- 25 -
gaan, dat gelijk zou staan met een brevet van onbekwaamheid voor
den directeur.
De heer JUTEN blijft tegen het voorstel van B W. Men kan
hier nu wel van oordeel zijn, dat de raad een voorstel van B W,
dat door de commissie gesteund wordt, moet aannemen, maar daarmede
is spreker het absoluut niet eens. Het is in het verleden meer
malen gebleken, dat besluiten die genomen werden in afwijking
van de meening van den directeur der bedrijven, nog zoo slecht
niet waren. En waar de directeur zelf twee jaren geleden de
noodzakelijkheid betoogde van den bouw van een nieuw onderstation
en dan later die heele kwestie in den papiermand stopt, daar
wenscht spreker de noodzakelijkheid van het thans weer door den
directeur gedane voorstel aan dergelijke ondervindingen af te
wegen. Spreker vindt het plaatsen van dat huisje aan de Parkkeet
voorloopig overbodig en meent, dat dit gerust nog eenige jaren
kan worden uitgesteld. Als spreker de agenda van deze vergade
ring bekijkt, dan lijkt het wel alsof er een wedstrijd gehouden
is om er maar zooveel mogelijk voorstellen op te plaatsen, waar
door geld uit de gemeentekas gepompt wordt
De"heer VERLINDEN zou willen voorstellen thans alleen te be
slissen tot den bouw van het huisje aan de St.JozefstraatVoor
wat het huisje nabij de Parkkeet betreft, zou dan e.an den direc
teur gevraagd kunnen worden nader aan te toonen, dat dit inder
daad noodzakelijk is.
De heer BECET is het daarmede niet eens. Dit voorstel vormt
één geheel en houdt verband met de indeeling der gemeente in ver
schillende districten. Men kan z.i. dan ook niet anders dan het
geheele voorstel aannemen of afwijzen.
De heer KIEFE merkt op, dat men volgens de indeeling der dis
tricts met den bouw van deze huisjes er twee teveel heeft.
De heer BECHT ontkent dit en zegt, dat er twee districten zijn
bijgekomen
De heer BOSCHMAN wijst er op, dat de raad toch ook vertrouwen
moet hebben in de commissie, die dit voorstel nauwkeurig behan
deld en er zich daarna mee verecnigd heeft. Wanneer men nagaat,
dat die commissie door den raad zelf uit zijn midden is benoemd,
dan gaat het z.i. toch niet aan om in het door die commissie uit
gebracht advies geen vertrouwen te hebben.
De heer KIEPE maakt een oomerking aan het adres van den heer
Boschman, waarop deze zegt, dat de heer Kiepe er zelf toch ook
voor gestemd heeft. De heer Kiene ontkent dat, waarna de VOOR
ZITTER den heer Kiepe tot de orde roept en hem verzoekt den
heer Boschmnn niet te interrumpeeren.
De heer BOSCHMAN zegt over het voorstel verder niets meer te
zeggen te hebben.
De heer SCHEFFELAAR is van meening, dat de opmerking van den
heer Boschman, dat de raad vertrouwen moet hebben in de door
dezen benoemde commissies, geenszins altijd opgaat. De leden,
die deze commissies hebben samengesteld, kunnen dat vertrouwen
hebben, maar dat wil nog niet zeggen, dat dit ook het geval moet
zijn voor de andere leden, die aan de samenstelling dezer commio-
sies niet hebben meegeholpen. Wat het door B W gedane voorstel
betreft, zou spreker willen voorstellen het te renvoyeeren naar
B W, teneinde dezen in de gelegenheid te stellen in een vol
gende vergadering meer gedocumenteerde gegevens te verstrekken.
Het lijkt spreker nu, dat men eenvoudig langs elkaar heen zit
te praten.
Daar het voorstel van den heer Scheffelaar gesteund wordt,
brengt de VOORZITTER het voorstel van B W, als zijnde het verst
strekkend, in stemming, waarbij dit wordt aangenomen met 11 4^
stemmen.
Voor stemden de heeren Musters,Franken,van Kaan,Becht,Meerbach,
Boschman,Broeknans,van Hasselt,de Moor,Krui re en Dielissen.
Tegen stenden de heeren ScheffelaarJi Kiepe en Verlinden.
XXI. VOORSTEL TOT HET VERBETEREN EN HET U. REIDEN VAN DE DRINK
WATERLEIDING.
{"Verzameling 193^ nr.3^.)
De heer JUTEN zegt in den loop dor week in de gelegenheid te
zijn geweest de bespreking mee te maken met een ambtenaar van het
rijksbureau voor drinkwaterleiding. Het oorspronkelijke plan,dat
f.190.000,zou kosten, is daardoor van de baan gegaan en in de
plaats daarvan is nu een ander, goedkooper plan gekomen. Spreker
