- 1+ - een collega-raadslid verzocht hem eens op dien tocht te vergezellen. Daarbij hebben zij gezien, dat de Balscheloop vanaf wachtpost 12 tot aan de huizen achter "De Ketel" een groote vuilnisbelt is, waar in men kan zien liggen: petroleumbussen,cacaobussen,benzinebussen, kapotte emmers.prikkeldraad,stukken hout e.d. Men zal begrijpen dat na alles wat spreker vroeger van dien vuilnishoop gezien heeft en na hetgeen hij Woensdagmorgen in gezelschap van een collega-raadslid er weer van zag, hij de expertise van den commissaris sterk in twijfel ging trekken. Het meest heeft spreker zich echter verwonderd over het slot van het door den commissaris ingediende rapport, waar in deze zegt dat de loop tweemaal per jaar wordt schoon gemaakt. Wanneer dat het geval zou zijn, dan gelooft spreker dat er nog veel meer voor te zeggen zou zijn om dien loop maar te overwelven en er een rioleering in te leggen. We zijn dan met een klein bedrag van die heele geschiedenis af .Spreker zegt dat do Voorzitter er hu wel mee kan lachen, maar wanneer men eens een 20 m verderop naar de sloot langs den rijksweg gaat kijken, dan zal men pas zien wat er moet gebeuren om een sloot goed en proper te houden. Daarbij komt dat de loop achter de woningen in de Oude Wouwsche- baan zoo vuil is, dat de menschen al meermalen aangedrongen hebben op het schoonmaken. Het is daar meer vuil dan wat anders en men ziet het water bijna niet meer loopen. Spreker herinnert zich, dat indertijd, toen hij wethouder van openbare werken was, de Balsche loop van gemeentewege eens is schoon gemaakt. Als zulks thans twee- maai per je,ar zou gebeuren, zooals in het rapport staat, al gelooft spreker dit nog niet, dan zou hij er toch opnieuw bij B W op willen aandringen om ernstig in overweging te nemen, het gedeelte langs den Wouwschenweg maar te overwelven en den loop ven een be hoorlijke rioleering te voorzien. Dat zou dan een verbetering zijn in het belang van de wandelaars, in het belang van do hygiëne, in het belang van de bewoners en in het belang van het ongedierte, dp.t zal worden opgeruimd. De VOORZITTER zegt dat nog een tweede rapport is ingekomen van eenige personen, die Woensdagmiddag langs de Balscheloop gewandeld hebben en daarin wordt het volgende verklaard: "Dc Balscheloop vanaf de Baiechebaan, loopende vlak langs het Hoveniersbaantje en door de tuinderijen tot de woning van Franken, is geheel zuiver. Het weinige water in den loop stroomt langzaam in de richting van de Oude WouwschebaanBij de woning van Franken loopt de Balscheloop onder den weg door langs een moestuin ten Oosten van de Plantaanstraat naar de achterzijde van de woningen aan de Oude Wouwschebaan. Tusschen de woning van Franken en tot de achterzijde van de Oude Wouwschebaan, dit is oen afstand van circa 80 a 100 m.heb ik aangetroffen in dien loop: een oude bus, eenige gebroken kopjes en schoteltjes, één oude beeremmer en één nieuw klein stukje hout. De waterloop achter het gedeelte van de huizen aan de Oude Wouwschebaan is vrij van vuil,"doch de zijkan ten zijn zoodanig verzakt, dat de waterloop beneden zeer smal is. De Balscheloop gaat verder onder de Oude Wouwschebaan door en ver volgens langs de Papaverstraat naar den Wouwschenweg. De water- lossing in de Papaverstraat bestaat uit een vrij breede en diepe sloot. Deze sloot is modderig en vuil en hierin lag één ijzeren pan. Andere dan de hier genoemde voorwerpen waren in den water loop niet aanwezig. IJzeren ledikanten, stroozakken en dergelijke rommel lagen niet in de Balscheloop. De Balscheloop is wel begroeid met gras en brandnetels." De^ heer JUTEN vindt het eigenaardig, dat die wandeling langs de Balscheloop op denzelfden dag heeft plaats gehad, de eone 's morgens. an^oro 's middags. Het lijkt wel, of er plots een race naar de Balscheloop geweest is. Spreker weet niet, wie die experts van het tweede rapport zijn, maar zij hebben ofwel niet goed gezien, ofwel de loop is schoongemaakt nadat spreker er geweest is. Als dit laat ste niet het geval is, dan zou spreker die heeren willen uitnoodigen eens met hem mee te gaan. Ze moeten dan tevens paard en kar mee nemen en dan zal spreker zich nog wel de moeite getroosten het vuil op te laden. Spreker geeft de verzekering, dat ze dan meer te zien zullen krijgen dan zij blijkbaar Woensdagmiddag gezien hebben. De heer VAN KAAM vraagt wie de rapporteurs van dat tweede rap port zijn? De VOORZITTER zegt dat het tweede rapport is van de hecren Heijnen en de Freldie het op ambtseed hebben afgelegd.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1937 | | pagina 175