11 -
digen ook eens noemen. Spreker "blijft er Dij, dat het maken van
dergelijke opmerkingen zonder "bewijzen iets als mosterd na den
maaltijd is. De commissie had kunnen weten, dat Mr.Kuypers zelf de
rekening al had voorgelegd ter controle, maar men ging natuurlijk
liever door op die zoogenaamde deskundigen uit Breda en elders.
Wat "betreft, dat deze zaak zelfs in Amsterdam "bekend zou zijn, zegt
spreker, dat die zaak natuurlijk in Amsterdam "bekend is en in geheel
Nederland, omdat door deze procedures jurisprudentie gemaakt is.
Daarom alleen al is deze zaak overal hekend. Spreker herhaalt dat,
als de nota van Mr.Kuypers aan den raad van toezicht gezonden moet
worden, zulks eerlijkheidshalve ook zal moeten geschieden met de
nota van Mr.Houben betreffende de zaak van Liempt. Eerst dan zal
spreker gelooven, dat het hier geen politiek spel betreft.
De heer WALDEK wijst er op, dat door den heer van Hasselt reeds
enkele malen gesproken is van mosterd na den maaltijd, maar dan
zou spreker toch willen vragen, hoe dit met deze dingen anders
kan, waar het steeds afgedane zaken betreft. De raad krijgt hier
bij altijd de mosterd, en B W gebruiken den maaltijd. Toen vorig
jaar omtrent deze rekening iets uitlekte, heeft spreker naar het
bedrag ervan geïnformeerd, en toen werd toegegeven dat de rekening
erg hoog was. Door den heer van Hasselt is gevraagd, om de deskun
digen te noemen, spreker kan dat niet,omdat hij daarvoor geen
mandaat heeft. Er is ook gezegd, dat de commissie tevoren inlich
tingen had moeten inwinnen bij den betrokken persoon, maar naar
sprekers meening ging dat niet, want dat zou gelijk gestaan heb
ben met een toepassing van het bekende spreekwoord van den wolf
in den muil loopen.
Wat de overige opmerkingen betreffende de rekening over 193^-
aangaat, zegt spreker zich wel met de door B W gegeven antïroor-
den te kunnen vereenigen.
De heer VERBINDEN is van oordeel dat, als men alles moest na-
loopen zooals de heer van Hasselt dat wenscht, de commissie in
1936 nog niet met het rapport over de rekening van 193^ klaar ge
weest zou zijn. Om te toonen, dat de opmerking over de declaratie
geen politiek spel is geweest, zegt spreker er zich mee te kunnen
vereenigen, dat met de nota van Mr.Kuypers, ook de. nota van Mr.
Houben in de zaak van Liempt aan den raad van toezicht zal worden
voorgelegd.
Met hetgeen door den heer Juten naar voren gebracht is betref
fende de gunning van inschrijvingen en aanbestedingen kan hij zich
ten volle vereenigen, en spreker zal het ook toejuichen, wanneer
de raad het percentage bepaalt.
De heer BEKEER meent uit hetgeen hier naar voren gebracht is
te hebben begrepen, dat, ook al wordt de rekening te hoog bevon
den, toch geen restitutie plaats heeft, nu de rekening eenmaal
betaald is. En wanneer dit zoo is, zou spreker willen vragen, wat
men er dan mee opschiet om de zaak nog aan den raad van toezicht
voor te leggen.
De heer JUTEN zegt, dat de bedoeling van zijn opmerking betref
fende het gebruik van de telefoon door de hoofden van dienst was,
om er de aandacht op te vestigen, dat heel wat van die zaken per
brief afgehandeld konden worden. Daardoor zou dan op de telefoon
kosten heel wat bespaard kunnen worden. Nu zegt men wel, dat het
vofige college dit reeds had kunnen doen, maar eerst nu wordt er
naar aanleiding van de rekening een aanmerking op gemaakt en om
nu een weg tot oplossing aan te geven, heeft spreker zijn bemerking
gemaaktWat de kwestie der procedures betreft, zegt spreker, dat
in het vorige college wel degelijk aanmerking op de rekeningen is
gemaaktBovendien had de raad aan B W inzake het voeren dier
procedures een blanco crediet gegeven, en B W hadden dus de be
voegdheid om die rekeningen te voldoen zonder den raad daarin te
kennen.
Ten aanzien'van het percentage voor prijsverschil om te kunnen
bepalen of,een leverantie al of niet in de gemeente moet blijven,
zou' spreker dat percentage willen bepalen op 5%.
De heer SCHUYL is van meening, dat het voorstel van den heer
Juten heel mooi lijkt, doch in werkelijkheid niet zoo is. Princi
pieel is spreker er dan ook tegen. Bij aanbestedingen is het nifi't
alleen de prijs, waarmede rekening gehouden moet worden, doch ook
de persoon van den aannemer is een factor, die wel degelijk mee
telt.