is, die oodrach t alsnog zal worden ingetrokken. De VOORZITTER zegt zulks toe, indien de raad het voorstel tot het rooien van die boomen althans niet aanneemt. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten alleen tot het rooien der boomen in de Borgvlietschedreef over te gaan. XV. VOORSTEL TOT VERKOOP VAN ROERENDE GOEDEREN. (Verzameling 1937 nr.92.7~ Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. XVIVOORsTEL TOT HET WIJZIGEN VAR HET AMBTENARENREGLEMENT (Verzameling 1937 nr.93«) De hu er JUTEN merkt 00 dat, als dit voorstel wordt aangenomen, de secretaris, ontvanger en de ambtenaren van den burgerlijken stand dan ook recht zullen hebben op vergoeding voor overuren. Spreker vindt dat niet juist. De VOORZITTER is van meening dat men niet behoeft te vreezen, dat de betrokkenen op die vergoeding aanspraak zullen maken. Du heer WEIJTS zegt dat ze er dan in elk geval toch recht op hebben. Do heer JUTEN gelooft ook wol niet dat men bij de tegenwoordige functionarissen bevreesd behoeft te zijn, dat ze overuren in reke ning zullen brengen, maar van hun opvolgers weet men dat niet, en die krijgen dan toch ook dit recht. De VOORZITTER acht het 't boste dit voorstel terug te nemen in verban.'", met de bemerking van den heer Juten. Het kan dan in een volgende vergadering opnieuw in den raad worden gebracht. Alèus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. XVII. VOORSTEL TOT HST TOEKENNEN VAN EEN STUDIEBEURS. NETTO GROOT f"7 Z85T--'. UIT HET "LEGaaT VaN WIJLEN MSJ.Ja.La.VAN DE PUTTE. (Verzameling 1937 nr. 105.) De heer VAN HASSELT merkt op, dat met dit voorstel van B W van een principe wordt afgeweken. Het is altijd de gewoonte geweest dat iemand, die een studiebeurs had, die hield tot hij met zijn studie klaar was. Men is daar nu van afgeweken en wil den heer v.d. Beemt, die de beurs had, een extra studiebeurs geven, Het verschil in bedrag is niet groot, en van dien kant is er dus tegen het voor stel geen bezwaar, maar het gaat voor spreker hier om het principe. Het is naar sprekers meening meer logisch dat de heer v.d.Beemt de reeds eerder aan hem toegekende studiebeurs houdt en dat de extra, studiebeurs aan een ander gegeven wordt Daarmede blijft men in de lijn. Stel het geval, dat de jongen het volgend jaar zijn diploma niet zou halen, dan zou hij niet in de gelegenheid zijn om z'n studie te voltooien door het verkrijgen van een nieuwe beurs, omdat deze al aan een ander is toegekend. Het aai hem bestede geld zou den nutteloos zijn geweest. Bovendien zou spreker willen vragen of die extra studiebeurs al vergeven kan worden? Is de termijn va.n beroep al verstreken? Naar sprekers meening moet asn het principe worden vastgehouden, dat iemand, aan wien een beurs is toegekend, deze houdt tot hij zijn studie voltooid heeft. Wethouder MEERBACH zegt dat de heer van Hasselt principieel vol komen gelijk heeft, voor de volle 100$, Er zijn echter ten aanzien van deze aangelegenheid enkele omstandigheden in het geding gekomen welku 3 W tot dit voorstel hebben geleid.. Spreker wil daaromtrent wel nadere mededeelingen doen, docii dan in besloten vergadering. Op voorstel van den Voorzitter worden de punten betreffende het begeven der studiebeurzen dan aangehouden tot de besloten zitting. XIX. BEHANDELING VAN INGEKOMEN VERZOEKEN OM ONTHEFFING VaN SCHOOL GELD. Zon. er beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. AANVULLINGS-AGENDA ÏT7 aDTOeTOP "HÉT-VERZOEK VAN HET BESTUUR VAN DE STICHTING TOT HER DENKING VAN 'HET TSO-JARIG BEST MN DER HEERLIJKHEID BERGEN-OP- ZOOM. OM EEN BEDRAG VAN f.SOOO.— ALS GARANTIE BESCHIKBAAR TE gTELLEN ("Verzameling 1937 nr. 108.) De heer KIEPE heeft in de stukken gezien, dat voor de costumes ten behoeve van den historischen optocht prijs gevraagd is in België. Daar ook in Nederland tegenwoordig zeer goede costuumhuizen zijn, uie voor een dergelijke levering in aanmerking kunnen komen, acht spreker het niet juist, dat men hiervoor naar het buitenland gaat, en zou hij aan dit voorstel de bepaling willen verbinden dat

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1937 | | pagina 251