- 22 -
voorstellen, dat de bedrijven diezelfde welwillendheid niet in acht
zouden nemen, wanneer dergelijke klachten in de toekomst zouden
komen. Spreker moet het voorstel van den heer Juten dan ook blijven
ontraden, en gelooft dat, wanneer geen verandering gebracht kan
worden in de tarievenpolitiek, de levering van gas aan de industrie-
en toch steeds meer zal gaan kwijnen, omdat steeds meer naar een
andere wijze van verwarming gezocht wordt. Sn om nu met dat voor
uitzicht voor oogen het gasbedrijf technisch en financieel nog
zwaarder te belasten, acht spreker absoluut verkeerd.
De heer VERLIITDEN is het eens mot den heer Juten voor wat be
treft diens klacht over te lagen druk van het gas rond 12 uur. Dat
de aardappelen dan eens wat langer moeten koken, is tenslotte nog
zoo erg niet, maar het is wel erg, wanneer de industrie haar werk
zaamheden dan niet kan voortzetten. Spreker kan zich dan ook wel
met het voorstel van den heer Juten vereenigen. Mocht er overwegend
bezwaar zijn tegen de woorden "voor industrieels doeleinden", dan
ware dit naar sprekers meening te ondervangen door in dit artikel
te bepalen, dat de druk van het gas moet voldoen voor "diverse
doeleinden"
De heer JUTEN merkt op, dat hier door den wethouder wel gezegd
wordt, dat men bij klachten over te lagen druk, zich tot hem of
het college moet eenden, maar daarmede gaat voor een industrie te
veel tijd verlor n en daarom wendt deze zich reohtstreeks tot de
bron, i.e. de be'rijven, die het euvel direot verhelpen kunnen.
Wethouder ME ER Ba GH blijft van meening, dat men aan de bedrijven
de tot nu toe betoonde welwillendheid ook zal houden. Tenslotte kan
men daar ook niet meer doen dan mogelijk is.
Wethouder DE HOOR wijst er op dat, wanneer de druk te laag is
voor het koken der aardappelen, deze ook te laag is voor de indus
trie. Z.i. zal er dus bij de bedrijven slechts op gelet behoeven
te v/orden, dat rond den genoemden tijd de druk zoodanig is opge
voerd, dat hij aan de in de verordening genoemde bepaling voldoet,
waardoor hij dan vanzelf ook voor de industrie voldoende is.
De heer BECHT meent, dat deze bespreking ook wel ter kennis zal
komen van de directie der bedrijven en die er dan ook wel de noo-
dige aandacht aan besteden en er na,ar handelen zal.
Wethouder MEERBACH hoopt, dat ie raai genoegen zal nemen met
zijn uitdrukkelijke verklaring, lat hij aan deze kwestie zijn
vol le aand ach t best eden zal
Zonder hoofdelijke stemming wordt het artikel hierna ongewijzigd
vastgesteld.
Bij art ikel 6 sub f, wijst de heer JUTEN er op, dat thans ook
kosten in rekening gebracht kunnen worden voor toezicht en keuring
der leidingen. Dat is tot heden nooit gebeurd, wel voor herkeuring,
Wethouder MEERBACH zegt, dat de bedoeling is, dat dergelijke
kosten berekend worden voor buitengewone werkzaamheden.
De heer SCHEFFELAAR is van ooning, dat hiermede weer nieuwe
kosten op de verbruikers worden ;legdBij het leggen van een
nieuwe leiding geschiedde de keuring altijd gratie, terwijl hier
voor nu kosten door do gemeente in rekening zullen worden gebracht
evenals voor het toezicht. Spreker begrijpt niet welk toezicht
hiermede bedoeld wordtIn elk geval vindt hij het verkeerd om op
deze manier nieuwe lasten op de verbruikers te leggen, en hij zou
dan ook den be staanden toestand willen handhaven, zoodat alleen
kosten in rekening gebracht kunnen worden voor eventueele herkeu
ringen.
De heer BROEKMANS is het volkomen eens met de opmerkingen van
de heeren Juten en ScheffelaarBovendien geschiedt de keuring
toch ook in het belang der gemeente.
Wethouder MEERBACH wijst er op, dat deze verordening is tot
stand gekomen in overleg met de organisatie van loodgieters en
smeden, en deze geen bezwaar had tegen de onderhavige bepaling.
De heer SCHEFFELAAR merkt op, dat de installateurs daar ook geen
belang bij hebben, omdat die kosten niet op hen, maar op den ver
bruiker neerkomen.
Wethouder MEERBACH heeft er geen overwegend bezwaar tegen,om
de bepaling betreffende het toezicht en de keuring te schrappen.
Zonder hoofdelijke steming wordt dan besloten in artikel 6
sub f te schrapper. de woorden: "het toezicht, van de keuring en
van"