- 3* -
noemen is voor een dergelijk handig apparaat. Dat door het college
van "brandmeesters een afwijzend advies werd gegeven, wijt spreker
aan het feit, dat de indertijd door dit college aangevraagde
sirenes niet werden toegestaan, Bovendien is een dergelijke pomp
niet ten dienste van de "brandweer, maar juist om direct water te
hebben, zoolang de brandweer nog niet aanwezig is.
Spreker wijst er verder op, dat het eigenaardig aandoet, dat
deze pompen in vele gemeenten geplaatst worden en juist in de
gemeente, waar zij vervaardigd worden, niet. Ook uit een oogpunt
van steun aan de plaa.tselijke industrie is spreker dan ook voor
de aanschaffing van een dergelijke pomp.
De heer VAN HASSELT is van oordeel, dat het doel thans volkomen
bereikt is en er door deze bespreking nu voldoende reclame voor
dit product van de "Holland" gemaakt is. Spreker zou het daar bij
willen laten en acht de aanschaffing van een dergelijke pomp voor
onze gemeente overbodig.
De heer BECHT is van meening, de,t de gemeente de plaatselijke
industrie moet steunen en zeer zeker tot aanschaffing van zoo'n
pomp moet overgaan, mede als voorbeeld voor andere gemeenten.
Wethouder MEERBACH wijst er op, dat door het college van brand
meesters afwijzend geadviseerd werd omtrent de aanschaffing van een
dergelijke pomp. Als leek was spreker van meening zich hierbij in
goed gezelschap te bevinden. Spreker begrijpt niet, dat de heer
Kiepe het tijdens zijn wethouderschap zelf niet voor elkaar heeft
kunnen brengen, dat zoo'n pomp werd aangeschaft.
De heer KIEPE merkt op, dat het rad van de gemeente niet zoo
vlug gaat, anders had hij hier wel voor kunnen zorgen. Hij heeft
indertijd de zaak in het college aanhangig gemaakt, en daarom is
die kwestie toen om aJ.vies naar het college van brandmeesters
gegaan. Dat advies kwam echter zoo laat, dat spreker niet meer in
de gelegenheid was de zaak af te werken.
De heer VERLINDEN handhaaft zijn voorstel om tot aanschaffing
van zoo'n pomp over te gaan.
Daar dit voorstel voldoende gesteund wordt, brengt de VOORZITTER
het in stemming, waarbij het wordt aangenomen met 14 - 4 stemmen.
Voor stemden de heeren Broeknans,Bekker,SchuylDielissen,Becht,
Verl inden, De MoorKiepe ,BoschmanFrankenDe; imer sKrui zevan Kaam
en Scheffelaar.
Tegen stemden de heeren van Hasselt,Meerbaoh,Juten en Musters.
De VOORZITTER deelt mede, dat deze post dus met een bedrag van
f.180,— voor de aanschaffing van deze pomp zal worden verhoogd.
Volgnr. 97. Onderhoud der 'lantaarns en verdere kosten der
verlichting.
De heer BOSCHMAN bepleit een betere verlichting in den Ouden
Stationsweg, daar de tegenwoordige niet voldoende is.
Wethouder MEERBACH zegt, dat dit in overweging genomen zal
worden.
De heer KIEPE wil naar aanleiding van de in de commissies ge
maakte oumerking over de kosten van straatverlichting, er op
wijzen, dat het precies hetzelfde blijft of men den prijs der
openbare electrische verlichting hooger of lager stelt. Wanneer
men den prijs verlaagt, zal de winst der gemeentebedrijven ook
zooveel minder worden en daarmede ook het bedrag, dat van die
winsten aan de gemeente ten goede komt.
De heer BROEKMANS is het met deze opmerking niet eens, en is
van meening, dat de winst der bedrijven door hier een hoog tarief
te berekenen, kunstmatig wordt opgevoerd.
De heer JUTEN zegt het in deze ook niet eens te zijn met den
heer Kiepe. Z.i. is het gemakkelijk de winst der bedrijven op te
voeren, maar daarom is het nog niet juist. Het is toch geheel
onjuist,zegt spreker, dat dc gemeente meer moet betalen dan par
ticulieren. Hij is er dan ook voor, om het tarief voor de openbare
verlichting te verlagen.
De heer^KIEPE bestrijdt de meening van den heer «Juten, die z.i.
hier een verkeerde voorstelling van de zaak geeft. Spreker somt
de prijzen op van de tarieven, zooals die bij de gemeentebedryven
berekend worden, en deelt mede, dat de inkoopsprijs hooger is dan
cent en de gemeente juist door het grooter verbruik moet trach
ten er zonder verlies uit te komen.
Wethouder MEERBACH is van meening, dat men een juisteren toe
stand zal krijgen ten aanzien van de winst der bedrijven door een
lager tarief voor de openbare verlichting te berekenen.