De VOORZITTER zegt, dat geschreven is, dat ze gewoon kunnen
voortgaan.
De heer SCHEFFELAaR heeft een "bericht daaromtrent niet "bij de
stukken kunnen vinden.
De heer SCHUYL is het met den heer Scheffelaar eens, dat uit
de stukken niet blijkt, dat op de vraag van de Spijskokerij om
trent voortzetting der werkzaamheden voor 193&» antwoord gegeven
is, Spreker is van meening, dat het bestuur der Spijskokerij niet
erg actief meer is. Dit blijkt ook wel uit het feit, dat met de
verstrekking der spijzen eerst begonnen is op verzoek van het
burgerlijk armbe st uurZ,i. zou er dan ook alle aanleiding be
staan om deze instelling in gemeentelijk beheer te nemen en onder
te brengen bij het burgerlijk armbestuur. Men kon den menschen
dan ook eens wat afwisseling in het eten geven, want alle dagen
bruine boonen of erwtensoap is ook voor arme menschen zoo lekker
niet
Wethouder MUSTERS is van meening, dat in deze het particulier
initiatief niet door de gemeente mag worden verdrongen.
De heer SCHUYL zegt,dat toch ook moeilijk gewacht kan worden
tot het bestuur er eens aan zal gaan denken om iets anders te
doen.
Wethouder MUSTERS meent, dat het niet van waardeering zou ge
tuigen voor de goede bedoelingen van het bestuur, wanneer do
gemeente hier zou ingrijpen. Tenslotte kan het bestuur toch ook
niet meer doen dan de beschikbare financiën toelaten.
De heer SCHUYL heeft alle respect voor het particulier initi
atief en de goede bedoelingen, die het bestuur altijd gehad heeft,
waardoor steeds iets kon worden gedaan, maar blijft toch van
meening, dat het bestuur thans niet meer is opgewassen voor zijn
taak en het in het belang der armen is, wanneer de gemeente deze
t aak overneemt
Wethouder MUSTERS zegt, dat hieromtrent met het bestuur der
Spijskokerij nader overleg zal worden gepleegd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
XVII VOORSTEL TOT VASTSTELLING VOOR HET JAAR 19s6 VAN DE BIJ
DRAGE PER LEERLING aaN DE BIJZONDERS SCHOOL VOOR BUITEN
GEWOON LaGER ONDERWIJS TE BEReE.; OF ZOOM.
(Verzameling 193^ nr.10.)
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders be
sloten.
XVIIIBEHANDELING Van INGEKOMEN RECLAMES TEGEN DEN AANSLAG IN DF.
STRaaTBELaSTIIJG OVER HET DIENST19
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wethouders be
slot en.
De VOORZITTER stelt dan aan de orde de interpellatie van den
heer Becht
De heer BECHT zegt het vorig jaar de eer te hebben gehad te
worden benoemd tot lid van de commissie tot steunverleening aan
hoveniers. Toen spreker die benoeming aannam, wist hij dat de
commissie zou bestaan uit leden, en hij dacht, dat de wethouder
van sociale zaken ambtshalve voorzitter van die commissie zou zijn
Op de eerste vergadering echter bleek, dat dit niet het geval
was en wij slechts net vier leden de commissie vormden. Spreker
vindt dat niet juist, omdat bij stemmen dan altijd de mogelijk-
heid bestaat, dat de stemmen staken. Spreker heeft daarover ge
sproken met de andere leden, die het hieromtrent volkomen met
hem eens waren. Nu weet spreker wel, dat deze commissie er een
is van advies, maar dat doet aan de zaak zelf toch niets af.
Op ons verzoek aan het college van B W om den wethouder van
sociale zaken te belasten met het voorzitterschap dezer commis
sie, zooals deze ook ambtshalve voorzitter is van het burgerlijk
armbestuur, kregen we ten antwoord, dat het college geen vrijheid
kon vinden om op ons verzoek in te gaan. Sprekor begrijpt dit
niet en daarom wenscht hij thans den raad het voorstel te doen
om de commissie tot steun aan hoveniers met één lid uit te brei
den en daarvoor aan te wijzen den wethouder van sociale zakeh,
die dan meteen voorzitter kan worden.
De VOORZITTER heeft er geen bezwaar tegen om de door den heer