocht hebben naar een stok om spreker te kunnen treffen. Immers de aantijging van den heer Weijts betreffende het bevoordeelen van familie door een der wethouders, slaat op spreker en heeft geen andere bedoeling dan spreker hier eens in het openbaar onaangenaam te zijn. Spreker wil daar ten Bterkste tegen protesteeren. Zooals hij reeds mede deelde, was hern van die geheele kwestie omtrent de wielen van de brandladder niets bekend tot vorige week, toen het rapport der com missie in het college behandeld werd. Eerst toen heeft spreker ge weten door welken smid die wielen gemaakt waren. Spreker heeft daar echter geen enkele bemoeienis mee gehad en had er ook geen enkel belang bij. Als aannemer weet de heer Weijts zelf heel goed, hoe het met dergelijke zaken gaat, en spreker verklaart dan ook op eerewoord, dat hij met die zaak absoluut niets te maken heeft gehad De heer JUTEN zegt dat waarschijnlijk op zijn instigatie het onderzoek der rekening nu op een andere wijze heeft plaats gehad dan zulks blijkbaar de laatste jaren gebeurde. Met deze wijze van onderzoek is de manier gevolgd, waarop het in vroegere jaren altijd gebeurde. Spreker wijst er op, dat hij ai vele jaren raadslid is en vroeger ook meermalen het genoegen had zitting te hebben en ook wel rapporteur te zijn van oen commissie tot onderzoek van de ge- meenterekening. Daarbij geschiedde het onderzoek dan ook zooals dit nu door de commissie gedaan is. De raad zal zich herinneren, dat vorig jaar omtrent het onderzoek der rekening over 1935.een rapport werd uitgebracht, waaruit duidelijk bleek, dat er eigen lijk geen enkele opmerking te maken was. Spreker heeft toen al op- p-enerkt dat het hem bevreemdde, dat omtrent een rekening, waarmede een bedrag aan uitgaven van f.800.000,gemoeid was, geen enkele opmerking te maken viel. Nu blijkt echter wel, dat de vorige^ com missie een andere opvatting van haar taak had dan de commissie, welke thans het onderzoek verrichtte. Spreker heeft altijd geleerd - en hij is al heel wat jaren lid ven den raad - dat het nazien van de rekening der gemeente voor iedereen erg leerzaam iB, omdat men dan pas een juisten kijk op de uitgaven der gemeente krijgt. Daarom heeft spreker de commissie ook in de richting geleid zooals die thans in het rapport tot uiting komt. Dat de commissie epreker in die riohting gevolgd is, was misschien niet geheel en al naar den zin van alle commissie leden, maar dat neemt toch niet weg, dat na hoor en wederhoor, allen het rapport der commissie mede-onderteekend hebben en er du hun goedkeuring aan hebben gehecht. Naar aanleiding van de mededeeling van den Voorzitter, dat heu niet noodig is nog moeite te doen om het tekort te verminderen doe overheveling van posten van den gewonen- naar den kapitaaldienst, omdat ged.staten al goed gevonden hebben het heele tekort over te brengen op den kapitaaldienst van de begrooting voor 1938wil spreker opmerken, dat het hem bevreemdt, dat ged. statenzulks goedkeuren. Spreker kan niet aannemen, dat ged. staten uit zichzel een dergelijk advies gegeven hebben, en hij veronderstelt dus, ac. B A W het in die richting hebben gestuurd en zich bereids van de goedkeuring van ged. staten voor een dergelijke Rebben willen verzekeren. Wanneer die veronderstelling juist is, dan heb-

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1937 | | pagina 336