- 19 -
van een verzoek van ged.sta.ten heeft het college "bericht dat ^et,
indien de minister aan de gemeente een subsidie wil geven tot net
bedrag dat gebruikelijk verstrekt wordt aan poloerbesturenn.i.
99 a 100% van het arbeidsloon, bereid is den raad voorsteiie
doen den dijk zoodanig te herstellen, dat hij tegen eventueele
doorbraken bestand zal zijn, zulks in afwachting van de oprichting
van een waterschap. -
Verder is er het plan tot verbetering van ae oer straat sc he baan
waarvoor, zooals reeds in de vorige vergadering werd medegedeeld,
geen subsidie kon worden verkregen. Ten aanzien hiervan is mtus-
schen weer een ander plan in bewerking. Tenslotte is er dan nog
het rioleeringsplan
Spreker wijst er oo, dpt het college tot nu toe dus gekomen is
met de volgende olannen: verbetering van de Roerstraatschebaan,de
rioleering, de havendijk, de gemeentelijke havendijk, de dijk van
den Geertruidapolderhet plan van de Zeekant, allemaal groote
plannen, die uitgewerkt en becijferd zijn geworden, en behoorlijk
werden voorgedragen bij het departement van sociale zaken. Her
haaldelijk zijn er besprekingen over gevoerd, spreker is er met
den Voorzitter ook enkele malen voor naar Den Haag geweest en
overigens moet nu worden afgewacht in hoeverre een en ander succes
zal opleveren.
Wat de kwestie van werkverruiming betreft, wijst spreker er oo
dat ook dit niet zoo gemakkelijk is omdat eenerzijds door den raad
op bezuiniging wordt aangedrongen en anderzijds het college wordt
aangespoord om werken te laten uitvoeren. Als spreker alleen baas
was en beschikken kon over hetgeen noodig is, dan was het gemakke
lijk genoeg, maa.r men kan de zaken niet alleen bezien door eigen
bril, men moet ook rekening houden met de draagkracht van de ge
meente, Spreker is het er volkomen mee eens dat, wanneer de arbei
ders het goed maken, het ook den middenstand niet slecht gaat,
maar als soreker met een of ander plan voor werkverruiming in het
college komt, dan is de Voorzitter er al direct bij met de cnmer-
king, dat spreker veel te hoog vliegt. Dat kan misscnien waar zijn,
zegt spreker, en het komt misschien omdat hij nog maar 2 jaren in
Bergen op Zoom is, zooals de heer Juten zegde, mcar spreker komt
met die voorstellen, omdat hij weet dat er iets gedaan moet worden.
Zoo is het ook met de rioleering, die toch eanmeel zal moeten wor
den uitgevoerd. Subsidie krijgt men daar echter niet voor; er wordt
gewoon gezegd dat een subsidie daarvoor economisch niet verant
woord zou zijn.
In 1937 zullen meerdere werken moeten worden uitgevoerd. Door
den heer van Hasselt is opgemerkt, dat geen bedragen daarvoor zijn
uitgetrokken en die werken niet genoemd zijn, maar zulks kan ook
niet omdat die bedragen nog niet bekend zijn en wij nog niet weten
welke werken zullen worden uitgevoerd. Zoo is er gesproken over
verzwaring van den havendijk. Met dat werk zou een halve ton ge
moeid zijn, welk bedrag geheel ten laste der gemeente zou komen,
al zou dit dan ook 00 den kapitaaldienst gebracht kunnen worden.
Spreker heeft gemeend dit in het algemeen betreffende de werk
verschaffing naar voren te moeten brengen, en daarbij aan te toonen
hoeveel moeilijkheden hieraan verbonden zijn. Hij hoopt echter dat
binnen afzienbaren tijd, en zeer zeker binnen twee maanden met een
of ander werk begonnen kan worden. In Den Haag heeft men zich den
laatsten tijd op het standpunt geplaatst: of het eene of het andere
werk, maar beiden gelijkbehandelen kunnen we niet. Is dan een werk
genoemd, dan wordt dat uitgewerkt en kunnen we niet anders dan de
beslissing der departementen afwachten. Komt er een afwijzende be
slissing, de,n is die zaak van de baan en kunnen we met een pjidere
zaak weer van voren af aan beginnen. Dat daar intusschen veel tijd
mee voorbij gaat, zal den raad duidelijk zijn. Sn daar is niets
tegen te doen. We kunnen slechts afwachten hoe de beslissing ziin
zal. 0 J
Dit is hetgeen spreker te zeggen had betreffende de werkver
schaffing. 'wat de a.ndere opmerkingen betreft, heeft de heer Verlin
den gewezen op de noodzakelijkheid van inkrimping der weekmarkt.
Ook in het college is hierop reeds de aandacht gevestigd. Feit ir.
do markt zich uitbreidt tegen onzen wil, en nu kan men wel zot,
gen, waarom dit dan niet wordt tegengegaan, maar men kan de markt
zoo maar met voetstoots inkrimpen. Daarbij moet wel degelijk reke-