- 14 -
De heer VAD KAAM is het in deze eens met den heer van Hasselt.
De heer SCHEFFELAAR is het ook eens met den heer van Hasselt.
Overigens zou spreker willen vragen w©lk resultaat het overleg met
de organisatie gehad heeft, om welke reden in de vorige vergadering
het voorstel naar B ff werd gerenvoyeerd
Wethouder MEERBACH wil op de eerste plaats den heer van Hasselt
denk brengen voor de wijze, waarop hij zijn juridisch vernuft ge
spitst heeft op dit deel der verordening en daarbij tot de ontdek
king kwam, dat dit in strijd zou zijn met art.8 van de vleesch
keuringswet en art.254 oud van de gemeentewet. Spreker kan echter
den heer van Hasselt en anderen gerust stellen, want in feite is
het geheven wordende recht voor ingevoerd en hier geslacht vleesch
niet gelijk. Voor ingevoerd vleesch wordt belangrijk minder recht
betaald. Immers, men voert het varkens- en ander vleesch hoofd
zakelijk in stukken in, en daarvoor wordt een recht geheven van
A cent per kg. Dat beteekent praktisch f,4-,— a f,4,80 voor een
heel varken - spreker neemt het gemiddelde gewicht aan - terwijl
voor het slachten van een varken f.6,— gerekend wordt. In feite
betaalt men voor ingevoerd vleesch dus een bedrag van f.2,a
f.1,20 minder, Er zal nu moeten worden afgewacht,of gedeputeerde
staten en uiteindelijk de Kroon dat bedrag van f.1,20 als voldoende
compensatie zullen beschouwen voor het missen van het koelrecht.
Het inbrengen van dit element in de verordening is dan ook spediaal
gebeurd ter bescherming van de belangen van het abattoir.
Er is hier gezegd, dat de thans gemankte winst te groot zou zijn.
Daartegenover wil spreker er de aandacht op vestigen, dat de Kroon
die prijs van 4 cent per kg reeds vroeger goedkeurde en wij daaraan
niets veranderd hebben. Slechts het recht tot gebruik van het koel
huis hebben we aan ingevoerd vleesch ontnomen, hetgeen ten doel
heeft den invoer van vleesch te beperken.
Wat toch heeft zich de laagste jaren voorgedaan, niet alleen in
Bergen op Zoom, maar over geheel Nederland? ïn bepaalde plaatsen
als b.v. Oss en Steenwijk werden export slagerijen opgericht, waar
voor abnormaal lage prijzen de gelegenheid tot slachten van varkens
en runderen gegeven wordt. Men heeft daar b.v. tarieven van 6 en
7 cent per varken, terwijl het tarief in normale slachthuizen
ongeveer f.6,bedraagt. Zoodoende wordt daar de mogelijkheid
geschapen op economische wijze varkens te slachten en te expedi-
eeren naar die gemeenten, waar de slachthuisrechten veel hooger
zijn. Het gevolg is geweest, dat in verschillende groote en nadien
ook in kleinere gemeenten de invoer van lat vleesch ontstellende
afmetingen heeft aangenomen. Dit bracht verder mede een groote
daling van de opbrengst der slachthuisreohten, een mindere omzet
in het plaatselijk slachtbedrijf waardoor vanzelf minder plaatse
lijke slachtingen en minder werk voor de loonslagers. Men zal het
met spreker eens zijn, dat het op den weg van het gemeentebestuur
ligt om te trachten aan dien onhoudbaren toestand een einde te
maken» Het zal bekend zijn, dat bij de regeering gedurende enkele
jaren met klem is aangedrongen op een uniforme uitvoering van de
vleeschkeuringswet. De regeering heeft tot nu toe de gevraagde
medewerking niet vóllen verleenen, en daarom zijn de gemeenten
overgegaan om zelfstandèg maatregelen te nemen. Spreker heeft een
heel overzicht betreffende de geweldige afmetingen, welke de in
voer van vleesch in verschillende gemeenten heeft aangenomen.
Zoo bedraagt deze b.v. in Amsterdam 45j0 van de totale consumptie.
In Rotterdam is het nog erger en in den Haag is het zoodanig, dat
daar zelfs, met voorbijzien van art.8 van de vleeschkeuringswet,
gepoogdwordt om goedgekeurd te krijgen, dat niet 4, maar 5 cent per
kg van ingevoerd vleesch geheven kan worden,
In Maastricht bestaan de bepalingen, welke B W nu hier willen
invoeren, reeds jaren. Gisteren heeft spreker zich nog met den
directeur van het slachthuis aldaar in verbinding gesteld, en ver
nam daarbij, dat die maatregelen inderdaad een gunstig resultaat
hadden, want dat de invoer van vleesch daar sindsdien gedaald was
van ruim 8000 op ongeveer 4000 kg per week.
In Breda bestaat de voorwaarde, dat zonder opgave van redenen
door den directeur van het slachthuis geweigerd kan worden vleesch
in hot koelhuis toe te laten, zoodat men daar op die wijze er een
rem op kan zetten.
Spreker zou. nog meer plaatsen kunnen noemen, waar maatregelen
genomen zijn om te komen tot een beperking van den invoer van
vleesch, maar hij hoopt, dat hetgeen hij naar voren bracht,reeds
voldoende zal zijn om den raad te overtuigen, dat beperking van