- 19 - XXV. VOORSTEL TOT HERZIENING VAM DE HUUR VAN GASMETERS, (Verzameling 1935 nr.132.) De heer VERLINDEN merkt op,dat deze kwestie reeds verschillende malen in den raad geweest is. Vele malen is het vóór en het tegen van dit voorstel overwogen en thans zal andermaal de raad over dit voorstel hebben te beslissen. Natuurlijk zol spreker voor het voor stel van B W stemmen, omdat deze bij het vaststellen van de prij*- zen als maatstaf hebben aangenomen de aanschaffingskosten der meters, de levensduur en de kosten van onderhoud. Men heeft dus uit den huurprijs geen extra winst voor het bedrijf willen halen,zoodat in dat opzicht de billijkheid jegens de verbruikers is betracht. Toch kan spreker met de prijzenpolitiek bij de bedrijven niet erg dweepen. Hij vindt dat in de prijsberekening een groote onbillijk heid zit, waarvan de grootverbruikers, dat zijn de groote gezinnen, ten achter worden gesteld bij de kleine gezinnen of alleenwonenden. Zooals in ieder bedrijf zijn er ook bij de gemeentebedrijven ex- ploitatie-onkosten. Spreker verstaat onder exploitatie-onkosten o.m. de boekhouding, de reparatie-afdeeling, de loopers die iedere maand gaan opnemen, de loopers voor de kwitanties, controle, enz. Neem nu iemand, die alleen woont en b.v, 5 KWU per maand verbruikt en 20 m3 gas. In dezelfde maand gebruikt een groot gezin 30 KWU en 80 n3 gas. Voor beide aangeslotenen moeten dezdlfde verrichtingen Worden gedaan, een locper moet komen om op te nemen, een ander om de gelden te innen, de administratie moet dezelfde boekingen cloon, kortom iedere aansluiting vordert zijn werk, Nu zitten in den prijs van het licht en de gas de geheele exploitatiekosten verwerkt. Dus de groote gezinnen betalen veel meer aan exploitatiekosten dan de kleinverbruikers. Iedereen,die over deze materie goed nadenkt, zal dit met spreker'eens zijn, Zou het nu geen aanbeveling verdienen, vraagt spreker, als B W de zuivere exploitatiekosten van het bedrijf eens lieten vaststellen, Is dat bedrag vastgesteld, dan kan dit over de aansluitingen verdeeld worden, zoodat men per aan sluiting jaarlijks meebetaalt in de exploitatiekosten, Men zou daarbij kunnen inschakelen de afmetingen der woningen, zooals dit thans geschiedt bij de'berekening van "het vastrechttar&ef bij het O.E.B, Verkocht men dan het licht en de gas tegen den zuiveren kostprijs met een matige winstmarge, dan sou men naar sprekers meening een heel wat eerlijker berekening krijgen dan nu. Spreker zou deze zienswijze in de aandacht van het college willen aanbevelen, teneinde na te gaan in hoeverre deze theorie in prak tijk te brengen is. De heer DEMMERS zegt, dat dit voorstel van B W al meermalen in den raad geweest is en telkens is terug gewezen. Ook nu nog wil het er bij spreker niet in, dat de 3> 5 en 10-lichtsmeters op 25 cent moeten blijven staan. Wanneer men over de exploitatie der meters spreekt, dan trekt men daarbij ook de kosten van opnemen e.d. Naar sprekers meening hooren die kosten daar niet bij en moe ten alleen genomen worden de inkoopsprijs van de meters en de onderhoudskosten. En als dan de inkoopsprijs voor de groote meters naar beneden is, dan staat het voor spreker vast, dat ditzelfde ook geldt voor de kleinere meters. Bij een verlaging van de huur der groote meters hebben de kleinere daar z.i, dan ook evenveel recht op. De heer BROEKMANS wijst er op, dat dit voorstel slechts een herziening van meterhuren betreft, en wel van de grootere meters. Het gaat dus slechts om enkele meters, waarvan de huur te hoog geacht wordt,. Wat de exploitatieoijfers betreft, merkt spreker op, dat deze elk jaar in het jaarverslag der bedrijven,hetwelk aan hetgemeenteverslag is toegevoegd, worden opgenomen. Over die exploitatierekening wordt echter verschillend geoordeeld, de een is van meening, dat onder de exploitatie alle kosten vallen,welke de meters meebrengen, de ander, dat alleen de kosten van aankoop en onderhoud der meters daaronder gerekend mogen worden. Bij het exploitatie-overzicht, da,t indertijd over een tiental jaren werd overgelegd, is spreker één ding speciaal opgevaren- en wel dat tot 1931 regelmatig een verlies was op de exploitatie der meters en dan plots in 1932 en 1933 een winst van ruim f.5000,en f,6000, geboekt werd. Daar kan spreker niet goed bij, en hij zou wel eens willen vernemen, hoe dit nu eigenlijk in elkaar zit. Uit de toe lichting bleek wel, dat de winst in 1932 verkregen werd doordat vanaf^dien tijd de kosten van opneming niet meer in de exploitatie rekening werden opgenomen, maar daarmede is de zaak voor spreker tooh nog niet volkomen duidelijk, Hij zou dan ook in een volgende vergadering hieromtrent gaarne nadere inlichtingen hebben.

Raadsnotulen

Bergen op Zoom: 1926-1996 | 1935 | | pagina 41