DERTIENDE VERGADERING. Vrijdag 27 December 1935des namiddags twee uur. Voorzitter: de heer Mr.Drs.P.A.F.Blom, burgemeester. Aanwezig de heeren B.KruizeJ.Demmers,H»Walder,P.F.van Kaam,S,A.Mus ter s, J.P.Bekker,J.B.Meerbach,M.J.scheffelaar,0.Dielissen,E.A.G.Kiepe F.Broekmans,Joh.SchuylJ.van HasseltJos.de Moor,0J.A.M.Verlinden Adriaan Juten,Th.Boschman en G.Becht. Afwezig met kennisgeving de heer M.P.Franken. Secretaris: de heer J.A.van de Wouw. De VOORZITTER opent de vergadering en houdt allereerst een korte herdenkingsrede naar aanleiding van het overlijden van den burge meester van Woensdreoht, den heer jac.Rubert, Waardoor de gemeente Woensdrecht een ernstig verlies geleden heeft. Burgemeester Rubert heeft bijzonder veel werk gedaan, niet alleen in het belang van zijn gemeente, maar ook in het belang van Westelijk Noordbrabant, waarbij de inrichting van een vliegveld wel afzonderlijk vermeld mag worden. Het is hem niet beschoren geweest om de voltooiing daarvan mede te maken, maar zijn naam zal er voor altijd aan ver bonden blijven. Spreker besluit met den wensch, dat hij ruste in vrede Door de leden van den raad werden deze woorden staande aanhoord. De VOORZITTER deelt dan mede, dat van den heer Franken berioht is ingekomen, dat hij verhinderd is deze vergadering bij te wonen. Spreker stelt voor, dit schrijven voor kennisgeving aan te nemen. Aldus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. De VOORZITTER deelt verder mede, dat van den heer Ver linden het verzoek is ingekomen om te mogen spreken over de toegangswegen tot de stad. spreker stelt voor, deze interpellatie toe te staan na afhandeling der agenda. Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad hiermede accoord. De VOORZITTER stelt dan aan de orde punt I der agenda: VASTSTELLING DER NOTULEN V*N DE VERGADERING VAN DEN RAAD VAN 29 NOVEMBER 19ZB. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden deze ongewijzigd vastgesteld. II. INGEKOMEN stukken. aGedeputeerde staten ven. Noordbrabant.r s*-Hertogenbosch December 1935» G.nr.^2. Goedkeuring van het raadsbesluit tot het in openbare veiling aankoopen van een boven- en benedenwoning met achtertuin, gelegen aan het Bolwerk Zuid, nrs,22 en 22a, De heer BROEKMaNS heeft het schrijven van B W aan ged,staten naar aanleiding van het beroep van een aantal raadsleden tegen dit raadsbesluit gelezen, en daarbij is hem een zinsnede opgevallen, welke z.i. in een dergelijk verweerschrift niet thuis hoort. Hij bedoelt de zinsnede, waarin B W schrijven, dat het tegen het raadsbesluit ingestelde beroep blijkbaar als een insinuatie bedoeld is. Een dergelijk woord acht spreker in een officieel stuk minder juist en hij zou dan ook graag de motieven willen hooren, waarom deze uitdrukking hier gebruikt is. Wanneer een aantal raadsleden een door den raad genomen besluit niet In het algemeen belang achten, is het hun goed recht daartegen in beroep te gaan en daar bij hun standpunt te verdedigen, en dan komt het naar sprekers meening niet te pas, dat beroepschrift als een insinuatie te be stempelen. De heer SOHUYL zegt met belangstelling de requesten te hebben gelezen. In tegenstelling. met den heer Broekmans gaat hij volkomen accoord met het verweerschrift, dat door B W aan ged. staten is gezonden en refereert hij zich daar dan ook volkomen aan. Dé VOORZITTER zegt,dat het beroepschrift een onprettige indruk gemaakt heeft in het college. B W hebben de zaak bekeken en kwamen tot de conclusiedie in het schrijven is neergelegd. Spreker wijst er op, dat B W niet zeggen, dat het een insinuatie is, maar dat het blijkbaar als zoodanig bedoeld is. De heer BROEKMANS blijft van meening, dat een dergelijke uit drukking in eenof f icieel schrijven niet te pas komt. Spreker wil er bovendien op wijzen, dat hetgeen in het beroepschrift geschreven werd, geenszins als insinuatie bedoeld was. De VOORZITTER is blij, dat de heer Broekmans deze laatste ver klaring gegeven heeft, waardoor nu vastgelegd wordt, dat geen in sinuatie bedoeld werd.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1935 | | pagina 52