3v 3 -j.-'-C lb --VC tl ttf'-tk wl %8 .- - 24- - De heer VAN HASSELT merkt op, dat hij van den technischen kant dezer zaak niet veel afweet en daar dan ook niet nader op in zal gaan. Hij zou echter willen vragen, of het niet "beter zou zijn het nabij de Parkkeet bedoelde huisje niet daar te plaatsenmaar aan den overkant van de Zoom. Misschien zou dit nog eens onder oogen gezien kunnen worden. Wethouder MEERBACH zegt,dat de plaats aan de Parkkeet is uit gezocht, omdat het gebouwtje daar kan staan op eigen grond van de gemeente. Spreker heeft er echter geen bezwaar tegen om de opmerking van den heer van Hasselt alsnog met de directie te over wegen. De heer VAN HASSELT wijst er op, dat ook de grond aan de over zijde van de Zoom eigendom van de gemeente is. Wethouder MEERBACH vindt dit dan een aanleiding te meer om de kwestie van de plaats nog eens nader onder oogen te zien. De heer BECHT geeft een uiteenzetting van de behandeling dezer zaak in de commissie, en wijst er op, dat door den directeur een drietal plannen waren voorgesteld. Het goedkoopste plan was on voldoende het tweede hield niet genoeg rekening met de toekomst en met het derde zou men voor een tiental jaren gedekt zijn. En daar regeeren vooruit zien is, en daarbij dus rekening gehouden moet worden met uitbreiding van de gemeente, heeft spreker zich met het thans gedane voorstel vereenigd. Door den heer Juten is hier wel gesproken over een rimboe, maar er moet wel degelijk rekening mee gehouden worden, dat die vele ha. onbebouwde grcnd binnen afzienbaren tijd wel bebouwd zullen worden. Wat de bemer king van den heer Juten betreft, als zou dat huisje er moeten komen voor de ijsbaan, wil spreker er op wijzen, dat een derge lijke bewering geen cte -k houdt omdat voor die baan slechts enkele kWu verbruikt worden. De heer KIEpE be rijpt, dat de wethouder niet op de hoogte is van de voorstellen, die hieromtrent in het vorige college zijn besproken, maar de Voorzitter is daarmede wel degelijk op de hoogte en die kan er dus wel op antwoorden. Spreker zet uiteen, dat het plan voor den bouw van een onderstation in het achter gedeelte van den tuin van het gasthuis gedaan werd, omdat het oude aan het St.G-eertruidaplein niet meer voldeed. Wanneer dat nieuwe onderetation er zou komen, dan zouden we ook een extra kabel krijgen van de P.N.E.M. en zou er zich in de gemeente nooit meer een liohtstoring kunnen voordoen. Van heel dat plan hooren we echter niets meer, maar nu komt de directeur weer met geheel andere voorstellen. Wanneer dat oude plan werd afgewerkt, zou naar sprekers meening dit voorstel niet noodig zijn. Spreker heeft gemeend dit in het belang der gemeente naar voren te moeten brengen en zegt,dat de Voorzitter, die de behandeling dezer kwestie in het vorige ooilege heeft meegemaakt, er wel meer over kan zeggen. De VOORZITTER zegt zich de door den heer Kiepe bedoelde zaak heel goed xe herinneren. Hij vindt het echter niet noodig daar verder hier op in te gaan. De heer KIEPE wijst er op, dat er reeds twee huisjes vlak bij elkaar staan in de omgeving, waar nu dit derde zou moeten komen. Spreker vindt dat totaal overbodig. Het heele voorstel zou trou wens overbodig zijn, wanneer het bedoelde onderstation werd ge bouwd, en zulks zou voor de gemeente heel wat voordeeliger zijn. De VOORZITTER vraogt, of de heer Kiepe nog weet, hoeveel kosten die bouw van dat onderstation zou meebrengen. De heer KIaPa zegt dit heel goed te weten. Die kosten zouden f.30.000,bedragen. De VOORZITTER merkt op, dat dit niet veel lijkt, maar de heer Kiepe zal nog wel weten, dat spreker in verbruid met die kwestie naar Roosendaal is geweest. De heer KIEPE weet dat nog wel, en toen heeft men daar den Voorzitter dat machinetje meegegeven om de calorische waarde van het gas te meten, waar niemand mee om weet te gaan. Spreker blijft van meening, dat met den bouw van het onder station de gemeente veel voordeeliger uit zal zijn, en merkt op, dat men hieromtrent dan maar eens het advies moet vragen van den bedrijfsohef van het G.E.B. Wethouder MEERBACH zegt, naar aanleiding van de laatste op merking van den heer Kiepe, dat, wanneer B W daarop zouden in- 4

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1936 | | pagina 102