- 6 - De heer KIEPE zegt tegen dit voorstel te zullen stemmen omdat door het aanschaffen van die machine weer aan enkele menschen de gelegenheid wordt ontnomen om iets extra te verdienen. De heer VAN HAL zal ook tegen het voorstel stemmen, omdat het aankoopen van die machine een werkgelegenheid minder beteekent voor enkele menschen, die anders voor dit werk in aanmerking zouden kun nen komen. De heer VERLINDEN zegt het voorstel toe te juichen omdat door het aanschaffen van die machine het gras niet alleen op tijd, maar ook een keer meer gemaaid kan worden. Bovendien zal er dan tevens meer werk besteed kunnen worden aan de verdere verzorging van onze mooie plant soenen De heer SCHUYL acht de aanschaffing van deze machine noodig omdat de menschen het werk anders niet naar behooren kunnen bijhouden. Wat de bezorgdheid van den heer Juten omtrent de arbeiders aangaat, heeft spreker daarnaar met belangstelling geluisterd, en hij zou den heer Juten dan in overweging willen geven voor zijn zaak een handpers aan te schaffen, waardoor hij eenige drukkers meer werk kan geven De heer BEKKER gelooft niet, dat door het aanschaffen van deze machine, er minder werk voor de menschen zal komen. Hen zal er wel mee bereiken, dat het werk regelmatiger kan worden gedaan. Spreker zal zijn stem dan ook aan het voorstel geven. De heer BOSCHMAN zal ook voor het voorstel stemmen. Hij heeft in vorige jaren meermalen de opmerking gemaakt dat het gras niet op tijd gemaaid werd. Door het aanschaffen van deze machine zal aan dien toestand nu een einde worden gemaakt. De heer FRANKEN zegt zich met het voorstel tot het aankoopen van een dergelijke machine wel te kunnen vereenigen. Het is spreker be kend, dat men er ook in Roosendaal een heeft, maar de kosten daar van bedragen slechts ongeveer de helft van de hier voorgestelde. Wethouder DE MOOR meent dat over deze kwestie niet veel meer te zeggen valt. Het is juist, dat de machine op de taluds niet te ge bruiken is, ms.ar daarnaast zijn er nog verschillende plantsoenen, waar de machine goede diensten kan bewijzen. De heer WEIJTS betwijfelt dit, omdat z.i. hier de meeste plant soenen er te klein voor zijn. Wethouder DE MOOR wijst er verder op, dat het werk door deze machine wel verlicht, maar er niet door verminderd zal worden. Boven dien zal men ook menschen noodig hebben voor de bediening van de machine. Er is dan ook geen sprake van, dat er iemand zal worden ontslagenen er komt ook niemand bij. Men zal echter bij gebruik van deze machine beter en meer afdoend werk kunnen doen, terwijl er dan tevens meer gelegenheid komt om meer werk te besteden aan de overige verfraaiingen. Spreker meent overigens, de.t het betrekkelijk kleine bedrag voor den aankoop ven deze machine niet van zoodanig belang is, dat er zooveel over gesproken behoeft te worden. De heer JUTEN merkt op, dat het wel is zooals hij gedacht had. In een naburige gemeente heeft men ook zoo'n machine en daarom moet er nu hier ook een komen. Zooals spreker reeds zeide, is da-ar door openbare werken reeds vroeger bij hem op aangedrongen, maar spreker is daar nooit op ingegaan, mede omdat de plantsoenen van de gemeente te klein zijn voor het gebruik van zoo'n machine, en deze ook niet gebruikt kan worden op de grootere oppervlakten gras van de gemeente, zooals de taluds van de Zoom, de helling bij den Iïeerschentuin e.d. De klachten, dat het gras niet tijdig gemaaid wordt, zullen naar sprekers meening, ook door de aanschaffing van deze machine niet op houden omdat het nu eenmaal niet mogelijk is overal tegelijk te zijn, en wanneer men op de eene plaats bezig is, zal het werk vanzelf op een andere plaats moeten wachten. Wat de opmerking van den heer Schuyl betreft, merkt spreker op, dat de gemeente met haar werk niet behoeft te concurreeren en deze dus op de eerste plaats den handen arbeid zou moeten bevorderen. Overigens moet de heer Schuyl niet d-enken, dat iets ten bate van de arboiders alleen maar goed kan zijn wanneer het van diens zijde komt, zegt spreker. Wanneer spreker meent iets in het belang der arbeiders naar voren te moeten brengen, dan doet hij zulks ook, maar dan neemt hij daarbij niet het air aan alsof nij net alleen weet. Spreker is er van overtuigd, dat er onder de werkloozen wel menschen zijn, die gras kunnen maaien en die men hier mede de gelegenheid ontneemt om iets extra te verdienen.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1937 | | pagina 165