T 19 -
hard noodig is, dat er geregeld toezicht komt. Spreker vraagt, of het nu niet op
den weg ligt van B W om een tweetal werkloozen, die met een politiediploma in
den zak loopen, maar omdat ze als werkloozen te boek staan, geen betrekking kun
nen krijgen buiten de stad, als parkwachter aan te stellen, waardoor zemisschien
ook meer kans op succes zullen krijgen bij eventueele sollicitaties.
Wethouder JUTEN zegt, dat de nieuwe banken voor het park, welke door jeugdi
ge werkloozen gemaakt zijn, geheel klaar zijn en binnen enkele dagen zullen wor
den geplaatst.
De VOORZITTER zegt, in antwoord op de tweede vraag, de kwestie der parkwach
ters ook reeds nader onder oogen gezien te hebben en met den commissaris van po
litie te hebben besproken. Het ligt in sprekers bedoeling binnenkort aan het col
lege voor te stellen een tweetal parkwachters te benoemen.
Wethouder JUTEN zou hieromtrent toch wel eerst de meening van den raad willen
kennen, b0vo ten aanzien van de vraag, of ook voor deze menschen het rouleerings-
systaem moet gelden zooals dat bij de werkverschaffing toegepast wordt.
De heer DIELISSEN is van meening, dat die menschen niet moeten rouleeren,maar
dat de twee parkwachters die aangesteld zullen worden, het geheele seizoen dienst
doen volgens een op te maken rooster.
De heer SCHUYL zou op het gesprokene van den heer Juten betreffende het rou-
leeren wel dieper kunnen ingaan, maar om deze zaak niet belachelijk te maken,
zal hij het niet doen, en wil hij slechts opmerken, dat parkwachters iets andens
is dan werkverschaffing. Bij dit laatste kan men altijd anderen zetten, doon
parkwachter wordt en blijft men.
Wethouder JUTEN zegt geenszins de bedoeling gehad te hebben een ernstige zaak
belachelijk voor te stellen, en hij gelooft ook niet, dat de raad te dien op
zichte veel last van hem heeft,Spreker- heeft de opmerking over het rouleeron
alleen gemaakt omdat het al herhaalde malen is voorgekomen dat voor werkzaam
heden, vallende onder den dienst van gemeentewerken bijvoorbeeld, door de orga
nisaties werd aangedrongen op toepassing van het rouleeringssusteem, terwijl
dit praktisch ook niet mogelijk was.
De heer SCHUYL meent, dat ten aanzien van de opmerking van den heer Juten het
beste gewezen kan worden naar het bekende spreekwoord; als de vos de passie
preekt, boer pasop je kippen.
De heer SIMONS merkt nog op, dat het opverven der banken in het park vorig
jaar geschied is in Juni, juist toen het mooi weer was en de menschen van de
banken konden profiteeren. Hij verzoekt dat opverven thans vroeger te doen ge
schieden, bijv. in April.
De VOORZITTER zegt, dat met de opmerking van den heer Simons rekening zal
worden gehouden.
De heer BMX vraagt, of het opschilderen der banken niet geschieden kan door
jeugdige werkloozen?
Wethouder SCHEFFELMR zegt, dat dit wel mogelijk is voor de nieuwe banken,
maar niet voor de oude, omdat de minister het niet goedkeurt, dat werken, val
lende onder onderhoudsposten der begrooting, door jeugdige werkloozen worden
uitgevoerd.
Niets meer aan de orde zijnde, wordt de openbare vergadering hierna door den
VOORZITTER gesloten, en gaat de raad over in besloten zitting.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 31 Mei 1935.
De secretaris, s? burgemeester,