- 10 - kunnen profiteeren. Bovendien kan van een matige winst toch niet meer gesproken worden, wanneer die winst 100% "boven inkoopsprijs bedraagt. Naax sprekers meening worden de winsten te hoog opge voerd, waardoor ook de tarieven te hoog gehouden worden. Juist lage tarieven van gas en electrioiteit zijn een goede propaganda voor vestiging in de gemeente. Spreker wil daarom een lans breken voor verlaging der electriciteitstarieven, hetgeen z.i. heel goed mogelijk is bij een stijging der winst met f.lbOOO,zooals thans het geval is. Naar zijn meening moet de winst zooveel moge lijk ten goede komen aan de verbruikers en gaat het niet aan haar te gebruiken voor het kloppend maken der begrooting. Dit laatste moet z.i. geschieden door het invoeren van bezuinigingen. De heer BECHT wijst er op, dat meerdere leden in de oommissie van oordeel waren, dat de winst van het electriciteitsbedrijf onredelijk hoog is en daarom ook de tarieven niet redelijk geacht kunnen worden. Ook naar sprekers neening behooren de tarieven ver laagd te v/orden. De heer KIEPE wijst er op, dat het tarief voor de openbare ver lichting nu al verlaagd is, hetgeen dus ook al een vermindering van de winst beteekent. Verder wil hij er op wijzen, dat de winst niet gebruikt wordt om de begrooting kloppend te maken, maar deze in het reservefonds wordt gestort, en slechts een heel klein deel van de winst, van het z.g. extra reservefonds, voor de begrooting mag worden gebruikt. De VOORZITTER wil aan de opmerking van den heer Kiepe nog toe voegen, dat tengevolge van de nieuwe salarisverordening, welke op 1 Januari j.l. in werking is getreden, in deze begrooting ook reeds een belangrijk bedrag aan loonsverlagingen is verwerkt. Wethouder MEÉRBAOH is van oordeel dat, wanneer men vnn de meening uitgaat, dat de gemaakte winst ten goede moet komen aan de verbruikers, er principieel niet meer over gesproken behoeft te worden, want dan zou men de elaotriciteit eigenlijk moeten leveren tegen kostprijs. Dat dit onmogelijk is znl iedereen be grijpen wanneer men nagaat, dat er aan de exploitatie van het bedrijf heel wat meer kosten verbonden zijn. Men heeft dus een dergelijke politiek overal uit noodzaak wel moeten laten varen. Uit algemeen financieel oogpunt is men toen overgegaan tot het maken vnn een matige winst en het is heel logisch dat de gemeente daar tenslotte bij het maken van de begrooting op ingesteld is en men niet tot een aanmerkelijke verninderihg van die inkomsten kan overgaan zonder daartegenover de middelen aan te geven, waar uit dit gedekt moet worden. De VOORZITTER wijst er op, dat de tarieven voor electrioiteit hier absoluut niet hoog zijn. Integendeel, bij een vergelijking met vele andere gemeenten is juist gebleken, dat de tarieven hier tot de laagste behooren, zooals dit ook het geval bleek te zijn met de tarieven voor gas. De heer JUTEN wil naar aanleiding van het antwoord van den heer Meerbach opmerken, dat het moeilijk wordt hier iets naar voren te brengen, wanneer bij versohil van opvatting gezegd wordt, dat er niet meer over gesproken behoeft te worden. Spreker begrijpt zeer goed, dat een exploitatie tegen kostprijs zonder meer niet mogelijk is, maar tusschen dit en de hooge winst, welke nu ge maakt wordt is nog oen groot verschil. Naar sprekers meening kan de prijs van 22 cent por kw heel goed met 1 cent verlaagd worden. Er zal z.i. dan nog een behoorlijke winst overblijven, terwijl een dergelijke verlaging bovendien een meerder verbruik kan be vorderen. De heer SCHUYL zegt dat men het in principe eens kan zijn met den heer Juten maar men moet ook rekening houden met de prac- tijk. Een verlaging met 1 cent per kw. brengt een mindere in- komste voor de gemeente mede van f.11000,In de commissie heeft spreker er reeds op gewezen, dat de heer Juten hinkt op twee standpunten. Aan den eenen kant is hij tegen elke belasting- verhooging en aan den anderen kant wil hij een tariefsverlaging, welke noodzakelijk een belastingverhooging tengevolge zou moeten hebben. De heer Juten zegt wel, dat men dat bedrag dan maar uit bezuinigingen moet halen en dan komen natuurlijk op de eerste plaats de soJarissen en loonen, maar evenmin als de winsten der bedrijven als sluitpost der begrooting mogen worden aangewend, mag zulks ook niet het geval zijn met de salarissen en loonen. Het is wel eigenaardig, zegt spreker, dat de heer Juten een

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1936 | | pagina 75