willen. Soreker zou daarom willen voorstellen een inschrijving te doen houden met verplichting van levering der onderdeelen door in Bergen oo Zoom gevestigde fabrieken, en een inschrijving, waarbij do ovenbouwer geheel vrij wordt gelaten. Wanneer het verschil dan niet groot is, kan naar sorekers meening gevoeglijk een deel van dit werk door onze eigen fabrieken geleverd worden. De heer 3CHUYL zegt dat het voorstel van den heer Verlinden ten aanzien van alle onderdeelen niet mogelijk is. Soreker kan hier wel verder oo doorgaan, maar hij acht het beter eerst af te wachten, wat de wethouder er over zeggen zal. De heer SCHEFFELAAR gelooft niet, dat de slijtage aan de ovens gekomen is door verzakking der fundeering, anders zou de directeur daar in zijn rapport zeker melding vPn hebben gemaakt. Naar sprekers meening behoeft men voor de fundeering dan ook niet bang te zijn. Wethouder MEERBACH beaamt hetgeen door den heer Scheffelaar be treffende de fundeering gezegd is. Mocht eventueel de fundeering door oorzakenwelke thans niet zijn na te gaan, onvoldoende blijken dan zal ook daarin moeten worden voorzien. Men heeft dan echter nog altijd de beschikking over een eigen metselaar bij de bedrijven, die door zijn jarenlange ervaring bijna zelf als ovenbouwer'be schouwd kan worden. Wat het voorstel van den heer Verlinden aangaat, gelooft spreker dat het vrijwel ondoenlijk is om bij een inschrij ving te beoalen waar de materialen gehaald moeten worden. Spreker gelooft dat zulks niet alleen moeilijkheden zou kunnen meebrengen voor de inschrijvers, maar ook de inschrijvingen er niet voordee- liger mee zullen worden. Z.i. moet de inschrijver vrij blijven om de materialen en onderdeelen te halen waar hij verkiest. Soreker ontraadt dan ook om op het voorstel ven den heer Verlinden in te gaan. Soreker wijst er tenslotte nog op, dat de vernieuwing van dit ovenblok inderdaad urgent is en voor do regelmatige functioneering van het bedrijf niet langer uitgesteld kan worden. De heer VERLINDEN zegt met het antwoord vsn den heer Meerbach niet geheel tevreden te kunnen zijn. Naar sorekers meening is hier ten aanzien van de onderdeelen een mooie gelegenheid om de Bergsche industrie iets te laten verdienen. De heer JUTEN merkt oo, dat ovenbouw een speciaal vak is, en daarvoor dan ook bekende firma's zijn, die zich oo dat werk hebben toegelegd. Soreker meent dat het toch wel de bedoeling zal zijn om bij dergelijke firma's orijs aan te vragen, omdat men voor dit werk wel degelijk goede vakmenschen moet hebben en het niet aan iedereen kan worden oogedragen. De heer VAN KAAM is van meening, dat het houden van een twee ledige inschrijving, zooals door den heer Verlinden werd bedoeld, toch wel mogelijk is. Aan de hand der ingekomen inschrijvingen kan dan nog beslist worden wat het beste is in hot belang der gemeente. De heer SCHUYL is ook niet bevredigd met het antwoord van den heer Meerbach. Bij de bespreking van deze aangelegenheid in de com missie is ook naar voren gekomen hetgeen hier door den heer Verlin den werd voorgesteld. Er is toen opgemerkt, dat verschillende onder deelen voor dit werk hier niet gemaakt kunnen worden, zelfs niet in geheel Nederland. Het gietwerk echter kan evengoed hier in de gemeente gemaakt worden als elders en men was het in de commissie er dan ook over eens, dat zoo mogelijk in die richting gewerkt zou worden. Wethouder MEERBACH zegt dat de opmerking van den heer Schuyl volkomen juist is, en soreker zich nu weer het daaromtrent in de commissie gesprokene herinnert. Spreker meent, dat de heer Verlin den er zich nu beter mee zal kunnen vereenigen. De heer BECHT merkt nog op, dat in de commissievergadering ook de wenschelijkheia naar voren kwam om den directeur der bedrijven in de gelegenheid te stellen de noodigo reizen te maken om zich op de hoogte te houden van hetgeen er ten aanzien van het door hem geleide bedrijf omgaat. De commissie was van oordeel, dat het niet in het belang van het bedrijf kon worden geacht, wanneer de direc teur hierin te veel werd beknot. De VOORZITTER zegt, dat hetgeen door den heer Becht naar voren werd gebracht, thans niet aan de orde is. De heer BECHT heeft gemeend er toch even de aandacht op te moeten vestigen. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voor stel van burgemeester en wethouders besloten.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1937 | | pagina 226